This lesson contains 40 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 45 min
Items in this lesson
Slide 1 - Slide
Woordenschat
ONBEKENDE WOORDEN BEGRIJPEN
1.1 Betekenis afleiden uit de tekst
Slide 2 - Slide
Uitleg woordenschat
1. Wat betekent woordenschat?
2. Waarom is dit belangrijk?
Slide 3 - Slide
Doel
Aan het einde van de les kun je de betekenis van een onbekend woord afleiden uit de tekst waarin dit woord wordt gebruikt.
Slide 4 - Slide
THEORIE
Het kan voorkomen dat je in een tekst een woord tegenkomt waarvan je de betekenis niet weet.
Kijk dan eerst of je de betekenis kunt afleiden uit de tekst:
wordt de betekenis van het woord uitgelegd?
staat er een voorbeeld in de tekst?
Slide 5 - Slide
THEORIE
Gebruik deze tips om de betekenis af te leiden uit de tekst:
Lees de hele zin waarin het woord staat.
Controleer of er in de tekst een synoniem, omschrijving, tegenstelling of voorbeeld genoemd wordt.
Let op illustraties.
Slide 6 - Slide
OEFENEN
Slide 7 - Slide
Wat is een synoniem?
Slide 8 - Mind map
Noem een synoniem voor: illustratie
Slide 9 - Mind map
Synoniem
Zoek een synoniem; een woord dat ongeveer dezelfde
betekenis heeft.
Voorbeelden:
lamp-licht
auto-wagen
schoenen-patta's-schoeisel
Slide 10 - Slide
Tegenstelling
Het tegenovergestelde van elkaar
Zoek een tegenstelling, let op signaalwoorden; maar, echter,
daarentegen.
Voorbeelden:
groot-klein
zwart-wit
hoog-laag
Slide 11 - Slide
Een omschrijving zoeken
Van onbekende woorden staat vaak een omschrijving in de tekst.
- Lees een zin of alinea helemaal.
- Zoek een omschrijving van het woord.
Slide 12 - Slide
Zoek voorbeelden
Soms kun je hieruit de betekenis van het woord afleiden.
Zoek naar een voorbeeld, let op signaalwoorden: zoals,
bijvoorbeeld, neem nou, denk aan.
Slide 13 - Slide
Honderden ramptoeristen bezochten het gebied. De politie had veel last van al die mensen die uit nieuwsgierigheid kwamen kijken bij de ramp. Wat is de omschrijving van 'ramptoeristen'?
Slide 14 - Open question
OEFENEN
WOORDENSCHAT
Slide 15 - Slide
Sommigen vinden het CHARISMA van een manager een belangrijke factor voor het succes van de zaak.
A
opleiding
B
ervaring
C
uitstraling
Slide 16 - Quiz
Die voorstellen BEHELZEN een compleet nieuwe invulling van de studie.
A
ontwaren
B
hebben betrekking op
C
beamen
Slide 17 - Quiz
Het overleg bevindt zich in een IMPASSE.
A
vergaderzaal
B
moeilijke toestand
C
eindfase
Slide 18 - Quiz
De goudhandel FLOREERT als nooit tevoren.
A
ontbeert
B
gaat achteruit
C
bloeit
Slide 19 - Quiz
In de middeleeuwen werden lijfeigenen door hun heer GEKASTIJD.
A
uitgelachen
B
gememoreerd
C
gestraft
Slide 20 - Quiz
De DISCREPANTIE tussen wat hij zegt en wat hij doet, is wel meer mensen opgevallen.
A
afwijking, gebrek aan overeenstemming
B
onopvallend
C
overeenkomst
Slide 21 - Quiz
Ik denk niet dat dat helpt bij het IMPLEMENTEREN van deze strategie.
A
invoeren en in gebruik nemen
B
een gat vullen
C
uit je hoofd leren
Slide 22 - Quiz
Dit artikel verduidelijkt hoe je moet citeren en PARAFRASEREN in je proefschrift.
A
Het weergeven van de inhoud met andere woorden
B
scanderen
C
omzetten in andere vorm of ander formaat
Slide 23 - Quiz
KOM OP ADEM
Slide 24 - Slide
OEFENEN
WOORDENSCHAT
DEEL II
Slide 25 - Slide
Tijdens deze lessen wordt de CONTEMPORAINE geschiedenis in chronologische volgorde behandeld.
A
sociale
B
hedendaagse
C
culturele
Slide 26 - Quiz
Ze mag er dan FRELE uitzien, maar ze is sterker dan je denkt!
A
broos
B
adellijk
C
verward
Slide 27 - Quiz
Wetenschappers staan voor een groot raadsel, nu ze een MINUSCUUL deeltje hebben gemeten.
A
heel klein
B
ovaal
C
bol
Slide 28 - Quiz
De IMMATERIELE schade valt niet te berekenen
A
schade aan spullen, goederen etc.
B
geestelijke
C
economische
Slide 29 - Quiz
Ook hier geldt natuurlijk het ADAGIUM 'voorkomen is beter dan genezen.'
A
voorstel
B
pleidooi
C
spreuk, motto
Slide 30 - Quiz
Hopelijk biedt dat enig SOELAAS.
A
koekje
B
winst
C
troost
Slide 31 - Quiz
Hij had weinig SCRUPULES bij dat soort zaken.
A
lacunes
B
gewetensbezwaren
C
mogelijkheden
Slide 32 - Quiz
TOT SLOT
Slide 33 - Slide
HERHALING THEORIE
Gebruik deze tips om de betekenis af te leiden uit de tekst:
Lees de hele zin waarin het woord staat.
Controleer of er in de tekst een synoniem, omschrijving, tegenstelling of voorbeeld genoemd wordt.
Let op illustraties.
Slide 34 - Slide
LAATSTE VRAAG:
Slide 35 - Slide
Huiswerk:
WOORDENSCHAT HOOFDSTUK 1: Maken opdrachten 1 t/m 5