6-2-2025

start
* laptop
* schrift
* pen
* inloggen op office
* naar outlook
* kijk naar je mail
* via mail inloggen op LessonUp
1 / 28
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 4

This lesson contains 28 slides, with interactive quiz, text slides and 3 videos.

time-iconLesson duration is: 1 min

Items in this lesson

start
* laptop
* schrift
* pen
* inloggen op office
* naar outlook
* kijk naar je mail
* via mail inloggen op LessonUp

Slide 1 - Slide

6-2-2025

Slide 2 - Slide

Waar is deze foto genomen?

Slide 3 - Open question

INLOOP
spullen pakken en inloggen
09.00
start - herhaling woordsoorten
voorbereiding rekenen
09.50
Reken mee met Rene
11.00
Nederlands - Spreken en Schrijven
11.50
Nederlands - Spreken en Schrijven
13.10
Nederlands - dictee 
14.00 
Mentormoment: Katja, Simiyti, Bilal
corvee: Gulistan
oudergesprek
15.00 - Gulistan
15.30 - Bilal
16.00 Fallah

Slide 4 - Slide

Nederlands grammatica
woordsoorten

doel:
ik herken de woorden in een zin en hun functie.

Slide 5 - Slide

aanwijzend voornaamwoord
geef een voorbeeld

Slide 6 - Slide

bepaald
onbepaald
ouderwets
die
wie
welke
dat
wat
hetgeen
BETREKKELIJK VOORNAAMWOORDEN
geef een voorbeeldzin

Slide 7 - Slide

woord benoemen
lw = lidwoord
ww = werkwoord
pvn = persoonlijk voornaamwoord
znw = zelfstandig naamwoord
bnw = bijvoegelijk naamwoord
bzvnw = bezittelijk voornaamwoord
bw = bijwoord
rtw = rangtelwoord
tw = telwoord
vw = voegwoord
vz = voorzetsel
vvnw = vragend voornaamwoord

Slide 8 - Slide

opdracht
Bij de volgende zinnen ga elk woord benoemen.

Slide 9 - Slide

Eyad en Andreii werken met de laptop.
Olek die vroeg op school is, heeft de stoelen van de tafels gehaald.
Waar is Fallah gebleven met mijn thee?
Waarom moeten we steeds woordbenoemen?

Slide 10 - Slide

nakijken

Slide 11 - Slide

rekenen
taal in sommen

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Video

Slide 14 - Slide

Spreken en schrijven
Spreken met juf Abigail:
Olek, Fallah en Sofia
Schrijven:
de anderen

Slide 15 - Slide

Schrijven
doel:
Ik kan woorden in de goede volgorde zetten.
Ik kan uitzoeken wat de goede spelling van een woord is.

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Video

DUS...
normale zin:
Onderwerp (= persoonlijk voornaamwoord of zelfstandig naamwoord)
persoonsvorm ( = 1e werkwoord)
de rest (bijwoord, voorzetsel, zelfstandig voornaamwoord)
voltooid deelwoord (= 2e werkwoord)

Slide 18 - Slide

voorbeeld
Sofiaa zit naast Issa.
Issa heeft gisteren een laptop gekocht.
De laptop is met de bus naar Issa's huis gebracht.
Sofia wil ook een laptop kopen.

Slide 19 - Slide

maar....
inversie:
Rest
persoonsvorm
onderwerp
(soms meer rest)
voltooid deelwoord

Slide 20 - Slide

voorbeeld
Sinds gisteren zit Sofiaa naast Issa.
Gisteren heeft Issa een laptop gekocht.
Met de bus is de laptop naar Issa's huis gebracht.
In Issa's huis is Sofia nu ook een laptop aan het kopen.

Slide 21 - Slide

hoofdzin en bijzin?
we kijken nu hoe het werkt met volgorde als je een bijzin hebt.

Slide 22 - Slide

Slide 23 - Video

opdracht
Je schrijft IN WORD een brief aan de directeur van school, waarin je uitlegt waarom jij geen dansles, rekenles en Nederlands meer hoeft te doen op school. Je brief is minimaal 15 zinnen en maximaal 25 zinnen lang
timer
35:00
Maak gebruik van de spelling en grammatica controle in Word

Slide 24 - Slide

Tekendictee
doel:
ik begrijp van rekentaal en richtingtaal.
Ik kan gesproken instructie volgen.

Slide 25 - Slide

opdracht
Je krijgt een plattegrond van de stad.
Aan de hand van het verhaal ga je op het papier dingen en een route tekenen.
Succes!

Slide 26 - Slide

Slide 27 - Slide

afronden
woordenschat
opruimen
afsluiten
corvee: Gulistan
mentorgesprek:
Katja, Simyti, Bilal

Slide 28 - Slide