Urine, hygiëne, katheterzak, condoomkatheter

1 / 19
next
Slide 1: Slide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 2

This lesson contains 19 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Doelen van vandaag 15-12-2022
Aan het einde van de les is je kennis opgefrist over:
de aandachtspunten van urine
de verschillende vormen van incontinentie 
de hygiene (bij een blaaskatheter)


Slide 2 - Slide

This item has no instructions

6 observatiepunten urine
Geur: geen sterke of onaangename geur
Kleur: lichtgeel tot geel
Helderheid: helder
Hoeveelheid: 1500-2000 ml per 24 uur
Frequentie: 4 tot 6 x per 24 uur
Manier van urineren; pijnloos en regelmatig




6 observatiepunten urine
Geur: ammoniak geur, aceton/zoetige, appel geur, urine ruikt naar asperges
Kleur: donkere urine : kan duiden dat je meer moet  drinken
donkerbruin : kan duiden op aandoening aan lever/alvleesklier /nieren
oranje/ rood: kan duiden op bloed in urine of...
Helderheid: troebel met vlokken 
Hoeveelheid: < dan 1000ml en > 2000ml p/24 u
Frequentie: < dan 2 x per 24 uur en > dan 8 x per 24 uur
Manier van urineren; pijnlijk, sproeiend, nadruppelen

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Wat gebeurt er bij retentie?
2 antwoorden zijn goed

A
het lukt niet goed om de blaas leeg te plassen
B
de urine wordt gezuiverd
C
er ontstaat plotseling urineverlies

Slide 4 - Quiz

This item has no instructions

Vormen van incontinentie
Totale incontinentie
Stress incontinentie
Urge- of aandrang incontinentie
Druppel incontinentie/ overloopblaas
Functionele incontinentie 

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Hoeveel vocht moet een cliënt met een katheter minimaal per dag drinken
A
1 liter
B
1,5 liter
C
2 liter
D
0,5 liter

Slide 6 - Quiz

This item has no instructions

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Wat zie je?

Slide 8 - Open question

This item has no instructions

katheteriseren is een voorbehouden handeling voor Helpende plus
A
juist
B
onjuist

Slide 9 - Quiz

This item has no instructions

Slide 10 - Slide

Observatie;
  • Frequentie, gemiddeld 1,5 - 2 lt per 24 uur. Hoger? nervositeit, medicatie, blaasontsteking, veel gedronken, diabetes. Lager? koorts, nierafwijking, wonden of operatie, braken, diarree, hart en vaatafwijking.
  • Hoeveelheid
  • Kleur, Normaal is urine lichtgeel. Kleur wordt gevormd door de opgeloste (afval) stoffen.
    Donker is geconcentreerde urine.
    Donkergeel /-bruin -> lever, - nieraandoeningen
    Roze/rode -> bloed in de urine, medicatie, bietjes
  • Helderheid, urine is helder, troebele urine wijst op bacteriën, eiwitten of pus.
  • Geur, Ammoniakgeur, geconcentreerd. Urineweginfectie ruikt onaangenaam. Zoetig bij diabetes mellitus. Medicatie kan je ruiken. Afvalstoffen kan je ruiken
  • Manier van urineren

Slide 11 - Slide

Verblijfskatheter of een eenmalige katheter.
Opdracht 5 en 6 maken en bespreken.

Slide 12 - Slide

  • adviezen voeding minimaal 2 liter vocht inname/24 uur
  • let op vrijhangen van de slangen
  • voorkom knikken in de slangen
  • katheter bij fixeren op het bovenbeen niet te krap
  • “rijdende katheter” pas op
  • urine opvangzak altijd lager dan de blaas

Een blaaskatheter is een voorbeeld van een interne katheter?
A
Juist
B
Onjuist

Slide 13 - Quiz

This item has no instructions

Infectiegevaar is bij een externe katheter groter dan bij een interne
A
Juist
B
Onjuist

Slide 14 - Quiz

This item has no instructions

Een blaaskatheter is een holle, vaak flexibele slang die ingebracht wordt in de blaas.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 15 - Quiz

This item has no instructions

Slide 16 - Slide

This item has no instructions

Slide 17 - Slide

This item has no instructions

Evaluatie doelen
Zijn de doelen om je kennis op te frissen  over:
de aandachtspunten van urine
de verschillende vormen van incontinentie 
de hygiene (bij een blaaskatheter)
behaald?


Slide 18 - Slide

This item has no instructions

Evaluatie van de les
Wat vond je van de les 
Was het opfrissen van de kennis nuttig?
Wat zou je volgende week willen oefenen/weten voor de toets 
12 januari?  
Het is belangrijk dat je aanwezig bent om te kunnen diplomeren!

Slide 19 - Slide

This item has no instructions