B3 Vocab A-C chapter 2

Vertaal naar het Engels: wandelen
A
heik
B
wendelen
C
haike
D
hike
1 / 15
next
Slide 1: Quiz
EngelsMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 3

This lesson contains 15 slides, with interactive quizzes.

time-iconLesson duration is: 15 min

Items in this lesson

Vertaal naar het Engels: wandelen
A
heik
B
wendelen
C
haike
D
hike

Slide 1 - Quiz

Vul het juiste voorzetsel in: I walked .... the forest
A
down
B
up
C
over
D
through

Slide 2 - Quiz

Schrijf in het Engels: rundvee

Slide 3 - Open question

Vertaal naar het Engels: bedreigd
A
bedraigd
B
endangered
C
dangerous
D
scary

Slide 4 - Quiz

Vertaal naar het Nederlands: bull
A
veel
B
stier
C
papier
D
koe

Slide 5 - Quiz

Vul het juiste voorzetsel in: Will you please get .... the roof!
A
around
B
off
C
through
D
into

Slide 6 - Quiz

Vertaal naar het Engels: zadel
A
zedel
B
seddle
C
saddle
D
sedel

Slide 7 - Quiz

Schrijf in het Engels: onderzoek

Slide 8 - Open question

Vertaal naar het Engels: zaklantaarn
A
baglamp
B
match
C
torture
D
torch

Slide 9 - Quiz

Vertaal naar het Nederlands: whale
A
wal
B
walvis
C
welke
D
orka

Slide 10 - Quiz

Schrijf in het Engels: uitgeput

Slide 11 - Open question

Vul het juiste voorzetsel in: My mother and I went .... the shop to buy groceries.
A
down
B
through
C
into
D
over

Slide 12 - Quiz

Schrijf in het Engels: moedig

Slide 13 - Open question

Vertaal naar het Nederlands: injury
A
verwonding
B
jureren
C
inpakken
D
gewond

Slide 14 - Quiz

Vul het juiste voorzetsel in: My brother ran ... the stairs to his bedroom
A
up
B
into
C
away from
D
down

Slide 15 - Quiz