Examen 2021 (TV1)

Eindexamen Geschiedenis
2021 Tijdvak 1
1 / 21
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare schoolvmbo t, mavoLeerjaar 4

This lesson contains 21 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Eindexamen Geschiedenis
2021 Tijdvak 1

Slide 1 - Slide

Neem eerst de volgende onderwerpen door:
-De gebeurtenissen in 1848
-De grondwetswijziging van 1848 (inclusief alle bijbehorende begrippen).
-De Luxemburgse Kwestie
-De 4 politieke stromingen, inclusief leiders, denkbeelden en groep waarvoor ze opkomen.
-de strijd van feministen.
-De rechten van de Tweede Kamer (budget, interpellatie, amendement, initiatief en enquête)  

Slide 2 - Slide

De gebeurtenis op de tekening leidde tot een politieke verandering in
Nederland in 1848.
Welke politieke verandering wordt bedoeld?
A
het afschaffen van de constitutionele monarchie
B
het aftreden van koning Willem II
C
het invoeren van een nieuwe grondwet
D
het oprichten van politieke partijen

Slide 3 - Quiz


Hieronder staat een omschrijving van een persoon:
Hij streed voor de emancipatie van de eenvoudige burgers, die volgens hem nog écht protestant waren. Voor deze mensen stichtte hij een protestantse universiteit. Ook richtte hij een protestantse krant en een protestantse politieke partij op. 
Wat is de naam van de persoon die wordt omschreven?

Slide 4 - Open question

Het oprichten van een protestantse universiteit, een protestantse krant en een protestantse politieke partij passen bij een maatschappelijk verschijnsel.
Welk maatschappelijk verschijnsel wordt bedoeld?

A
pacificatie
B
poldermodel
C
secularisatie
D
verzuiling

Slide 5 - Quiz

Tussen 1870 en 1920 ontstaan er vrouwenorganisaties die strijden voor gelijke politieke rechten.
Onder welke naam staat deze periode van strijd voor gelijke vrouwenrechten bekend?

Slide 6 - Open question

Tussen 1870 en 1920 ontstaan er vrouwenorganisaties die strijden voor gelijke politieke rechten.
Geef een voorbeeld van een politiek recht waar toen door de
vrouwenbeweging voor werd gestreden.

Slide 7 - Open question


Uit een verslag van een vergadering van de Tweede Kamer (1869):
De minister kwam met een wetsvoorstel om in de begroting ruim 109.000gulden op te nemen voor diverse onderwijsuitgaven. Een Kamerlid stelde voor om dit bedrag te verhogen met 400 gulden. Deze wijziging werd door de minister overgenomen. Daarna werd de begroting door de Tweede Kamer aangenomen. 
De Tweede Kamer maakte tijdens deze vergadering gebruik van twee verschillende rechten. Noem deze twee rechten.
Noem deze twee rechten.

Slide 8 - Open question


De bron gaat over de oprichting van een politieke partij.
Wat is de naam van deze politieke partij?
Hierbij nodigen wij u uit voor een vergadering om een democratische partij op te richten. U kunt hierbij aanwezig zijn als u het met ons eens bent. 
Wij willen als partij de loonslaven steunen in hun strijd tegen de kapitalistische onderdrukkers. Wij willen het kiesrecht veroveren en gebruiken als democratisch middel in de klassenstrijd.

Slide 9 - Open question


Hieronder staat een omschrijving van een bevolkingsgroep die zich emancipeerde:
 Al vanaf het begin van de negentiende eeuw waren zij, net als de andere burgers in Nederland, gelijk voor de wet. Toch werden zij in het protestantse Nederland als tweederangsburgers gezien. Lange tijd hebben zij, onder leiding van Schaepman, gestreden voor een betere positie in de maatschappij.
 Welke bevolkingsgroep wordt bedoeld?
A
arbeiders
B
kleine luyden
C
rooms-katholieken
D
vrouwen

Slide 10 - Quiz

-Je moet de oorzaken van WO I kunnen noemen én uitleggen! (Nationalisme, imperialisme, wapenwedloop, militarisme, bondgenootschappen)
-Je moet weten welke landen meededen, wat waren de bondgenootschappen en in welke landen werd gevochten.
-Je moet weten hoe er in de Eerste Wereldoorlog werd gevochten.
-Wat waren de gevolgen van de oorlog voor Nederland? (neutraal, handelsbelemmeringen, vluchtelingen, distributie. 

-Je moet de grondwetswijziging van 1917 kennen! (H1)

Slide 11 - Slide

Geef een reden waarom de bron past bij het modern imperialisme. 

Slide 12 - Slide


Geef een reden waarom de bron past bij het modern imperialisme. 

Slide 13 - Open question

Waarvan is de situatie op de foto een gevolg? 

Slide 14 - Slide


Waarvan is de situatie op de foto een gevolg?


A
van de aanleg van de Dodendraad
B
van de Duitse inval in België
C
van de handelsbelemmeringen
D
van de Russische Revolutie

Slide 15 - Quiz

Welke stippellijn laat zien waar het front lag in 1915?

Slide 16 - Slide


Welke stippellijn laat zien waar het front lag in 1915?
A
lijn 1
B
lijn 2
C
lijn 3
D
lijn 4

Slide 17 - Quiz

Op de bron staat de Duitse keizer afgebeeld.
Geeft de tekenaar een positieve of een negatieve boodschap over de keizer? Geef met behulp van de bron een argument voor je keuze.
Doe het zo: De tekenaar geeft een … (kies uit: positieve / negatieve) boodschap, want … (geef een argument met behulp van de bron). 

Slide 18 - Slide


Op de bron staat de Duitse keizer afgebeeld.
Geeft de tekenaar een positieve of een negatieve boodschap over de keizer? Geef met behulp van de bron een argument voor je keuze.
Doe het zo: De tekenaar geeft een … (kies uit: positieve / negatieve) boodschap, want … (geef een argument met behulp van de bron). 

Slide 19 - Open question


Bij de eerste verkiezingen na de grondwetswijziging van 1917 haalden de liberalen minder Kamerzetels dan daarvóór. Leg uit waardoor het aantal Kamerzetels voor de liberalen minder was geworden. Doe dit door:
 - eerst aan te geven welk onderdeel van de grondwetswijziging van 1917 ervoor zorgde dat de liberalen minder Kamerzetels kregen
- en daarna aan te geven waardoor dit onderdeel ervoor zorgde dat vooral de liberalen minder Kamerzetels kregen.

Slide 20 - Open question

Slide 21 - Slide