Herhaling H4 Basis

Herhalen via LessonUp
- Je bent stil tijdens de uitleg.
- Je doet de hele les mee.
- Je gebruikt normale namen.
1 / 14
next
Slide 1: Slide
EconomieMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 3

This lesson contains 14 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Herhalen via LessonUp
- Je bent stil tijdens de uitleg.
- Je doet de hele les mee.
- Je gebruikt normale namen.

Slide 1 - Slide

Paragraaf 4.2
Als je een baan krijgt, dan sluit je  als werknemer een arbeidsovereenkomst af met je werkgever. In je overeenkomst staan drie belangrijke dingen. De meeste afspraken uit je arbeidsovereenkomst staan in de cao.
Om te kijken of je jouw baan leuk vindt, spreek je vaak een proeftijd af met jouw werkgever.  
In je arbeidsovereenkomst staat het brutoloon en je nettoloon.
Er zijn drie wetten om de werknemers te beschermen. Het wettelijk minimumloon, Arbowet en Arbeidstijdenwet. 

Slide 2 - Slide

Paragraaf 4.3
De arbeidsmarkt bestaat uit alle vraag naar arbeid en alle aanbod van arbeid. Op de arbeidsmarkt noem je het aanbod van arbeid ook wel de beroepsbevolking.
Het percentage van de bevolking dat tot de beroepsbevolking behoort, noem je de arbeidsdeelname/arbeidsparticipatie
Je hebt drie soorten werk. Wit, grijs en zwart werk

Slide 3 - Slide

Welke drie dingen moeten in je arbeidsovereenkomst staan?

Slide 4 - Open question

Een collectieve arbeidsovereenkomst is een overkomst tussen ..
A
werkgever en werknemer
B
werknemer en vakbond
C
vakbond en werkgever
D
werknemer en werknemer

Slide 5 - Quiz

Dylan krijgt een contract voor 6 maanden aangeboden bij zijn nieuwe werk. Hij krijgt hierbij een proeftijd van 1 maand. Mag dit? Leg uit waarom wel of niet.

Slide 6 - Open question

Brutoloon is het loon wat je uiteindelijk op je bankrekening gestort krijgt.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 7 - Quiz

Welke drie wetten zijn er ter bescherming van de werknemer?

Slide 8 - Mind map

Sara is 14 jaar en werkt bij de Etos. Behoort zij tot de beroepsbevolking?
A
Ja, ze werkt en heeft een contract.
B
Ja, ze werkt.
C
Nee, ze is geen 15 jaar.
D
Nee, ze is niet tussen de 15 en de pensioenleeftijd.

Slide 9 - Quiz

Uit wie/wat bestaat de vraag naar arbeid? En het aanbod van arbeid?

Slide 10 - Open question

Wat geeft de arbeidsdeelname aan?
A
Hoeveel mensen er werken.
B
Hoeveel mensen van de bevolking er tot de beroepsbevolking behoren.
C
Hoeveel mensen er uit de beroepsbevolking werken.

Slide 11 - Quiz

Wat is het verschil tussen wit, grijs en zwart werk?

Slide 12 - Open question

1) Een voetbalclub heeft 250 leden, daarvan is 70% jonger dan 16 jaar. Reken uit hoeveel leden onder de 16 jaar zijn.
2) Hoeveel procent is 25 van 150?

Slide 13 - Open question

Maken
1) Opdrachten op bladzijde 119 en 120 ter voorbereiding op je toets.
2) Rekenformulier oefenen. 

Slide 14 - Slide