2v wk 2 Formuleren 1 en 2

Welkom 2v
Aan het einde van deze les:
- ... heb je de leerstof van jaar 1 Formuleren weer opgefrist.


1 / 28
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

This lesson contains 28 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Welkom 2v
Aan het einde van deze les:
- ... heb je de leerstof van jaar 1 Formuleren weer opgefrist.


Slide 1 - Slide

Lekker lezen!
timer
10:00

Slide 2 - Slide

Wat gaan we vandaag doen?
  • Formuleren jaar - 1 opfrissen
  • Oefenen digitaal
  • Afronden 




Slide 3 - Slide

Hoe zat het ook alweer?

1. Wat is formuleren?
2. Denk na wat de volgende begrippen betekenen. Je hebt ze vorig jaar behandeld.
-  vraagzin
-  woordgeslacht
- verwijswoorden
- trappen van vergelijking


Slide 4 - Slide

Maken: Cursus 6 Formuleren
Wat:          paragraaf 1: Herhalen jaar 1 - opdr 1 tm 4
Hoe:         Zelfstandig
Nodig:     Laptop
Tijd:          25 min
Geluid:     Stilte
Hulp:        Docent loopt rond, steek je hand op bij vragen.
Klaar:      Ga door met opdrachten 5 tm 8B
timer
30:00

Slide 5 - Slide

Afronding
Doel:
... heb je de leerstof van jaar 1 Formuleren weer opgefrist.



Huiswerk:
Lezen in je leesboek



Slide 6 - Slide

Welkom 2v
Aan het einde van deze les:
-  Weet je op welke manieren je kunt variëren in woordgebruik om een tekst prettiger leesbaar te maken.

Slide 7 - Slide

Lekker lezen!
timer
5:00

Slide 8 - Slide

Wat gaan we vandaag doen?
  • Uitleg formuleren paragraaf 2 Variatie woordgebruik
  • Oefenen 
  • Afronden 




Slide 9 - Slide

Lees de tekst
De honden van Maxim stoeien met elkaar verderop op het strand. Dan roept Maxim dat de honden moeten komen, maar de honden negeren Maxims bevel en stoeien gewoon door. Waarom blijven die honden stoeien, als ik mijn honden roep? vraagt Maxim zich af.


- Wat valt op aan deze tekst?
- Wat zou je veranderen?

Slide 10 - Slide

Lees de tekst
De honden van Maxim stoeien met elkaar verderop op het strand. Dan roept hij dat ze moeten komen. Maar de viervoeters negeren zijn bevel en ravotten gewoon door. Waarom blijven die beesten spelen als ik ze roep? vraagt hij zich af.

Slide 11 - Slide

Variatie in woordgebruik
  • Synoniemen
  • Gebruik woorden die ongeveer hetzelfde betekenen
  • Gebruik verwijswoorden
  • Laat het herhaalde woord zo mogelijk weg.


Slide 12 - Slide

Aan de slag - Cursus 6 Formuleren
Wat:  Paragraaf 2: Variatie in woordgebruik: opdr 1 tm 3
Hoe: Zelfstandig
Nodig: laptop
Tijd: 15 min
Hulp: docent 
Geluid: heel zachtjes overleggen mag
Klaar: Ga verder met opdr 4 en 5
timer
20:00

Slide 13 - Slide

Wat heb je deze les geleerd?

Slide 14 - Mind map

Heb je nog een vraag over deze les?

Slide 15 - Mind map

Afronden
Aan het einde van deze les:
- Weet je op welke manieren je kunt variëren in woordgebruik om een tekst prettiger leesbaar te maken.

Huiswerk:
Lezen in je leesboek

Slide 16 - Slide

Welkom 2v
Aan het einde van deze les:
-  Weet je op welke manieren je kunt variëren in zinsopbouw om een tekst prettiger leesbaar te maken.

Slide 17 - Slide

Lekker lezen!
timer
5:00

Slide 18 - Slide

Wat gaan we vandaag doen?
  • Uitleg formuleren paragraaf 3 Variatie zinsopbouw
  • Oefenen 
  • Afronden 




Slide 19 - Slide

Lees de tekst
De honden van Maxim stoeien met elkaar verderop op het strand. Dan roept Maxim dat de honden moeten komen, maar de honden negeren Maxims bevel en stoeien gewoon door. Waarom blijven die honden stoeien, als ik mijn honden roep? vraagt Maxim zich af.


- Wat valt op aan deze tekst?
- Wat zou je veranderen?

Slide 20 - Slide

Lees de tekst
Twee kwajongens kwamen bij mijn moeder belletje trekken. Ze liep voor niets naar de deur. De vlegels belden nog eens aan. Moeder opende voor de tweede keer de deur. Niemand. Ze verstopte zich achter het gordijn. De rekels belden opnieuw aan. Moeder deed onmiddellijk open. Ze pakte één belhamel bij de arm. Ze zei: ‘Kom jij maar binnen, doerak.’ Moeder liet de schavuit een kwartier lang in de hal staan. Hij ontliep zijn straf dus niet, de schobbejak.

Wat valt op aan deze tekst?

Slide 21 - Slide

Lees de tekst
Twee kwajongens kwamen bij mijn moeder belletje trekken. Ze liep voor niets naar de deur. De vlegels belden nog eens aan. Moeder opende voor de tweede keer de deur. Niemand. Ze verstopte zich achter het gordijn. De rekels belden opnieuw aan. Moeder deed onmiddellijk open. Ze pakte één belhamel bij de arm. Ze zei: ‘Kom jij maar binnen, doerak.’ Moeder liet de schavuit een kwartier lang in de hal staan. Hij ontliep zijn straf dus niet, de schobbejak.

In deze tekst hebben alle zinnen precies dezelfde volgorde: onderwerp (O) – persoonsvorm (P) – ander zinsdeel (A). 
Daarom is niet alleen variatie in woordkeuze nodig, maar ook variatie in zinsopbouw: de volgorde van de zinsdelen. Zo kun je woorden extra aandacht geven, bijvoorbeeld door ze vooraan de zin te zetten.

Slide 22 - Slide

Variatie in zinsopbouw
  • Zo varieer je in zinsopbouw
  • Kies naast OPA ook de volgorde APO: ander zinsdeel – persoonsvorm – onderwerp.
  • Maak nu en dan een vraagzin (POA): persoonsvorm – onderwerp – ander zinsdeel?
  • Gebruik in teksten waar dat kan, zoals instructies en advertenties, ook de gebiedende wijs (PA). De zin begint dan met de persoonsvorm en bevat geen onderwerp.


Slide 23 - Slide

Lees de tekst
Twee kwajongens kwamen bij mijn moeder belletje trekken. (OPA) Ze liep voor niets naar de deur. (OPA) Even later belden de vlegels nog eens aan, waarop moeder voor de tweede keer de deur opende. (APO) Omdat er weer niemand stond, verstopte moeder zich achter het gordijn, waar ze wachtte tot de rekels opnieuw aanbelden. (APO) Ze deed onmiddellijk open en pakte één belhamel bij de arm. (OPA) ‘Kom maar binnen, doerak’, zei ze. (PA) Een kwartier lang liet moeder de schavuit in de hal staan. (APO) Zo kreeg hij zijn straf, de schobbejak. (APO)

Slide 24 - Slide

Aan de slag - Cursus 6 Formuleren
Wat:  Paragraaf 2: Variatie in woordgebruik: opdr 4 & 5
Paragraaf 3: opdr 1 tm 5
Hoe: Zelfstandig
Nodig: laptop
Tijd: 15 min
Hulp: docent 
Geluid: heel zachtjes overleggen mag
Klaar: Ga verder met opdr 6-8
timer
20:00

Slide 25 - Slide

Wat heb je deze les geleerd?

Slide 26 - Mind map

Heb je nog een vraag over deze les?

Slide 27 - Mind map

Afronden
Aan het einde van deze les:
- Weet je op welke manieren je kunt variëren in woordgebruik om een tekst prettiger leesbaar te maken.

Huiswerk:
Lezen in je leesboek

Slide 28 - Slide