T3 delend lidwoord (GL5D)

Bienvenue 
à la classe de français:
un petit creux
1 / 22
next
Slide 1: Slide
FransMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

This lesson contains 22 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

Items in this lesson

Bienvenue 
à la classe de français:
un petit creux

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

Doelen- en toetsoverzicht periode 3
Aan het eind van deze periode kan ik ...
3.1 vocabulaire: ... passende woorden gebruiken als ik uit eten ga in Franstalig gebied
3.2 vocabulaire: ... passende zinnen gebruiken als ik uit eten ga in Franstalig gebied

3.3 grammatica: ... het delend lidwoord gebruiken in Franse zinnen
3.4 grammatica: ... het werkwoord 'venir' (komen) gebruiken in de présent en de passé composé in Franse zinnen

3.5 schrijfvaardigheid: ... een eigen recept in het Frans schrijven
3.6 schrijfvaardigheid: ... een beoordeling van een restaurant in het Frans schrijven
3.1. SO GL5ABEF + kennistoets GL5 (toetsweek)
3.2. SO GL5CG + kennistoets GL5 

3.3. kennistoets GL5 + toets  schrijfvv.heid 
3.4. kennistoets GL5 + toets schrijfvv.heid


3.5 en 3.6. toets schrijfvaardigheid 

3.1-3.6 SO huiswerk

Slide 3 - Slide

Wat doen we vandaag?
doel 3.3
grammaire: Ik kan het delend lidwoord gebruiken in Franse zinnen

Slide 4 - Slide

1

Slide 5 - Video

00:16
Hoe gaat de slogan van Boursin?

Slide 6 - Mind map

kijkvragen (log alvast in)
Bij welke winkels koopt de mevrouw haar boodschappen (schrijf de Franse naam op)?
Welke producten koopt ze? Schrijf zoveel mogelijk op dat je meegekregen hebt

Slide 7 - Slide

2

Slide 8 - Video

02:51
Hoe bestelt de vrouw 'groene olijven'?
A
olives
B
les olives vertes
C
des olives vertes
D
des olives vertes, s'il vous plaît

Slide 9 - Quiz

03:10
Hoe zegt ze 'een kilo courgettes'?
A
un kilo courgettes
B
un kilo de courgettes
C
courgettes un kilo
D
kilo un courgettes

Slide 10 - Quiz

Slide 11 - Slide

Delend lidwoord
Is een woord ... mannelijk enkelvoud (le)?                                           du
                                 vrouwelijk enkelvoud (la)?                                      de la
                                 enkelvoud, maar begint met a,e,i,o,u,h?           de l'
                                 meervoud (les)?                                                            des

Slide 12 - Slide

dusss ...
ik wil graag melk (= le lait): je voudrais     _________________
ik wil graag taart (= la tarte): je voudrais __________________
ik wil graag water (= l'eau): je voudrais    __________________
ik wil graag tomaten (= les tomates): je voudrais ________________

Slide 13 - Slide

dusss ...
ik wil graag melk (= le lait): je voudrais     _________________
ik wil graag taart (= la tarte): je voudrais __________________
ik wil graag water (= l'eau): je voudrais    __________________
ik wil graag tomaten (= les tomates): je voudrais ________________
du lait

Slide 14 - Slide

dusss ...
ik wil graag melk (= le lait): je voudrais     _________________
ik wil graag taart (= la tarte): je voudrais __________________
ik wil graag water (= l'eau): je voudrais    __________________
ik wil graag tomaten (= les tomates): je voudrais ________________
du lait
de la tarte

Slide 15 - Slide

dusss ...
ik wil graag melk (= le lait): je voudrais     _________________
ik wil graag taart (= la tarte): je voudrais __________________
ik wil graag water (= l'eau): je voudrais    __________________
ik wil graag tomaten (= les tomates): je voudrais ________________
du lait
de la tarte
de l'eau

Slide 16 - Slide

dusss ...
ik wil graag melk (= le lait): je voudrais     _________________
ik wil graag taart (= la tarte): je voudrais __________________
ik wil graag water (= l'eau): je voudrais    __________________
ik wil graag tomaten (= les tomates): je voudrais ________________
du lait
de la tarte
de l'eau
des tomates

Slide 17 - Slide

na een ontkenning ...

Slide 18 - Slide



Bonjour monsieur/ madame
Vous désirez?
C'est tout?

Combien de __________? 
Voilà


Bonjour monsieur/ madame
J'aime de l'/ de la/ du/ des _____
J'aime aussi avoir de l'/ de la/ du/ des _____
J'aime avoir ______ (noem een aantal)
Merci
Au marché: faire des courses

Slide 19 - Slide

Au travail: les devoirs 
Faire (maken): 
  • Grandes Lignes 5D (ex. 15, 16, 17)
Apprendre (leren):
  • Grandes Lignes 5D (p. 43, of slim stampen)
Répéter (herhalen):
  • Grandes Lignes 5ABCEFG (p. 40 t/m 42, of slim stampen)

LET OP: ieder les doelencheck
                 SO GL5CG (ma 18 maart)
Werk zachtjes, 
zodat iedereen zich kan concentreren
vraag zoveel mogelijk om hulp!

3.1. Ik kan passende woorden gebruiken als ik uit eten ga in Franstalig gebied
eerst samen doornemen

Slide 20 - Slide

doel bereikt?
doel 3.3
grammaire: Ik kan het delend lidwoord gebruiken in Franse zinnen

Slide 21 - Slide

Au revoir!

Slide 22 - Slide