Hoofdstuk 2 Paragraaf 1 De Pruikentijd

De pruikentijd
1 / 25
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

This lesson contains 25 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

De pruikentijd

Slide 1 - Slide

Doelen voor deze les: 
  • Je kan het volgende kenmerkend aspect in je eigen woorden uitleggen 'Het denken over staat en maatschappij in de verlichting'. 
  • Je kan uitleggen hoe het ging met de Nederlandse economie. 
  • Je kan uitleggen welke sociale verhoudingen er waren in Frankrijk. 
  • Je kan uitleggen welke nieuwe ideeën ontstonden. 
  • Je kan de drie lagen van de standenmaatschappij benoemen. 
  • Je kan uitleggen tot welke stand ondernemers behoorden en waarom zij daar ontevreden over waren. 
  • Je kan uitleggen wie in Frankrijk de meeste belasting betaalden en waarom zij het meest betaalden. 
  • Je kan uitleggen wat de verlichting betekent. 
  • Je kan uitleggen 3 voorbeelden noemen hoe het religieus denken veranderde tijdens de verlichting. 
  • Je kan uitleggen wat de Verlichting en Mensenrechten met elkaar te maken hebben. 
  • Je kan 2 voorbeelden van mensenrechten noemen. 
  • Je kan uitleggen wat een rechtsstaat is. 
  • Je kan uitleggen wat in een grondwet staat en maakt in je antwoord gebruik van het woord 'grondrechten'. 

Slide 2 - Slide

Je kan het volgende kenmerkend aspect in je eigen woorden uitleggen 'Het denken over staat en maatschappij in de verlichting'.

Slide 3 - Open question

Slide 4 - Video

Geef 4 voorbeelden waarom de Gouden Eeuw in Nederland voorbij was.

Slide 5 - Open question

De Nederlandse economie
Nederlandse Economie: 
  1. Gouden Eeuw was voorbij. 
  2. Nijverheid ging achteruit. 
  3. Handel ging achteruit. 
  4. Bedrijven maakten minder winst. 
  5. Meer werkloosheid en Armoede. 
  6. Echter: Rijke Familie verdiende veel geld door geld uit te lenen met rente. 

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Video

Noem de 3 standen in de standenmaatschappij.

Slide 8 - Open question

De Franse Samenleving
Standenmaatschappij: 
1. Geestelijken
2. Adel. 
3. Rest van de bevolking. 


Slide 9 - Slide

Leg uit waarom de Bovenste standen wel tevreden waren met het belastingstelsel.

Slide 10 - Open question

Leg uit waarom de laagste stand niet tevreden was met het belastingstelsel.

Slide 11 - Open question

De Franse Samenleving
Standenmaatschappij: 
  • In de standenmaastchappij hadden de eerste en tweede stand privileges. Dit betekende dat zij niet of nauwelijks belasting betaalden. 
  • Alleen edelen konden een goede betaalde overheidsbaan krijgen. 
  • Het gewone volk(derde stand) betaalden vrijwel alle belasting. 
  • Doordat de lonen minder hard stegen dan de prijzen voor producten werden de armen alleen maar armer. 

Slide 12 - Slide

Leg uit hoe de Wetenschappelijke Revolutie van tijdvak 6, de verlichting heeft beïnvloed.

Slide 13 - Open question

Nieuwe ideeen.
Oorzaak: Wetenschappelijke revolutie: 'Logisch nadenken en systematisch onderzoeken'

Gevolg: De verlichting: Aanhangers van de verlichting geloven dat alles met  verstand verklaard kan worden, ook het geloof. 

Slide 14 - Slide

Leg uit hoe verlichte denkers dachten over het geloof.

Slide 15 - Open question

Leg uit hoe verlichte denkers dachten over mensenrechten.

Slide 16 - Open question

Nieuwe ideen
Aanhangers van de verlichting geloofden: 

  1. God grijpt niet rechtstreeks in bij het leven van de mens. 
  2. God als de klokkenmaker: 'God heeft de wereld geschapen, maar bemoeit zich verder niet met de wereld'
  3. Godsdienst is niet te bewijzen. 
  4. Aanhangers van verschillende godsdiensten moesten verdraagzaam zijn naar andere godsdiensten. 
  5. Mensen zijn gelijk geboren en hebben daarom dezelfde rechten. (Mensenrechten). 

Slide 17 - Slide

Nieuwe Ideeen
Mensrechten: 
  1. Vrijheid van godsdienst. 
  2. Vrijheid van meningsuiting. 
  3. Iedereen is gelijk aan de wet. Zelfs de koning moet zich aan de wet houden (Rechtstaat)

Slide 18 - Slide

Leg uit wat een grondwet is.

Slide 19 - Open question

Nieuwe Ideeen
Om de burger zekerheid te geven in deze rechtsstaat tegen de macht van de overheid moesten werden de rechten van de burger vast gelegd in een grondwet. 

In deze grondwet staan de belangrijkste rechten van de burgers. Dit worden grondrechten genoemd. 

Slide 20 - Slide

Je kan het volgende kenmerkend aspect in je eigen woorden uitleggen 'Het denken over staat en maatschappij in de verlichting'.

Slide 21 - Open question

Aan de slag: Huiswerk
  1. Maken paragraaf 2.1. 
  2. Nakijken paragraaf 2.1. 
  3. Nakijken vorige paragrafen. 
  4. Leren leerdoelen 2.1. 

Slide 22 - Slide

Leg in je eigen woorden uit hoe het ging met de Nederlandse economie.

Slide 23 - Open question

Leg in je eigen woorden uit welke nieuwe gedachten ontstonden tijdens de verlichting.

Slide 24 - Open question

Aan de slag:
  1. Maken paragraaf 2.1. 
  2. Nakijken paragraaf 2.1. 
  3. Nakijken vorige paragrafen. 
  4. Leren leerdoelen 2.1. 

Slide 25 - Slide