8.2 Vorsten en verlichte ideeën

Leerdoelen
  • uitleggen hoe het bestuur van een verlicht vorst verschilde van het bestuur van een absoluut vorst
  • beredeneren waarom een verlicht vorst niet alle verlichte idealen doorvoerde
  • beredeneren welk verband er is tussen het ontstaan van een publieke opinie en de politieke bewustwording van burgers
  • verklaren waarom in Frankrijk, de Nederlandse Republiek en Groot-Brittannië verschillend werd omgegaan met de kritische mening van burgers.

Kenmerkend aspect: Voortbestaan van het ancien régime met pogingen om het vorstelijk bestuur op eigentijdse, verlichte wijze vorm te geven (verlicht absolutisme)
1 / 14
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare schoolvwoLeerjaar 5

This lesson contains 14 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

Items in this lesson

Leerdoelen
  • uitleggen hoe het bestuur van een verlicht vorst verschilde van het bestuur van een absoluut vorst
  • beredeneren waarom een verlicht vorst niet alle verlichte idealen doorvoerde
  • beredeneren welk verband er is tussen het ontstaan van een publieke opinie en de politieke bewustwording van burgers
  • verklaren waarom in Frankrijk, de Nederlandse Republiek en Groot-Brittannië verschillend werd omgegaan met de kritische mening van burgers.

Kenmerkend aspect: Voortbestaan van het ancien régime met pogingen om het vorstelijk bestuur op eigentijdse, verlichte wijze vorm te geven (verlicht absolutisme)

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Video

Hervormingen in Pruisen en elders
Frederik van Pruisen voerde hervormingen door:
- Hij stelde religieuze vrijheid in
- Stimuleerde kunsten en wetenschappen
- Hij liet kanalen aanleggen
- Streefde naar onderwijs voor alle kinderen
- Hij voerde ook een nationaal wetboek in en een moderne bureaucratie met ambtenaren
  • Frederiks koningschap is om drie redenen een voorbeeld van het verlicht absolutisme:
  1. Een verlicht vorst voert hervormingen door die zijn gebaseerd op verlichte ideeën.
  2. Hij onderbouwt zijn macht rationeel (eerste dienaar van het volk) en niet op basis van religie (macht van God).
  3. Hij bevordert de welvaart van het volk.

Slide 3 - Slide

Grenzen aan de hervormingen
  • Op 1 punt was Frederik niet 'verlicht' vooruitstrevend:
  • De adel genoot privileges en bezat grote landgoederen. Dit land werd bewerkt door lijfeigenen die werden uitgebuit. Dit lijfeigenschap schafte hij niet af.
  • De adel, die alle hoge functies in het leger bekleedde, moest hij namelijk te vriend houden!
  • keizer Jozef II van Oostenrijk, schafte de lijfeigenschap wel af. Deze en andere, in razend tempo ingevoerde hervormingen leidden echter tot grote opstanden van de adel, de kerk en de boeren. 
  • Verlicht absolutisme bracht aan de ene kant vooruitgang (onderwijs, rechtspraak etc.), aan de andere kant werden voorrechten van adel en kerk afgeschaft.
  • De macht van de koning bleef echter onaangetast! Het principe gold:  'Alles voor het volk, niets door het volk'!
Het paleis van Frederik de Grote in Pruissen (Potsdam): Sanssouci. Frederik was in Europa eigenlijk een uitzondering samen met Catharina de Grote van Rusland en Jozef II van Oostenrijk. De meeste koningen echter bestreden de verlichte ideeën. 

Slide 4 - Slide

Tijdschriften, koffiehuizen en genootschappen
  • In Groot-Brittannië en de Republiek verschenen tijdschriften met als doel om hun lezers op te voeden tot rationele en beschaafde burgers.
  •  Ook nieuw was het koffiehuis, een soort café waar je koffie kon drinken en kranten of tijdschriften kon lezen.
  • Burgers richtten verenigingen (genootschappen) op om samen onderzoek te doen, boeken te lezen en te discussiëren. 
  • In Frankrijk werden nieuwe ideeën verspreid via salons, de woonkamers van rijke dames. Daar presenteerde en bediscussieerde men nieuwe ideeën, wetenschappelijke ontdekkingen en literatuur.
  • In de 18e eeuw ontstond zo een publieke opinie: een verzameling van meningen als gevolg van discussies onder de burgers.

Slide 5 - Slide

Regeringen reageren verschillend
  • In Frankrijk was de vrijheid om ideeën uit te wisselen beperkter dan elders. Koningen vonden het vanzelfsprekend dat hun macht absoluut was en werden daarin gesteund door de kerk en de adel.
  • Dit bestuurssysteem werd in later tijd aangeduid als het ancien régime, het ‘oude bestuurssysteem’. Verlichte denkers hadden op dit (standen) systeem veel kritiek.
  • In Frankrijk was censuur: Boeken waarin kritiek werd geuit op het bestuur, de koning of de katholieke kerk, werden verboden.
  • Op het ontduiken van de censuur stonden hoge boetes, gevangenisstraf en verbanning. 
  • In de Republiek was wel persvrijheid en werden veel boeken gedrukt en vertaald. Sommige filosofen of wetenschappers kwamen dan ook naar de Republiek.

Slide 6 - Slide

Begrippen
  • verlicht absolutisme: een bestuursvorm waarin een absoluut vorst het algemeen belang op een rationele manier zegt te dienen. 
  • publieke opinie: mening die door het grootste deel van het volk wordt gedeeld en die tot stand komt door een openbaar debat tussen burgers.
  • ancien régime: bestuurssysteem van vóór de Franse Revolutie, waarbij de vorst veel macht heeft en er standen zijn met eigen voorrechten.

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Video

Welk leerdoel van deze paragraaf vond je moeilijk te begrijpen of werd niet geheel duidelijk?
hoe het bestuur van een verlicht vorst verschilde van het bestuur van een absoluut vorst
waarom een verlicht vorst niet alle verlichte idealen doorvoerde
welk verband er is tussen het ontstaan van een publieke opinie en de politieke bewustwording van burgers
waarom in Frankrijk en de Republiek verschillend werd omgegaan met de kritiek van burgers
Ik vond alle leerdoelen duidelijk. Ik kan verder!

Slide 9 - Poll

Leg uit wat bedoeld werd met 'verlicht absolutisme'

Slide 10 - Open question

Lees de bron. Leg uit of je Marie-Antoinette een verlichte vorstin kunt noemen

Slide 11 - Open question

Lees de bron. Leg uit dat Frederik de Grote een voorbeeld is van verlicht absolutisme

Slide 12 - Open question

Lees en kijk naar de bron. Leg uit dat de bron een voorbeeld is van verlicht absolutisme

Slide 13 - Open question

Vergelijk de positie van de vorst in Frankrijk en de stadhouder in de Republiek. Noem een overeenkomst en verschil.

Slide 14 - Open question