L31: Balanstest

1 / 32
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

This lesson contains 32 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Luistervaardigheid
Leesvaardigheid 

2. Leesvaardigheid

Slide 2 - Slide

Deel 1: Luistervaardigheid
  •  deel LessonUp
            - vragen 
            - luisterfragment
            - schematiseren

  • deel Bookwidget
             - vragen  
punten

Slide 3 - Slide

Ik vloek dagelijks.
Ja
Nee

Slide 4 - Poll

Ik erger mij soms als iemand anders vloekt.
Ja
Nee

Slide 5 - Poll

Ik word op mijn vingers getikt door mijn ouders als ik vloek.
Ja
Nee

Slide 6 - Poll

Ik vind dat vloeken in bepaalde situaties moet kunnen.
Ja
Nee

Slide 7 - Poll

Ik vind dat mensen in het algemeen te vaak vloeken.
Ja
Nee

Slide 8 - Poll

Zo meteen beluisteren we de intro van een fragment.


Neem pen en papier.

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Link

Wat is het onderwerp?

Slide 11 - Open question

Wat voor soort programma is dit?
A
soap
B
quiz
C
praatprogramma
D
realityshow

Slide 12 - Quiz

Wat is het doel van het filmpje? (Meerdere antwoorden zijn mogelijk).
A
overtuigen
B
informeren
C
raken
D
amuseren

Slide 13 - Quiz

Beluister het fragment volledig 

  • doel -> schematiseren
  • fragment: 6:30



Nadien ga je vragen oplossen in een Bookwidget

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Link

Bookwidget


SS/ Oefeningen/Toetsen/L31 Balanstest_luistervaardigheid
Neem je schema erbij en los de vragen op in de Bookwidget

Slide 17 - Slide

Deel 2: Leesvaardigheid
  •  deel LessonUp
            - vragen 
            - leesfragment
            - schematiseren

  • deel Bookwidget
           - vragen 

punten

Slide 18 - Slide

Ik gebruik dagelijks emoji's wanneer ik berichten stuur.
ja
nee

Slide 19 - Poll

Mijn ouders gebruiken soms emoji's in hun berichten.
ja
nee

Slide 20 - Poll

Ik weet van elke emoji wat die betekent.
ja
nee

Slide 21 - Poll

Emoji's betekenen hetzelfde in elke cultuur.
ja
nee

Slide 22 - Poll

Er is te weinig aandacht voor wat emoji's betekenen in de Nederlandse taal.
ja
nee

Slide 23 - Poll

Lees de tekst  globaal.
pag. 330

Slide 24 - Slide

Wat is volgens jou het onderwerp van de tekst?

Slide 25 - Open question

Geef de hoofdgedachte van de inleiding in één zin weer.

Slide 26 - Open question

Met welk tekstdoel schreef de auteur de tekst?
A
informeren
B
ontspannen
C
raken
D
overtuigen

Slide 27 - Quiz

Geef de tekstsoort.
A
informatieve tekst
B
persuasieve tekst
C
opiniërende tekst
D
narratieve tekst

Slide 28 - Quiz

Wat is het teksttype?
A
wetenschappelijke studie
B
reisverhaal
C
nieuwsartikel
D
recept

Slide 29 - Quiz

Lees de tekst grondig door.

 Neem notities.
Zie dat je alles begrijpt.


pag. 330
timer
15:00

Slide 30 - Slide

Slide 31 - Slide

Bookwidget


SS/ Oefeningen/Toetsen/L31 Balanstest_leesvaardigheid
Neem je schema erbij en los de vragen op in de Bookwidget

Slide 32 - Slide