les 6 Duits B1b kleuren & kleding 2

• Duits
• Middelbare school
• mavo, havo, vwo
• Leerjaar 2

Willkommen im Deutschunterricht 6

Kleding & kleuren

op tafel:

boek 1

etui + schrift/papier

snelhechter 

Wat doen wij in deze les:

- woordenboekopdracht (stil)

- herhalen kleuren, haben & sein 

- stille ontspanning (lezen, laptop)

- grammatica werkwoorden

- oefenen grammatica

Lesdoel

1. Je kunt woorden in het woordenboek opzoeken
2. Je kent "IDEWIS" en "FEESTTENTEN" als ezelsbruggetje.

THEMA: kleren & kleuren

Zoek het woord "jurk" op in het woordenboek!

Welk Duits woord vind jij?

Welke kleine, blauwe letter staat erachter?

• v = die (vrouw)
• m = der (Mann)
• o = das (Kind)

AAN DE SLAG 1

Zoek bij de volgende afbeeldingen het Duitse woord
uit het woordenboek op! 

Schrijf de naam & het juiste lidwoord op!

stil

m = der, v = die, o = das, mv = die

THEMA: kleren & kleuren

Welke kleur zie jij?

antwoord: Ich sehe die Farbe            

HERHALING

• habe
• hast
• hat
• hat
• hat

• haben
  
• habt
  
• haben
• haben

• ich bin
• du bist
• er/sie/es ist

• wir sind
• ihr seid
• sie sind

Welche Farben siehst du im Video?

Welke kleuren zie je in de video?

Korte ontspanning

Breng het woordenboek naar voren.

Daarna blijft je op je plaats zitten.

Je mag op je laptop.  

Het geluid staat uit.

Je praat alleen met je buurman/vrouw heel zachtjes.

ezelsbruggetje = IDEWIS

persoonlijke voornaamwoorden:

• ich
• du
• er/sie/es
• wir
• ihr
• sie/SIE

ik

jij/u

hij/zij/het

wij

jullie

zij

• I
• D
• E
• W
• I
• S

voor alle werkwoorden in het Duits (behalve sein, werden, hulpwerkwoorden) werkt dit bruggetje 

IDEWIS + Feesttenten - Regel

STAMM + UITGANG (en deze is helemaal regelmatig!)

Wat is de stam van: 

machen -

leben -

schwimmen - 

lächeln - 

• mach
• leb
• schwimm
• lächel

Slay

AAN DE SLAG 2

Werk met je buurman/buurvrouw samen

1. Neem werkblad 7 - Wij nemen hem samen door

2. Als hij er volledig ingevuld is (hulp vind jij in het boek blz. 127 1D
Maak kopie 8.

3. Open je Textarbeitsbuch1, Zwischenstufe blz. 107/108
    Maak opdracht 2, 3, 4

 

stil

Wij vergelijken - wir vergleichen

IDEWIS + Feesttenten - Regel

Ook in het Duits maak je de persoonsvorm door 

STAMM + UITGANG (en deze is helemaal regelmatig!)

Je gebruikt het ezelsbruggetje bij het oefenen.

(uitzondering: haben, sein + andere hulpwerkwoorden)

Slay

"feesttenten - regel" = Ezelsbruggetje om de juiste uitgang te onthouden

Terugblik - hebben wij dit bereikt?

Je weet dat het geklets in de klas vanaf nu gevolgen heeft.

Je kunt woorden in het woordenboek opzoeken.

Je kent "IDEWIS" en "FEESTTENTEN" als ezelsbruggetje.