What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
SS K11 Starke Verben im Präteritum
Starke Verben
Deutsch
1 / 29
next
Slide 1:
Slide
Duits
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 5
This lesson contains
29 slides
, with
interactive quizzes
and
text slides
.
Lesson duration is:
30 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Starke Verben
Deutsch
Slide 1 - Slide
Lernziele heute:
1. Ihr kennt die Regeln der deutschen starken Verben (Präteritum und Partizip Perfekt)
2. Ihr könnt die Regeln
anhand des Kontextes in Sätzen anwenden
Slide 2 - Slide
Was wisst ihr noch über starke Verben?
Woran erkennt man ein starkes Verb?
Slide 3 - Open question
Ook in het
Nederlands
kennen we sterke werkwoorden:
Sterk worden deze werkwoorden door
een
klinkerverandering
in
de
verleden
tijd
Slide 4 - Slide
En in het
Duits?
Naast een klinkerverandering in de verleden tijd, hebben sterke werkwoorden in het Duits ook
een klinkerverandering
in de
tegenwoordige
tijd
Slide 5 - Slide
Welche Beispiele für starke deutsche Verben mit den Buchstaben kennt ihr noch:
a, au, o oder e (lang oder kurz) im Stamm.
Slide 6 - Open question
Verleden tijd van sterk werkwoord
Bij de sterke werkwoorden verandert
-net als in het Nederlands-
in de verleden tijd
de stam-klinker in alle vormen
.
Hoe?
Gebruik het schema!
Slide 7 - Slide
Verleden tijd van sterk werkwoord
Achter de veranderde
stam plak je de uitgang
van de verleden tijd:
du
last
en du
fandest
zijn ook voorkomende
vormen
Slide 8 - Slide
Een
voltooid deelwoord
van een
zwak werkwoord
ken je al en wordt meestal zo gevormd:
ge -
stam
- t
kochen (= koken) ->
ge
koch
t
kaufen (=kopen) ->
ge
kauf
t
Slide 9 - Slide
Voltooid deelwoord sterk werkwoord
Dit voltooid deelwoord wordt
meestal
zo gevormd:
ge -
stam
- en
laufen (= lopen) ->
ge
lauf
en
fahren (= rijden) ->
ge
fahr
en
Slide 10 - Slide
Starke Verben
Schwache Verben
Stammvormen zijn onregelmatig
Stammvormen zijn regelmatig
Het voltooid deelwoord krijgt „ge-"aan het begin en aan het eind „-en“
Het voltooid deelwoord krijgt „ge-"aan het begin en aan het eind „-t“
De klinker verandert in de verleden tijd
Er is geen klinkerverandering in de verleden tijd
Slide 11 - Drag question
Bei welchen Formen verandert im Präsens der Stamm von starken Verben?
A
bei ich, du und er,sie,es
B
bei du und er,sie,es
C
bei ich und du
D
bei ich, wir und ihr
Slide 12 - Quiz
Testet euer Wissen !
Slide 13 - Slide
Het sterke werkwoord als voltooid deelwoord begint met -ge en eindigt op -d of -t
A
Richtig
B
Falsch
Slide 14 - Quiz
Verben: stark oder schwach
"laufen"
A
stark
B
schwach
Slide 15 - Quiz
Erläuterung (toelichting)
laufen – starkes Verb – (Präteritum: er lief)
Slide 16 - Slide
Verben: stark oder schwach
"sitzen"
A
stark
B
schwach
Slide 17 - Quiz
Erläuterung (toelichting)
sitzen – starkes Verb – (Präteritum: er saß)
Slide 18 - Slide
Verben: stark oder schwach
"lachen"
A
stark
B
schwach
Slide 19 - Quiz
Erläuterung (toelichting)
lachen – schwaches Verb – (Präteritum: er lachte)
Slide 20 - Slide
Konjugiere: er (schreiben) _____ ein Buch.
A
schreibt
B
schriebt
C
schrieb
D
schreibte
Slide 21 - Quiz
Erläuterung (toelichting)
schreiben – starkes Verb – (Präteritum: er schrieb)
Slide 22 - Slide
Konjugiere: Ihr (schwimmen) _______im Meer.
A
schwimmt
B
schwammt
C
schwommt
Slide 23 - Quiz
Erläuterung (toelichting)
besuchen – starkes Verb – (Präteritum: ihr schwammt)
Slide 24 - Slide
1. Ich kenne die Regeln der deutschen starken Verben (Präteritum und Partizip Perfekt)
JA
Nein
ein Bisschen
Slide 25 - Poll
2. Ich kann die Regeln anhand des Kontextes in Sätzen anwenden
JA
Nein
ein Bisschen
Slide 26 - Poll
Üben
Aufgaben 10 bis 13 Neue Kontakte Seite 66
Pass auf!
Aufgabe 10,
schwache Verben
:
Wer gründet eine neue Firma
Wer gründete eine neue Firma
Wer hat eine neue Firma gegründet
Slide 27 - Slide
Üben
Aufgaben 11
starke Verben
Pass auf! Nicht alle Verben stehen so in der Liste auf Seite 238
(be)stehen
ich stehe - ich bestehe
ich stand - ich bestand
ich habe
ge
standen - ich habe
be
standen
Slide 28 - Slide
Bei Fragen komme ich zu dir !
Flüstern
30 Minuten
Fertig?
Lernen die
starken Verben
Slide 29 - Slide
More lessons like this
SS K11 Starke Verben im Präteritum
18 days ago
- Lesson with
27 slides
Duits
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 5
Sterke werkwoorden Duits 5V neu
October 2024
- Lesson with
46 slides
Duits
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 5
Sterke werkwoorden Duits
September 2024
- Lesson with
46 slides
Duits
Middelbare school
mavo, havo, vwo
Leerjaar 2,3
Grammatik - Starke und schwache Verben - Nr. 1
August 2024
- Lesson with
20 slides
Duits
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 3-6
Grammatik - Starke und schwache Verben - Nr. 1
10 days ago
- Lesson with
19 slides
Duits
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 3-6
2021-05-11 Herhaling grammatica
May 2021
- Lesson with
27 slides
Duits
Middelbare school
vwo
Leerjaar 5
Starke Verben im Präsens
June 2023
- Lesson with
38 slides
Duits
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 3
sterke werkwoorden K5
February 2021
- Lesson with
19 slides
Duits
Middelbare school
vwo
Leerjaar 3