Martialis 5.15 (blz. 202)

Martialis 5.15
De opbrengst van de grappen van Martialis
1 / 14
next
Slide 1: Slide
Klassieke TalenMiddelbare schoolvwoLeerjaar 6

This lesson contains 14 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 15 min

Items in this lesson

Martialis 5.15
De opbrengst van de grappen van Martialis

Slide 1 - Slide

regel 1-2
Quintus nostrorum liber est, Auguste, iocorum
  et queritur laesus carmine nemo meo,

Dit is het vijfde boek van mijn / onze spotdichten, Augustus, 
en niemand klaagt, nadat / omdat hij door mijn poëzie gekwetst is, 

Slide 2 - Slide

regel 1 Auguste -Welke andere eigennaam wordt ook gebruikt als aanspreektitel voor de keizer

Slide 3 - Open question

regel 1 - nostrorum
Wie wordt / worden bedoeld?
A
Martialis
B
Martialis en Domitianus
C
Alle Romeinen

Slide 4 - Quiz

regel 2 queritur
waar of niet waar: queritur is een deponens?
A
waar
B
niet waar

Slide 5 - Quiz

regel 2 laesus congrueert met ...

Slide 6 - Open question

regel 3-4
gaudet honorato sed multus nomine lector,
 cui victura meo munere fama datur.

maar menige lezer verheugt zich wanneer zijn naam geëerd is,
    aan wie door mijn geschenk eeuwige roem wordt gegeven.

Slide 7 - Slide

regel 4 cui - wat is het antecedent
A
carmine
B
nemo
C
nomine
D
lector

Slide 8 - Quiz

regel 4 - welke twee stijlfiguren zie je?
A
hyperbaton + chiasme
B
hyperbaton + alliteratie
C
alliteratie + chiasme
D
asyndeton + alliteratie

Slide 9 - Quiz

regel 1-4
honorato nomine contrasteert met ...
multus lector contrasteert met ...

Slide 10 - Open question

regel 5-6
 ‘Quid tamen haec prosunt quamvis venerantia multos?’
 Non prosint sane, me tamen ista iuvant.

Wat echter baten zij/leveren zij op, hoewel zij velen eer bewijzen?’ Ook al leveren ze niets op, toch doen die/ze mij plezier. 

Slide 11 - Slide

regel 5 - Wie stelt deze denkbeeldige vraag?

Slide 12 - Open question

regel 5-6 Wat wordt bedoeld met haec en ista?

Slide 13 - Open question

regel 5-6 Wat leveren de gedichten niet op en wat wel?
Antwoord met 2 losse zelfstandige woorden

Slide 14 - Open question