Paragraaf 6.2 (korte herhaling)
- De Republiek kent een bijzondere politieke structuur: er is geen vorst en
regenten (leden van rijke handelsfamilies) besturen. De macht is verdeeld tussen de Gewestelijke Staten (rechtspraak, regels, belasting) en de Staten-Generaal (buitenlands beleid, verdediging).
- Gewesten hadden veel autonomie.
- Belangrijkste functionarissen: stadhouder (legerleider) en raadspensionaris (hoge ambtenaar uit Holland. Holland was het rijkste gewest, dus de raadspensionaris had veel macht).
- Elk gewest kon een stadhouder benoemen, in de praktijk waren er maar twee.