Quiz time

Quiz time
1 / 15
next
Slide 1: Slide

This lesson contains 15 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Quiz time

Slide 1 - Slide

Uitleg
Hierna komen een hele boel vragen 
Jullie krijgen per vraag 1 minuut  de tijd om over het antwoord na te denken en een keuze te maken.

De persoon die aan het einde op 1 staat die krijgt volgende week een prijs. (was te laat thuis gisteren)

Slide 2 - Slide

Een patiënt moet zelfinjecties toedienen. Wat moet de zorgverlener uitleggen aan de patiënt over deze procedure?
A
De injectie zo snel mogelijk toedienen
B
De injectie vermijden als de patiënt zich niet comfortabel voelt
C
De juiste injectietechniek, inclusief het gebruik van een schone naald en het juiste injectiegebied.

Slide 3 - Quiz

Een groep patiënten wordt voorgelicht over het belang van regelmatige controleafspraken bij de huisarts. Wat voor soort voorlichting is dit?
A
Primaire voorlichting.

Slide 4 - Quiz

Een groep patiënten wordt voorgelicht over het belang van regelmatige controleafspraken bij de huisarts. Wat voor soort voorlichting is dit?
A
Primaire voorlichting.
B
Secundaire voorlichting
C
Tertiaire voorlichting.

Slide 5 - Quiz

Een patiënt krijgt een recept voor pijnstillers. Wat moet de zorgverlener controleren voordat het recept wordt uitgeschreven?
A
De prijs van de medicatie.
B
Het medisch dossier voor eerdere allergieën of contra-indicaties.
C
De beschikbaarheid van het medicijn in de lokale apotheek.

Slide 6 - Quiz

Wat is een voordeel van tertiaire voorlichting?
A
Voorkomen van ziekten.
B
Snelle genezing van gezondheidsproblemen
C
Bevorderen van herstel en minimaliseren van complicaties.

Slide 7 - Quiz

Een patiënt wordt naar de huisartsenpraktijk doorverwezen vanwege mogelijk misbruik. Wat moet de huisarts doen volgens de Meldcode?
A
De patiënt niet geloven zonder bewijs.
B
Een melding maken bij Veilig Thuis en het stappenplan van de Meldcode volgen.
C
Zelf proberen het misbruik op te lossen zonder externe hulp

Slide 8 - Quiz

Een patiënt krijgt medicatie voorgeschreven in vloeibare vorm. Wat moet de zorgverlener uitleggen aan de patiënt?
A
De medicatie verdunnen met water voor gebruik.
B
De medicatie direct uit de fles innemen zonder verdere instructies.
C
De medicatie met voedsel innemen om bijwerkingen te verminderen.

Slide 9 - Quiz

Wat is een belangrijk aspect van secundaire voorlichting?
A
Focus op het voorkomen van complicaties.
B
Behandelen van bestaande gezondheidsproblemen.
C
Bevorderen van een gezonde levensstijl.

Slide 10 - Quiz

Een patiënt heeft een voorgeschiedenis van allergieën voor bepaalde medicijnen. Wat moet de zorgverlener doen voordat hij nieuwe medicatie voorschrijft?
A
De medicatie voorschrijven en letten op eventuele reacties.
B
De patiënt vragen naar eerdere allergische reacties en dit documenteren.
C
De allergieën negeren omdat ze mogelijk niet relevant zijn.

Slide 11 - Quiz

Een zorgverlener wil educatief materiaal ontwikkelen voor patiënten over het juiste gebruik van medicijnen. Welke stap moet hij/zij nemen?
A
Informatie delen zonder de patiënt te betrekken.
B
Samenwerken met patiënten om hun behoeften en begrip te begrijpen.
C
Geen educatief materiaal ontwikkelen omdat het te tijdrovend is.

Slide 12 - Quiz

Een patiënt krijgt medicatie voorgeschreven die zowel 's ochtends als 's avonds moet worden ingenomen. Wat is belangrijk om de patiënt hierover te informeren?
A
Het medicijn alleen 's avonds innemen.
B
De dosering overslaan als de patiënt een dosis vergeet.
C
De medicatie precies op hetzelfde tijdstip innemen elke dag.

Slide 13 - Quiz

Wat is de rol van een huisarts bij tertiaire voorlichting?
A
Voorkomen van ziekten.
B
Bevorderen van een gezonde levensstijl na herstel van een gezondheidsprobleem.
C
Signalering van potentiële gevaren voor de gezondheid.

Slide 14 - Quiz


A

Slide 15 - Quiz