les 5: het platteland (3.4)

 Je leert dat globalisering op het platteland zichtbaar is in plantage gebieden, de mijnbouw, boskap, toerisme of geldzendingen (remittances) van migranten. 

Je kunt de ontwikkelingen op het platteland analyseren met gebruikmaking van verschillende dimensies.
1 / 11
next
Slide 1: Slide
AardrijkskundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 5

This lesson contains 11 slides, with text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

 Je leert dat globalisering op het platteland zichtbaar is in plantage gebieden, de mijnbouw, boskap, toerisme of geldzendingen (remittances) van migranten. 

Je kunt de ontwikkelingen op het platteland analyseren met gebruikmaking van verschillende dimensies.

Slide 1 - Slide

Lees 3.4
Maak een tijdlijn van 1900 tot nu. 

Noteer wat er typisch was voor elke periode.

Geef bij elk event een korte uitleg.
Begin 20e eeuw
jaren 1960
einde jaren 1980
jaren 1990
vanaf 2008

Slide 2 - Slide

Begin van de 20e eeuw (1900)
Vooral latifundia: grote plantages in handen van elite 
(vooral Europese kolonisten)

80% van de plattelandsbevolking waren zelfvoorzienende boeren minifundia of landarbeiders op latifundia.

Slide 3 - Slide

1960
Groene revolutie:         Toename oogst door:
verbeterde gewassen, kunstmest, irrigatie, bestrijdingsmiddelen.

Opkomst agri-business: MNO bezit hele productieketen
Zaden ontwikkelen, transport,en verkoop van eindproduct.

Poging landhervorming (verdelen grootgrondbezit) mislukt.
Grootgrondbezitters in opstand.
Oplossing: meer ontbossing -> meer landvoor kleinere boeren.

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Video

Einde jaren 1980
liberalisering zorgde voor globalisering in de landbouw.
Toename concurrentie wereldwijd.

Opkomst commerciële landbouw van luxe exportgewassen.

Kleine boeren verslechterde situatie door minder subsidies.

Slide 6 - Slide

jaren 1990
Eigendom landbezit moest goed geregeld worden: 

Landadministratieprogramma.

Pas nu konden (ook kleinere) boeren leningen krijgen.

Slide 7 - Slide

Vanaf 2008
global land rush: run op landbouwgrond
Landbouw en mijnbouw MNO's willen overal ter wereld land opkopen. Zo ook in Zuid-Amerika.

Landgrabbing: afpakken van land van eigen bevolking.
(kan je beargumenteren waarom wel/niet landgrabbing?)

Nog grootschaligere producite
Opkomst  plantagegebieden met maar 1 gewas (monocultuur)

nadelen: minder voedsel voor lokale bevolking, vervuiling, uitputting grond, 
afname werkgelegenheid door mechanisatie, gevaar genetische modificatie?
door toename welvaart
door toename bevolkingsomvang

Slide 8 - Slide

Platteland of stad
.
Platteland onder druk door:
- meer mijnbouwgebieden
- waterkrachtcentrales en stuwmeren
- groei steden/dorpen (door remittance = geldzendingen)

Deel bevolking woont:  deels in stad, andere deel op platteland.
Ruraal
urbaan

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

 Je leert dat globalisering op het platteland zichtbaar is in plantage gebieden, de mijnbouw, boskap, toerisme of geldzendingen (remittances) van migranten. 

Je kunt de ontwikkelingen op het platteland analyseren met gebruikmaking van verschillende dimensies.

Slide 11 - Slide