Participatie les 7

Participatie


Fase 2: Individuele ondersteuning van de cliënt
Les 7: communicatie

1 / 31
next
Slide 1: Slide

This lesson contains 31 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

Items in this lesson

Participatie


Fase 2: Individuele ondersteuning van de cliënt
Les 7: communicatie

Slide 1 - Slide

Optioneel Energizer in deze les; fluisterspel
docent fluistert een zin en die moet de klas helemaal door. Wordt aan het einde de juiste zin genoemd?

Leg uit dat er sprake kan zijn van interne en externe ruis. 
Startopdracht
Wat weet jij al van communicatie?

1.Wat is het verschil tussen een open en een gesloten vraag?
2.Wat houdt actief luisteren in?
3.Noem één communicatietechniek die jij kent en leg kort uit hoe je deze kan gebruiken.

Slide 2 - Slide

Schrijf deze opdracht op het bord, studenten gaan hiermee aan de slag als jij de AWR aan het doen bent. Later in de les bespreek je deze opdracht.
Regels en afspraken
Telefoons stil en uit het zicht
Telefoons stil en uit het zicht :-)
Tassen op de grond
Oortjes, pet en jas af en uit
Eten doen we buiten het lokaal
Drinken alleen met afgesloten dop

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Als jouw gevoel van vandaag een gezichtsuitdrukking zou zijn, welke zou dat dan zijn? Laat het zien met je gezicht :-)

Slide 4 - Slide

Check in is optioneel, vooral handig wanneer het de eerste les van de dag is, 

voorbeeld kleuren voor check in: 
Rood (Veel energie, ik ben klaar om de dag aan te pakken!)
Geel (Gemiddeld, ik voel me oké, maar zou wat extra energie kunnen gebruiken)
Blauw (Rustig, ik ben een beetje moe of niet helemaal in de stemming)
Groen (Heel rustig, ik voel me kalm, maar niet per se energiek)
lesprogramma
Terugblik
Lesdoelen
Theorie communicatie
Non verbale communicatie / communicatietechnieken
filmpje + kijkvraag
Actief luisteren
Open en gesloten vragen + opdracht
Afsluiting

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Wat kan er misgaan als je je te veel inleeft in de situatie van een cliënt in de maatschappelijke zorg?
A
Je begrijpt de cliënt niet meer goed
B
Je raakt je professionaliteit kwijt en denkt te veel zoals de cliënt
C
Je luistert niet goed naar de cliënt
D
Je laat de cliënt niet genoeg zelf kiezen

Slide 6 - Quiz

This item has no instructions

Welke begeleidingsstijl geeft duidelijke richtlijnen , maar houdt ook rekening met de behoeften en gevoelens van de cliënt?
A
Autoritair
B
Autoritatief
C
Permissief
D
Situationeel

Slide 7 - Quiz

This item has no instructions

Lesdoelen
Aan het einde van de les......

  • Kan ik de basiscommunicatietechnieken opnoemen
  • Weet ik wat gesprekstechnieken zijn
  • Licht ik het verschil tussen verbale en non-verbale  communicatie toe
  • Weet ik wat een open luisterhouding is en hoe je actief luistert naar anderen

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Bespreken startopdracht
Wat weet jij al van communicatie?

1.Wat is het verschil tussen een open en een gesloten vraag?
2.Wat houdt actief luisteren in?
3.Noem één communicatietechniek die jij kent en leg kort uit hoe je deze kan gebruiken.

Slide 9 - Slide

Schrijf deze opdracht op het bord, studenten gaan hiermee aan de slag als jij de AWR aan het doen bent. Later in de les bespreek je deze opdracht.
Theorie
Communicatie

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Definitie
Bewust of onbewust informatie overbrengen op iemand anders. 
 Boodschap bevat informatie, die bestaat uit gedachten, ideeën, gevoelens en/of gedrag. 

Je communiceert de hele dag door. Ook op je werk, met cliënten en collega’s.
 Belangrijk is dat dit op een open en respectvolle manier gaat waarbij je je communicatie afstemt op je cliënt.

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Communicatie

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

Eenzijdig of meerzijdig communiceren?
 Meerzijdige communicatie/ dialoog: je bent zowel zender als ontvanger.

 

 Eenzijdige communicatie/ monoloog: Je bent alleen zender of alleen ontvanger van de boodschap.

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Verbale en non -verbale communicatie

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

Verbale communicatie; communiceren met woorden, uitgesproken of geschreven​


Non – verbale communicatie; Je gezichtsuitdrukking, ogen, houding, handbewegingen en toon onthullen allemaal wat je voelt.​



​Welke vorm van communicatie is volgens jullie het meest belangrijk?   





Slide 15 - Slide

This item has no instructions

Non - verbale communicatie
Wat je zegt is belangrijk, maar hoe je het zegt bepaalt vaak hoe de boodschap overkomt.
70-90% van onze communicatie!

-->laat emoties en bedoelingen zien, zelfs als woorden iets anders zeggen.
-->helpt bij het opbouwen van vertrouwen en een goede relatie.
-->mensen reageren vaak eerder op lichaamstaal dan op woorden.
 Congruentie​

In de zorg is dit extra belangrijk
Jouw houding en gezichtsuitdrukking kunnen dan het verschil maken in hoe veilig en begrepen iemand zich voelt!

Slide 16 - Slide

This item has no instructions

Communicatietechnieken
-Actief Luisteren; hoort en ziet wat de ander zegt; verwerkt en vat samen in eigen woorden; verbaal en non-verbaal laten blijken dat je de ander begrijpt.

- Vragen stellen (open en gesloten vragen)

- Feedback geven en ontvangen

Slide 17 - Slide

Deel hier het blad uit met visualisatie van de verschillende communicatietechnieken en actief luisteren.
Kijkvraag
Let bij het filmpje op de eerder besproken communicatietechnieken en gebruik je uitdeelblad. Wat valt je op? geef voorbeelden!

Slide 18 - Slide

This item has no instructions

Slide 19 - Video

This item has no instructions

Actief luisteren
“Actief luisteren betekent dat je met volle aandacht zoekt naar de behoefte en emotie achter de boodschap die de ander aan je geeft”

Actief luisteren wil zeggen dat je:

  • hoort en ziet wat de ander zegt
  • die boodschap verwerkt en samenvat in eigen woorden
  • verbaal en non-verbaal laat blijken dat je de ander begrijpt.

Slide 20 - Slide

This item has no instructions

Slide 21 - Slide

This item has no instructions

open luisterhouding
Een voorovergebogen lichaamshouding
Rustig op een stoel zitten
Met de onderarmen op tafel of op de bovenbenen steunen
Regelmatig oogcontact met de spreker hebben
Aandacht gericht op de spreker
Van tijd tot tijd knikken als bevestiging of aanmoediging
Korte reacties geven , zoals ‘hmm’ 'ja'of 'oke' 
Niet doorgaan als de ander afhaakt

Slide 22 - Slide

This item has no instructions

Open en gesloten vragen
  •  Open vragen stimuleren een uitgebreid antwoord en beginnen vaak met wie, wat, waar, waarom, wanneer of hoe.

  • Gesloten vragen kunnen meestal met ja, nee of 1/ 2 woorden beantwoord worden en geven minder ruimte voor uitleg.

Open vragen helpen om meer informatie te krijgen en het gesprek op gang te houden, terwijl gesloten vragen handig zijn voor snelle, duidelijke antwoorden.

Slide 23 - Slide

This item has no instructions

Open of gesloten?

"Hoe voelde je je tijdens het gesprek met je begeleider?"
A
Open vraag
B
Gesloten vraag

Slide 24 - Quiz

This item has no instructions

Open of gesloten?

"Was je tevreden over het gesprek met je begeleider?"
A
Open vraag
B
Gesloten vraag

Slide 25 - Quiz

This item has no instructions

Opdracht
ItsLearning - participatie - content
Maak de opdracht; open en gesloten vragen

Slide 26 - Slide

This item has no instructions

Welke communicatieproblemen ervaren jullie cliënten?

Slide 27 - Open question

This item has no instructions

communicatiestoornissen doelgroep


  • Zintuigelijke beperkingen (doofheid)
  • Lichamelijke beperkingen (spasme, Canule)en hersenletsel (afasie )
  • Verstandelijke beperking
  • TOS (taalontwikkelingsstoornis, vaak gediagnosticeerd bij kinderen)

Mensen die verbaal minder sterk zijn, zijn vaak erg gevoelig voor non- verbale signalen

Voor sommige cliënten is aanraking en nabijheid bedreigend vanwege nare ervaringen uit hun verleden.


Slide 28 - Slide

This item has no instructions

Tips voor communiceren met cliënten
Aanraking
Gebaren
Kleurgebruik
Articuleren
Pictogrammen
Woordkeuze
niet te veel informatie tegelijkertijd

Slide 29 - Slide

This item has no instructions

Lesdoelen behaald?
Aan het einde van de les......

  • Kan ik de basiscommunicatietechnieken opnoemen
  • Weet ik wat gesprekstechnieken zijn
  • Licht ik het verschil tussen verbale en non-verbale  communicatie toe
  • Weet ik wat een open luisterhouding is en hoe je actief luistert naar anderen

Slide 30 - Slide

This item has no instructions

             Afsluiting

Slide 31 - Slide

This item has no instructions