H1.3 les 6 Stolcurve

H1 Stoffen en materialen
Les 6
stolcurve

NOVA 3V H1.3
1 / 20
next
Slide 1: Slide
ScheikundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

This lesson contains 20 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

H1 Stoffen en materialen
Les 6
stolcurve

NOVA 3V H1.3

Slide 1 - Slide

Aan het eind van deze les kun je...
  • uit de temperatuurverandering tijdens fase-overgang afleiden of een stof zuiver of een mengsel is (kookpunt/kooktraject, stolpunt/stoltraject)
  • grafieken tekenen van gegevens 
  • een onderzoek opdelen in:
     onderzoeksvraag - waarnemingen - verwerking - conclusie

Slide 2 - Slide

Sleep de woorden en figuren naar de juiste plek.
kookpunt
smeltpunt

Slide 3 - Drag question

Zuivere stof
bij een zuivere stof heb je een: smeltpunt/ stolpunt of kookpunt > tijdens de fase-overgang blijft de temperatuur constant
Verklaar op microniveau waarom T tijdens smelten niet verandert

Slide 4 - Slide

Mengsel

Stoltraject
Mengsel
bij een mengsel heb je een: smelttraject/ stoltraject of kooktraject > tijdens de fase-overgang is de temperatuur niet constant
Geef een verklaring op microniveau waarom T tijdens het stollen daalt

Slide 5 - Slide

Aceton heeft bij standaard druk een kookpunt van
56 °C en alcohol een kookpunt van 78 °C.

Geef een verklaring op microniveau van dit verschil.
A
In aceton trekken de moleculen elkaar minder sterk aan
B
In aceton bewegen de moleculen sneller
C
In aceton is de afstand tussen de moleculen kleiner
D
Moleculen aceton zijn groter dan moleculen alcohol

Slide 6 - Quiz

Bij welke temperatuur ligt het stolpunt van deze vloeistof?
A
400 graden
B
250 graden
C
100 graden
D
Kun je niet zeggen

Slide 7 - Quiz

Bij welke temperatuur bevindt zich het stoltraject van de vloeistof?
A
2800 - 1800 °C
B
1800 - 980 °C
C
980 - 450 °C

Slide 8 - Quiz

extra uitleg
op de volgende dia vind je in de gedeelde les een filmpje waarin de grafieken van een smelt/kookpunt en een smelt/kooktraject nog eens worden uitgelegd

Slide 9 - Slide

0

Slide 10 - Video

Onderzoek aan kaarsvet
Kaarsen zijn gemaakt van:
  •  zuiver stearinezuur of
  • een mengsel van stearinezuur en palmitinezuur. 
We bekijken klassikaal twee filmpjes van het stollen 
van twee soorten kaarsvet (B en C). 


Onderzoeksvraag: Zijn de twee soorten kaarsvet zuivere stoffen of mengsels?

Slide 11 - Slide

DEMO Stolcurve 
We bekijken klassikaal twee filmpjes van het stollen van kaarsvet (B en C). Maak in je schrift een tabel om de waarnemingen te noteren:

tijd (min
TB (°C)
TC (°C)
0
1
2
...t/m 20

Slide 12 - Slide

DEMO Stolcurve 
We bekijken klassikaal twee filmpjes van het stollen van kaarsvet (B en C).
Maak in je schrift een tabel om de waarnemingen te noteren:

Let tijdens het stollen op de verandering van:
  • de fase
  • de temperatuur
tijd (min
TB (°C)
TC (°C)
0
1
2
...t/m 20

Slide 13 - Slide

Verwerking: stoldiagram tekenen
Maak van de gegevens in je tabel een grafiek.
--> voorbeeldgrafieken zijn figuur 2 (blz 19) en figuur 3 (blz 25)
--> grafiekpapier vind je op blz 176
--> gebruik het grafiekpapier optimaal
--> noteer grootheden en eenheden bij de assen
--> noteer een titel boven de grafiek


timer
5:00

Slide 14 - Slide

Verwerking: stoldiagram tekenen
Maak van de gegevens in je tabel een grafiek in Excel



timer
5:00

Slide 15 - Slide

Stoldiagram tekenen
timer
5:00

Slide 16 - Slide

Conclusie
conclusie = antwoord op de onderzoeksvraag

  • met de waarnemingen (tabel) maak je een grafiek
  • teken de lijnen van kaarsvet A en kaarsvet B
     in één grafiek met 2 verschillende kleuren
  • de grafiek geeft de informatie voor het antwoord op de onderzoeksvraag 

Slide 17 - Slide

Onderzoeksvraag: Is het onderzochte kaarsvet een zuivere stof of een mengsel?
Conclusie:
kaarsvet B is .............., omdat ......(licht toe met je waarnemingen)
kaarsvet C is .............., omdat ......(licht toe met je waarnemingen)

Slide 18 - Slide

leerdoelencheck Onderzoek doen
Voorbeeld van practicumverslag
Onderzoeksvraag:
Lost suiker op in warme thee?
Waarneming: Een schep suiker wordt in een kop thee gedaan en goed geroerd. De suiker lost op, roeren versnelt dus het oplossen.
Conclusie:
Thee is een roodbruine vloeistof.
1. Is de conclusie juist?

2. Is "de suiker lost op" een waarneming of een conclusie?

3. "roeren versnelt het oplossen" = een conclusie Welke onderzoeksvraag past hierbij?

Slide 19 - Slide

Eigen werk
  • Lees blz 22 t/m 27 goed door
  • Leer de betekenis van de blauwe woorden (zie blz 54+55)
  • Maak opgave 2 en 8 van H1.3

Slide 20 - Slide