Bijvoeglijke bijzin

Wat gaan we vandaag doen?
10 min
Huiswerk nakijken
10 min
Uitleg bijvoeglijke bijzin
20 min
Zelf aan de slag
5 min
Lesdoelcontrole
1 / 12
next
Slide 1: Slide

This lesson contains 12 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Wat gaan we vandaag doen?
10 min
Huiswerk nakijken
10 min
Uitleg bijvoeglijke bijzin
20 min
Zelf aan de slag
5 min
Lesdoelcontrole

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Huiswerk nakijken
opdracht 1, 2 en 6, bladzijde 24-27.



Extra opdracht voor Karin: opstel van 150 woorden.

Slide 2 - Slide

Laat de leerlingen in duo's werken en geef instructies voor het geven van feedback.
Lesdoel

Aan het einde van deze les:
kun je bijvoeglijke bijzinnen herkennen.

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Opgesomd: Bijvoeglijke bijzin 
  • Een bijvoeglijke bijzin zegt iets over een ZN of VNW
  • De bijvoeglijke bijzin heeft altijd een PV.
  • Een bijvoeglijke bijzin begint meestal met een betrekkelijk voornaamwoord.
  • De betrekkelijke voornaamwoorden zijn die, dat, wat en wie.
  • De bijvoeglijke bijzin is geen zelfstandig zinsdeel, maar een zinsdeelstuk.

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Even kijken of jullie het begrijpen

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Kun jij de bijvoeglijke bijzinnen vinden in deze tekst?

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Wat is de bijvoeglijke bijzin?

De vrouw die daar fietst is vrolijk
A
De vrouw die
B
die daar fietst is vrolijk
C
De vrouw
D
die daar fietst

Slide 7 - Quiz

This item has no instructions

Wat is de bijvoeglijke bijzin?

Leraren die veertig uur per week werken, hebben
recht op arbeidstijdverkorting

A
hebben recht op arbeidstijdverkorting
B
hebben recht op
C
leraren die
D
die veertig uur per week werken

Slide 8 - Quiz

This item has no instructions

Wat is de bijvoeglijke bijzin?

Leerlingen die te laat in de les komen, moeten zich melden.
A
Leerlingen die
B
moeten zich melden
C
Leerlingen die te laat in de les komen
D
die te laat in de les komen

Slide 9 - Quiz

This item has no instructions

Wat is de bijvoeglijke bijzin?

Alle foto's waarop hij te zien was, zijn verdwenen.
A
Alle foto's
B
waarop hij te zien was
C
Alle foto's waarop hij te zien was
D
zijn verdwenen

Slide 10 - Quiz

This item has no instructions

Aan de slag 
Wat: opdracht 1, 2, 4 en 5.1, bladzijde 28-29;
Hoe: in je schrift onder de module grammatica;
Hulp: zie theorie, bladzijde 28, vraag je buurman- vrouw;
Tijd: 20 minuten;
Uitkomst: je hebt geoefend met de bijvoeglijke bijzin en een begin gemaakt aan je huiswerk.

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Lesdoel behaald?

Aan het einde van deze les:

  • kun je bijvoeglijke bijzinnen herkennen

Slide 12 - Slide

This item has no instructions