36. Thema 4, week 3 Les 9 en Flitsles 9- korte en lange klank einde klankgroep

Lange klank
1 / 50
next
Slide 1: Slide
SpellingBasisschoolGroep 6

This lesson contains 50 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

Items in this lesson

Lange klank

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Wat zijn korte klanken?
a
i
u
e
o

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Korte klank (a, e, o u)

Hoor je een korte klank? dan schrijf je 2 medeklinkers. Bijvoorbeeld: bakker.



Slide 3 - Slide

This item has no instructions

klankgroepen
lange klanken
korte klanke


Slide 4 - Slide

This item has no instructions

In hoeveel stukjes kan je boterham verdelen?

Slide 5 - Open question

This item has no instructions

Hoe noemen we zo'n stukje van een woord?

Slide 6 - Open question

This item has no instructions

Noteer een woord met 4 klankgroepen.

Slide 7 - Mind map

This item has no instructions

boom =
A
1 klankgroep
B
2 klankgroepen
C
2 klankgroepen
D
4 klankgroepen

Slide 8 - Quiz

This item has no instructions

pauze =
A
1 klankgroep
B
2 klankgroepen
C
3 klankgroepen
D
4 klankgroepen

Slide 9 - Quiz

This item has no instructions

goudvisvijver =
A
1 klankgroep
B
2 klankgroepen
C
3 klankgroepen
D
4 klankgroepen

Slide 10 - Quiz

This item has no instructions

kro-ket, de o =
A
een lange klank
B
een korte klank

Slide 11 - Quiz

This item has no instructions

ta -fel, de a =
A
een lange klank
B
een korte klank

Slide 12 - Quiz

This item has no instructions

putten, de u =
A
een lange klank
B
een korte klank

Slide 13 - Quiz

This item has no instructions

lesdoel

Ik kan woorden met een korte of lange klank aan aan einde van een klankgroep correct schrijven.

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

Korte klanken en lange klanken
Hoor je aan het einde van een klankgroep een lange of een korte klank?
klinkerdief
Lange klanken hebben pech, ik haal gewoon een klinker weg.

jager - ramen - praten
medeklinkerbank
Korte klank? Dan komen er twee dezelfde medeklinkers op de bank.

bakker - kitten - pokken
2

Slide 15 - Slide

Tijdens deze fase blik je terug op de vorige les.
Eventueel bespreek je moeilijke opdrachten uit het huiswerk.

Heeft peren een korte of lange klank
A
korte klank
B
lange klank

Slide 16 - Quiz

This item has no instructions

Heeft spelen een korte of lange klank
A
korte klank
B
lange klank

Slide 17 - Quiz

This item has no instructions

Je kunt een woord in stukjes verdelen. Elk stukje is een klankgroep. Een woord kan uit een of meer klankgroepen bestaan.
Wat is een klankgroep?
2

Slide 18 - Slide

Tijdens deze fase blik je terug op de vorige les.
Eventueel bespreek je moeilijke opdrachten uit het huiswerk.

In elke klankgroep zit een korte klank of een lange klank.
Wat is een klankgroep?
2

Slide 19 - Slide

Tijdens deze fase blik je terug op de vorige les.
Eventueel bespreek je moeilijke opdrachten uit het huiswerk.









lange klank








korte klank
spelen
rennen
tikken
water

Slide 20 - Drag question

This item has no instructions

Wat is goed
A
kippenhok
B
kipenhok

Slide 21 - Quiz

This item has no instructions

Wat is goed.
A
melkflesen
B
melkflessen

Slide 22 - Quiz

This item has no instructions

Wat is goed?
A
lesuren
B
lesuuren

Slide 23 - Quiz

This item has no instructions

winkelstr...en
A
at
B
aat

Slide 24 - Quiz

This item has no instructions

basissch...en
A
ol
B
ool

Slide 25 - Quiz

This item has no instructions

Wadir en Isa vinden de schommel het leukste.


Waarom schrijf je schommel met een dubbelzetter (mm)?

Slide 26 - Open question

This item has no instructions

Lesdoel 7
- Jullie kunnen aan het einde van deze les woorden waarbij g  klinkt als zj correct schrijven. Bijvoorbeeld: garage, giraf, manege etc.

Slide 27 - Slide

This item has no instructions

A
B

Slide 28 - Slide

This item has no instructions

Slide 29 - Slide

This item has no instructions

Slide 30 - Video

This item has no instructions

woorden met -g
die klinkt als -zj

Slide 31 - Mind map

This item has no instructions

Welk woord hoor niet bij het rijtje thuis?
A
Etage
B
Massage
C
Horloge
D
Haasje

Slide 32 - Quiz

This item has no instructions

Welk woord hoort niet in het rijtje thuis?
A
Genie
B
Geluk
C
Gedoe

Slide 33 - Quiz

Let hierbij vooral op de uitspraak!
Welk woord hoort niet in het rijtje thuis?
A
Roosje
B
Doosje
C
Horloge

Slide 34 - Quiz

This item has no instructions

Welk woord is goed geschreven?
A
Maneesje
B
Manege

Slide 35 - Quiz

This item has no instructions

Welk woord is goed geschreven?
A
Slijtaasje
B
Slijtage

Slide 36 - Quiz

This item has no instructions

Welk woord is goed geschreven?
A
Kaasje
B
Kage

Slide 37 - Quiz

This item has no instructions

Welk woord is goed geschreven?
A
Rapportage
B
Rapportaasje

Slide 38 - Quiz

This item has no instructions

Welk woord is goed geschreven?
A
Lekkage
B
Lekkaasje

Slide 39 - Quiz

This item has no instructions

Mijn slaapkamer is een rava..e
A
ravaasje
B
ravage

Slide 40 - Quiz

This item has no instructions

Een bloem als versiering noem je een corsa..e
A
corsaasje
B
corsage

Slide 41 - Quiz

This item has no instructions

Vlees koop je bij de
sla..erij

Slide 42 - Open question

This item has no instructions

Hij heeft op zijn arm een
..........

Slide 43 - Open question

This item has no instructions



Mickey Mouse is een .......... in een tekenfilm.

Slide 44 - Open question

This item has no instructions


Dit is een .......... van verschillende
dieren.

Slide 45 - Open question

This item has no instructions



Dit is een foto van een .......

Slide 46 - Open question

This item has no instructions



Dit was vroeger de ........ koets van de koning.

Slide 47 - Open question

This item has no instructions



De ..........

Slide 48 - Open question

This item has no instructions

Slide 49 - Link

This item has no instructions

Spelling
Tekst
Groep 8
Blok 4 - week 3 -

les 9 instructie
en 
Flitsen bij les 9

Klaar: Plussen

Slide 50 - Slide

This item has no instructions