Paragraaf 3.4 vervolg
1 / 15
Lesson duration is: 50 minItems in this lesson
Slide 1 - Slide
Slide 2 - Slide
Slide 3 - Slide
Pruiken en revoluties
Monniken Ridders
Grieken en Romeinen
Jagers en boeren
Regenten en vorsten
Slide 4 - Drag question
Wat is de verlichting?
Slide 5 - Open question
Welke uitspraken zijn waar?
A: Burgers moeten invloed hebben op het bestuur.
B: De koning weet het best wat goed is voor de burgers, en daarom moet hij de religie van het land bepalen.
C: Een edelman mag anders worden berecht dan een burger, ook als ze dezelfde misdaad hebben begaan.
D: Onderwijs voor velen is belangrijk om de maatschappij te verbeteren.
Slide 6 - Open question
Wie is Montesquieu en welke bestuursvorm verzon hij?
Slide 7 - Open question
Geef voor elke zin aan wanneer dit gebeurde: onder het bestuur van de gematigden of dat van de radicalen.
A Alleen rijke burgers hebben politieke invloed.
B Koning Lodewijk XVI wordt onthoofd.
C Maximilien de Robespierre heeft de leiding.
D Veel tegenstanders van de regering worden met een guillotine onthoofd.
A Alleen rijke burgers hebben politieke invloed.
B Koning Lodewijk XVI wordt onthoofd.
C Maximilien de Robespierre heeft de leiding.
D Veel tegenstanders van de regering worden met een guillotine onthoofd.
Slide 8 - Open question
Wat is een federatie?
A
Samenwerkingsverband van staten
B
Samenwerkingsverband van steden
C
Groep van verlichte denkers die vergaderen
D
Land met een koning als staatshoofd
Slide 9 - Quiz
Wat is censuur?
A
Onthoofding met de guillotine
B
Iets wat verboden is door de overheid
C
De periode van Robbespiere
D
De derde stand
Slide 10 - Quiz
Wat is verdraagzaamheid
A
Tolerantie
B
Zorg dragen voor de 3e stand
C
Rationeel denken
D
Logisch nadenken
Slide 11 - Quiz
Wat is het ancient regime?
