Het huiswerk voor deze les was:
Leren: De woorden van bron A p.52
Maken: exercices 2b, 6, 7, 8, (hoofdstuk 1)
Liep je ergens tegen aan? Zo ja, wat was dat?
Samen bekijken we exercice 8.
De rest van de opdrachten kijk je na met een rode pen.
Klaar? Neem de woorden van bron A nogmaals door (p.52)