Hst 9 - 9.1

Hst 9 - Tijd van de wereldoorlogen (1900-1950)
1 / 19
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare schoolvwoLeerjaar 5

This lesson contains 19 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Hst 9 - Tijd van de wereldoorlogen (1900-1950)

Slide 1 - Slide

Kenmerkende aspecten:
37 De rol van moderne propaganda- en communicatiemiddelen en vormen van massaorganisatie.

38 Het in praktijk brengen van de totalitaire ideologieën communisme en fascisme/nationaalsocialisme.
39 De crisis van het wereldkapitalisme.
40 Het voeren van twee wereldoorlogen.
41 Racisme en discriminatie leiden tot genocide, in het bijzonder op de joden.
42 De Duitse bezetting van Nederland.
43 Verwoestingen op niet eerder vertoonde schaal door massavernietigingswapens en de betrokkenheid van de burgerbevolking bij oorlogvoering.
44 Vormen van verzet tegen het West-Europese imperialisme.






Slide 2 - Slide

19de eeuw was een van de vreedzaamste periodes uit de Europese geschiedenis

Slide 3 - Slide

De vijf grote Europese mogendheden:
- Groot-Brittannië
- Frankrijk
- Oostenrijk-Hongarije
- Rusland
- Pruisen
De VS was een nieuwe economische grootmacht, maar werd door hun politiek van isolationisme niet als bedreiging gezien.

Slide 4 - Slide

De machtsbalans werd verstoord toen onder leiding van Pruisen een economisch sterk Duits keizerrijk werd gevormd...

Slide 5 - Slide

.... en het militarisme in Europa toenam.

Slide 6 - Slide

  • Duitsland: Pas sinds 1871 een eenheidsstaat -> zocht nog naar eenheid. Streefde naar eenheid en een imperium zoals Frankrijk en Engeland.
  • Frankrijk: De Fransen hadden de Frans-Duitse oorlog verloren (1870-1871). Ze moesten ook nog het gebied Elzas-Lotharingen afstaan en zinden op wraak.  
  • Engeland: Hadden grootste rijk van de wereld en keken met schuin oog naar imperialistische wensen van Duitsland en de bouw van hun vloot; er ontstond een wapenwedloop
  • Oostenrijk-Hongarije: Staat van tientallen verschillende culturen, talen, landen die zelfstandig wilden worden.  

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

Wat heeft het machtsverlies van het Ottomaanse rijk op de Balkan te maken met de escalatie tussen de beide bondgenootschappen?
(gebruik indien nodig blz. 181 en 182)

Slide 9 - Open question

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Video

Welke vier onderliggende oorzaken voor het ontstaan van WO-I komen in filmpje naar voren?

Slide 12 - Open question

Slide 13 - Slide

De opmars van het Duitse leger.

Slide 14 - Slide

Na de slag bij de Marne verzandde de oorlog op het Westfront in een loopgravenoorlog, waarbij nieuwe wapens als gifgas ingezet werden om een paar km terrein van de tegenstander in te nemen.

Slide 15 - Slide

De VS ging in 1917 aan geallieerde zijde meevechten:
- President Wilsons ideaal ; make the world safe for democracy
- Slachtoffers VS door Duitslands onbeperkte duikbotenoorlog

Slide 16 - Slide

In 1918 verdween het Oostfront tegen Rusland. Wat was hier de oorzaak van?
A
De Russen trokken zich terug uit de oorlog na de Russische revolutie van 1917
B
De Duitsers hadden Rusland ingenomen
C
De Russen hadden Oost-Duitsland ingenomen
D
Tsaar Nicolaas II ging aan Duitse zijde meevechten

Slide 17 - Quiz

Het Duitse leger verloor terrein en was moegestreden.
Op 11 november 1918 tekenden de Duitsers de capitulatie.

Slide 18 - Slide

Welke vredesbepalingen voor Duitsland stonden in het Verdrag van Versailles?

Slide 19 - Mind map