Lezen Blok 1 Tekstsoorten bk + kgt

Wat gaan we deze les doen?

- Terugblik vorige les
- Doelen van deze les
- Theorie
- Zelf aan de slag
- Afsluiting
1 / 12
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 1

This lesson contains 12 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Wat gaan we deze les doen?

- Terugblik vorige les
- Doelen van deze les
- Theorie
- Zelf aan de slag
- Afsluiting

Slide 1 - Slide

Doelen van deze les
Aan het einde van deze les:

- kun je verschillende tekstvormen herkennen;
- kun je aangeven welke tekstsoort bij een tekstvorm hoort;


Slide 2 - Slide

Leesdoel en tekstdoel
Als je een tekst leest, heb je daar een bedoeling mee.

Bijvoorbeeld:
-Je leest een stripboek om plezier te hebben.
-Je bekijkt je lesrooster                 
om te weten in welk 
lokaal je moet zijn.

Slide 3 - Slide

Leesdoel en tekstdoel
De bedoeling van de lezer: het leesdoel. 
De schrijver heeft zelf ook een bedoeling met zijn tekst:  
het tekstdoel

Je kiest een tekst met een tekstdoel dat bij jouw leesdoel past.

Slide 4 - Slide

Tekstdoel - Tekstsoort - Tekstvorm
Het tekstdoel is de bedoeling die een schrijver heeft met zijn tekst. Daarbij past steeds een bepaalde tekstsoort.
De tekstvorm kan steeds veranderen. In het schema vind je een overzicht.

Slide 5 - Slide

Tekstdoel - Tekstsoort - Tekstvorm

Slide 6 - Slide

Publiek van de schrijver: de lezers 
Een breed publiek, bijvoorbeeld alle jongeren tussen de 12 en 18 jaar. Denk aan teksten in kranten of tijdschriften over een algemeen onderwerp. De lezer weet nog niets of niet veel over het onderwerp.




aantal
240









aantal







Slide 7 - Slide

Publiek van de schrijver: de lezers 
Een kleiner publiek dat een bepaald onderwerp interessant vindt, bijvoorbeeld muziekliefhebbers, brugklasleerlingen, autoliefhebbers, meisjes of jongens van 13 jaar. Bij het schrijven van deze teksten gaat de schrijver er vaak van uit dat de lezer al iets over onderwerp weet. 

Slide 8 - Slide

Publiek van de schrijver: de lezers 
Een persoon of een kleine groep personen, bijvoorbeeld een directeur van een bedrijf, een vriend(in) of een mentor.









aantal







Slide 9 - Slide

Aan de slag in drietallen! 
Maak een poster met daarop de tekstvorm van een.. informerende tekst/ amuserende tekst
aansporende tekst

Tijdens de afronding bespreken we de gemaakte poster. 
KLAAR? Lezen in je boek OF oefenen werkwoordspelling www.jufmelis.nl








aantal
240









aantal







timer
10:00

Slide 10 - Slide

Afronding 
We bespreken samen de gemaakte posters. 







aantal
240









aantal







timer
5:00

Slide 11 - Slide

Welk publiek? 
- Een breed publiek? 
- Een kleiner publiek? 
- Een persoon of een kleine groep personen? 







aantal
240









aantal







timer
5:00

Slide 12 - Slide