Ik wijs een leerling aan die een zin mag beginnen.
Althans, de eerste twee woorden ervan. Bijvoorbeeld: ‘Ingrid loopt’.
De volgende leerling mag de zin nu langer maken met één woord, bijvoorbeeld ‘Ingrid loopt langzaam’. Jullie vullen de zin aan met telkens één woord. Hoe lang kunnen jullie doorgaan zonder dat er een woord vergeten wordt?