Reumatiode atritis

Reumatoïde artritis
1 / 26
next
Slide 1: Slide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 1-3

This lesson contains 26 slides, with interactive quizzes, text slides and 3 videos.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Reumatoïde artritis

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Wat is je leervraag?

Slide 2 - Mind map

This item has no instructions

Waar denk je aan bij reumatoïde artritis?

Slide 3 - Mind map

This item has no instructions

Reumatoïde artritis (RA)
Gewrichtsontstekingen
Chronische aandoening

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Reumatoïde artritis

Meestal begint het bij de vingers, polsen en tenen
Komt op alle leeftijden voor
Vrouwen hebben het vaker dan mannen
Onduidelijk hoe het precies ontstaat

Slide 5 - Slide

Auto-immuun of auto-inflammatoire ziekte
Het lichaam activeert het afweersysteem (ook wel immuunsysteem) wanneer een ziekteverwekker, zoals een virus of bacterie het lichaam is binnengedrongen. Daarmee probeert het lichaam te voorkomen dat we ziek worden van schadelijke stoffen of ziektekiemen. Wat volgt is een ontstekingsreactie (infectie) om de ziekteverwekker uit te schakelen.
Normaal gesproken reageert het afweersysteem alleen tegen ziekteverwekkers afkomstig van buiten ons lichaam. Maar bij sommige mensen reageert het afweersysteem en maakt het immuunsysteem antistoffen aan die het eigen lichaam aanvallen. Dit noemen we een auto-immuunziekte of auto-inflammatoire ziekte (‘auto’ betekent ‘zelf’).
Auto-immuunziekte
Bij RA slaat je afweersysteem als het ware ‘op hol’ waardoor je afweersysteem denkt dat goede (lichaamseigen) cellen kwade indringers zijn. Je afweersysteem wil die indringers verdrijven. Hierdoor komen bepaalde stoffen (ontstekingseiwitten) vrij waardoor ontstekingen ontstaan in gewrichten, pezen, spieren of organen. Je immuunsysteem keert zich als het ware tegen je eigen lichaam.

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Slide 7 - Video

This item has no instructions

Omgevingsfactoren
Omgevingsfactoren hebben invloed op het ontstaan van RA. Zo hebben mensen die roken een grotere kans op het krijgen van RA dan mensen die niet roken.

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Klachten
Gewrichtsontstekingen in meerdere gewrichten.
De volgende klachten. Je gewricht:
  • doet pijn
  • is gezwollen
  • is stijf
  • voelt warm aan
  • kun je minder goed bewegen

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Klachten
Mogelijke plaatsen van ontstekingen

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Klachten
Vermoeidheid
Vaak hebben mensen met een auto-immuunziekte als RA last van vermoeidheid. Meestal zijn er verschillende factoren die de vermoeidheid veroorzaken en in stand houden. Vermoeidheid kan een direct gevolg van de aandoening zijn, maar ook een bijwerking van de medicijnen die je gebruikt. Ook kan pijn je ’s nachts uit je slaap houden, waardoor je overdag moe bent.

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Klachten
Andere klachten
Naast de gewrichtsontstekingen heb je soms last van andere klachten. Voorbeelden hiervan zijn:
ontsteking van de pezen of peesaanhechtingen
ontstekingen van slijmbeurzen
stijve of zwakke spieren

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Diagnose
Arts baseert diagnose meestal op:
 klachten
lichamelijk onderzoek; tekenen van ontsteking, beweeglijkheid gewrichten
bloedonderzoek; ontstekingswaarde, reumafactor
Rontgenfoto; afwijkingen in gewrichten

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

Slide 15 - Slide

This item has no instructions

Verloop
Reumatoïde artritis verloopt bij iedereen anders. Meestal wisselen periodes waarin je veel klachten hebt zich af met rustige periodes waarin je spontaan minder klachten krijgt. Ook hebben medicijnen daar veel invloed op.

Slide 16 - Slide

This item has no instructions

Factoren van invloed op verloop
Stress: door (langdurige) stress loop je een groter risico dat je gewrichtsklachten verergeren.
Hormonen: hormonen lijken het klachtenpatroon bij reumatoïde artritis te kunnen beïnvloeden. Tijdens de menstruatie en in de menopauze zijn de klachten vaak heviger. Terwijl zwangere vrouwen juist vaak minder last van de aandoening hebben.

Slide 17 - Slide

This item has no instructions

Behandeling
Medicijnen
Niet te genezen, wel klachten verminderen.  
Medicijnen helpen vaak goed bij het verminderen van je gewrichtsontstekingen. Omdat bij reumatoïde artritis je immuunsysteem te hard werkt, krijg je één of meerdere medicijnen om je immuunsysteem te remmen.
Daarnaast krijg je vaak pijnstillers voorgeschreven.

Slide 18 - Slide

This item has no instructions

Medicatie
Veel gebruikte medicijnen bij reumatoïde artritis zijn:

  • ontstekingsremmende pijnstillers (NSAID’s) (naproxen)
  • klassieke reumaremmers (csDmards)(methotrexaat)
  • biologische medicijnen (bDmards)
  • tsDmards waaronder JAK remmers
  • corticosteroïden, zoals prednison.

Slide 19 - Slide

Maar soms geeft zo’n reumamedicijnen bijwerkingen of helpt het onvoldoende. Dan kan je reumatoloog een biologisch medicijn voorschrijven (bDMARD’s, biological disease-modifying antirheumatic drugs).
Wat is het?
Een biologisch medicijn bevat een eiwit waarvan de werkzame stof is gemaakt door een levend organisme of afkomstig is van een levend organisme. Daarom heten ze ‘biologische’ medicijnen.
Biologische medicijnen onderdrukken de werking van je afweersysteem. Dat gebeurt op verschillende manieren. Ze remmen de eiwitten die ervoor zorgen dat er een ontsteking ontstaat, zoals TNF of interleukines. Of de cellen die deze eiwitten maken (de T- en B-cellen).
Alleen een reumatoloog mag biologische medicijnen voorschrijven. Je krijgt biologische medicijnen toegediend via een injectie onder je huid, of met een infuus.
De nieuwste medicijnen bij sommige vormen van ontstekingsreuma zijn de zogenoemde ‘JAK-remmers’ (januskinase remmers). Deze medicijnen verminderen de aanmaak van cytokines. Cytokines zijn een soort boodschappermoleculen.

Slide 20 - Video

This item has no instructions

Behandelaars
Reumatoloog
Fysiotherapeut
Reumaverpleegkundige
Ergotherapeut

Slide 21 - Slide

This item has no instructions

Waar let je op bij de zorg voor cliënten met RA?

Slide 22 - Mind map

This item has no instructions

Typische misvormingen

In sommige gevallen misvormingen van het gewricht.
Kan niet meer gestrekt worden of kan niet meer buigen.

Slide 23 - Slide

This item has no instructions

Let op drukplekken

Slide 24 - Slide

This item has no instructions

Slide 25 - Video

This item has no instructions

Vragen of feedback?

Slide 26 - Slide

This item has no instructions