Inkoop en inkoopwaarde van de omzet, 5-12-2019, 12:00-13:30

Planning voor de les:
5 minuten: binnenkomst, welkom en spullen voor
5 minuten : voorkennis
5 minuten: leerdoelen en huiswerk
20 minuten: uitleg 
5-10 minuten: PAUZE
40 minuten: aan het werk!
5 minuten: leerdoelen testen
1 / 20
next
Slide 1: Slide
BasiscalculatiesMBOStudiejaar 1

This lesson contains 20 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 90 min

Items in this lesson

Planning voor de les:
5 minuten: binnenkomst, welkom en spullen voor
5 minuten : voorkennis
5 minuten: leerdoelen en huiswerk
20 minuten: uitleg 
5-10 minuten: PAUZE
40 minuten: aan het werk!
5 minuten: leerdoelen testen

Slide 1 - Slide

Inkopen

Slide 2 - Mind map

Leerdoelen:
1. Je kent het verschil tussen inkoopwaarde en voorraadwaarde.
2. Je kan met de voorraad rekenen.

HUISWERK: T/M OPDRACHT 13 AF

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

Eindvoorraad berekenen

Slide 5 - Slide

Opdracht 1
Sinterklaas heeft in november beginvoorraad van 2.000 pakjes. Deze pakjes kosten €5,00 per stuk. Op 1 december koopt Sinterklaas nog 7.500 pakjes in. Hij verkoopt op 5 december 7.000 pakjes voor €9,00 per stuk. Bereken de eindvoorraad in euro's op 6 december.

Slide 6 - Slide

Bereken de eindvoorraad op 6 december.

Slide 7 - Open question

Inkoopwaarde berekenen

Slide 8 - Slide

Opdracht
De kerstman heeft in november beginvoorraad van 2.000 pakjes. Deze pakjes kosten €5,00 per stuk. Op 20 december koopt de kerstman nog 7.500 pakjes in. De kerstman heeft op 27 december nog 2.500 pakketjes over. Bereken de IWO in euro's.

Slide 9 - Slide

Bereken de IWO in euro's.

Slide 10 - Open question

Beginvoorraad berekenen

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Slide

Opdracht
Het kerst-gordeldier heeft op 27 december een eindvoorraad van 2.500 pakjes. Deze pakjes kosten €5,00 per stuk. Op 20 december kocht het kerst-gordeldier nog 7.500 pakjes in. Het kerst-gordeldier heeft tijdens kerst 7.000 pakjes verkocht. Bereken de beginvoorraad in euro's in november.

Slide 13 - Slide

Bereken de beginvoorraad in euro's in november.

Slide 14 - Open question

Inkopen berekenen

Slide 15 - Slide

Opdracht
De paashaas heeft op 5 april een beginvoorraad van 2.000 eitjes. Deze eitjes kosten €5,00 per stuk. De paashaas heeft 7.000 eitjes verkocht tijdens Pasen. De paashaas heeft op 13 april een eindvoorraad van 2.500 eitjes. Bereken de inkopen in euro's in april.

Slide 16 - Slide

Bereken de inkopen in euro's in april.

Slide 17 - Open question

5-10 minuten PAUZE
timer
10:00

Slide 18 - Slide

Aan de slag!
Wat? Opdrachten maken t/m opdracht 13.
Hoe? Aan de hand van het stoplicht.
Hulp? Het stoplicht, de docent, je laptop en je medestudent.
Tijd? Tot 5 minuten voor het einde van de les.
Uitkomst? Je hebt geoefend met de leerstof.
Klaar? Dan gaan klassikaal de lesdoelen testen.

Slide 19 - Slide

Van beginvoorraad naar eindvoorraad

Slide 20 - Mind map