3.9 Een uitje organiseren 23-03-2022

3.9 Een uitje organiseren
  • Ik kan een gesprek verstaan en begrijpen over een teamuitje
  • Ik kan in een gesprek mijn mening over een voorstel geven
  • Ik kan een schooluitje organiseren
  • Ik kan uitleg geven over een activiteit

1 / 15
next
Slide 1: Slide
NT2MBOStudiejaar 1

This lesson contains 15 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 150 min

Items in this lesson

3.9 Een uitje organiseren
  • Ik kan een gesprek verstaan en begrijpen over een teamuitje
  • Ik kan in een gesprek mijn mening over een voorstel geven
  • Ik kan een schooluitje organiseren
  • Ik kan uitleg geven over een activiteit

Slide 1 - Slide

(V) Samen starten
  1. Welke activiteiten vind jij leuk? Waarom?
  2. Welke activiteiten vind je niet leuk? Waarom niet?

Slide 2 - Slide

Dit doen we vanavond
  • Samen starten: 3.9 Een uitje organiseren
  • Vorige week: 2.8 Het weer
  • (A) Luisteren
  • Woorden 
  • (B) Schrijven
  • (C) en (D) Schrijven
  • Extra: Gesprekken: Wat vind jij?

Slide 3 - Slide

Voorbeeld
Kijk en luister naar het voorbeeld
  • 1: Wat is het koud!
  • 2: En het waait ook hard!
  • 1: Ik houd niet van de herfst, jij wel?
  • 2: Nee, want het is bewolkt en het regent vaak.
  • 1: Ik houd meer van de lente, omdat de zon vaker schijnt. En jij?
2: Ik houd het meest van de zomer, omdat het vaak droog is.
1: Dat begrijp ik. Meestal is de temperatuur goed, maar soms is het te heet.
2: Klopt, maar dat is beter dan te koud!

Slide 4 - Slide

Vorige week: 2.8 Het weer
Opdracht - Praat samen
Bedenk samen een gesprek over het weer (2.8) en oefen het gesprek. Doe het straks voor in de groep. Gebruik: want, en, maar, of, dus, omdat.

timer
20:00
  • 1: ...
  • 2: ...
  • 1: ...
  • 2: ...
  • 1: ...
2: ...
1: ...
2: ...
1: ...
2: ...

Slide 5 - Slide

Vorige week: 2.8 Het weer
Opdracht - Praat samen
Doe het samen voor in de groep.

timer
10:00
  • 1: ...
  • 2: ...
  • 1: ...
  • 2: ...
  • 1: ...
2: ...
1: ...
2: ...
1: ...
2: ...

Slide 6 - Slide

(A) Luisteren
Opdracht - Luister naar de tekst
Luister naar Olga, Tim en Patricia. Zij organiseren een uitje voor de kinderen van groep 7 en 8.

Slide 7 - Slide

Woorden
  • afspreken
  • de mening
  • vertrekken
  • duren
  • Dat klinkt goed!
  • Wat een goed plan!
  • Ik vind dat saai.
  • het uitje
  • organiseren
  • het voorstel
  • het plan
  • het thema
  • klinkt (klinken)
  • bedacht (bedenken)
timer
2:00

Slide 8 - Slide

(A) Luisteren
Opdracht - Luister nog twee keer naar de tekst
Luister naar Olga, Tim en Patricia. Zij organiseren een uitje voor de kinderen van groep 7 en 8.
Vragen:
  1. Welk voorstel heeft Tim?
  2. Waarom wil Patricia niet naar een museum?
  3. Wie regelt de boot?
  4. Tot hoe laat blijven ze bij het museum?


Slide 9 - Slide

(B) Schrijven
Opdracht - Maak een goede zin met de woorden
  1. organiseer - een uitje - voor alle collega's - ik - volgende week
  2. we - om 8 uur - vertrekken - met z'n allen - vanaf school
  3. in Drachten - is - ons voorstel - bowlen - met alle buurtgenoten
  4. de kinderen - af - om 4 uur  - spreken - bij de speeltuin
  5. wat - over het plan voor het feestje - jouw mening - is - ? 
timer
10:00

Slide 10 - Slide

(C) Schrijven
Opdracht - Elk jaar organiseert de school van jouw zoon of dochter een schoolreisje. Jij gaat het uitje organiseren. Je schrijft een e-mail aan de ouders van de kinderen. Vertel:
  • dat je een uitje organiseert;
  • waar de kinderen naartoe gaan en waarom;
  • wanneer het uitje is;
  • hoe laat het uitje begint en hoe laat het eindigt;
  • wat ze mee moeten nemen.
timer
10:00

Slide 11 - Slide

(C) Schrijven
Opdracht - Je gaat een uitje organiseren voor de A2 avondgroep, omdat jullie elkaar beter willen leren kennen. Je schrijft een e-mail met een voorstel voor het uitje. Vertel:
  • dat je een voorstel hebt voor een uitje;
  • waar jullie naartoe gaan en waarom;
  • wanneer het uitje is;
  • hoe laat het uitje begint en hoe laat het eindigt;
  • wat iedereen mee moet nemen.
Vraag: wat iedereen van jouw voorstel vindt.
timer
10:00

Slide 12 - Slide

(D) Schrijven
Opdracht - Denk aan jouw leven. Voor wie wil je een uitje organiseren? Waarom? Waar? Wat gaan jullie doen? Hoe laat? Wat moeten de mensen meenemen? Wat kost de activiteit? 

Schrijf een e-mail met een voorstel voor een uitje. 

Lees de e-mail voor.
timer
15:00

Slide 13 - Slide

Extra: Gesprekken
Opdracht -  Wat vind jij? Wat is jouw mening?
Ik vind dat ... / Ik denk dat ...

  1. De school moet uitjes voor kinderen betalen.
  2. Kinderen mogen zelf kiezen welk uitje ze willen.
  3. Bedrijven moeten twee uitjes per jaar organiseren.
  4. Bowlen is een leuk uitje.
  5. Uit eten gaan is leuker dan een museum bezoeken.

Slide 14 - Slide

Vorige week: 2.8 Het weer
  1. Wat vind je van het weer in Nederland? Hoe is het weer in jouw land?
  2. Houd je meer van de zomer of van de winter in Nederland? Waarom?
  3. Wat doe je graag als het warm is? Waar doe je dat?
  4. Wat doe je als het regent? Wat doe je als het sneeuwt?
  5. In welke maand ben je graag buiten? In welke maand ben je niet graag buiten?
  6. Welke kleren draag je als het koud is? Wat draag je als het warm is?
  7. Welke tijd van het jaar vind je fijner, de herfst of de winter? Waarom?
timer
10:00

Slide 15 - Slide