Antwoorden, 1-2-3-4, blz 26
4 a Als je de zin opvat als een stijlfiguur, is het een retorische vraag. De boodschap is dan: het stellen van retorische vragen heeft geen zin.
b Ja, er is dan sprake van een paradox. De spreker zegt dat het stellen van retorische vragen geen zin heeft, maar doet dat door zelf een retorische vraag te stellen.
c Bijvoorbeeld: Met retorische vragen kun je laten zien hoe voor de hand liggend iets is. Wat je zegt is zo logisch, dat iedereen het antwoord weet. Met een retorische vraag kun je ook de aandacht van je lezer trekken, door hem direct aan te spreken.