Werkwoordspelling_trede31

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo t
• Leerjaar 3,4

Hoe gaat het met je?

😒🙁😐🙂😃

Werkwoordspelling 

Les 1:

- korte kennisquiz om ons brein te activeren

- herhaling theorie persoonsvorm en voltooide deelwoord

- 3 opdrachten maken op papier 

- online oefenen op cambiumned.nl 

Geef jezelf een cijfer voor werkwoordspelling.

10

2

7

6

4 of lager

Waarom is foutloze werkwoordspelling
belangrijk?

- het straalt verzorgdheid uit 

- het verhoogt de kwaliteit van je werk 

- je begrijpt beter wat er staat 

- je hebt aandacht besteed aan je werk 

- je neemt je werk serieus

- je neemt de lezer serieus 

- ..........................

Welk woord is niet goed gespeld?

Welk woord is niet goed gespeld?

Goed of fout?

Het is de tegenwoordige tijd.

Fout is natuurlijk: steund. Dit moet zijn: steunt.

(Het hele werkwoord: steunen. De stam: steun)

Bron: Taalfouten spotten.

Welk woord is niet goed gespeld?

Goed of fout?

Het gaat hier om de voltooide tijd.

- ingepakt: goed (want je hoort de 't' in: ingepakte; of gebruik 't ex-Kofschip: de 'k' zit erin) 

- bezorgt: fout! (je hoort een 'd' in bezorgde; of kijk naar 't ex-Kofschip: daar zit de 'g' niet in.)

(Let op: 'bezorgt' is wel goed in de tegenwoordige tijd! Hij bezorgt het pakje.)

Welk woord is niet goed gespeld?

Belangrijk 

Bij werkwoordspelling is het belangrijk dat je weet:

- wat een persoonsvorm is 

- wat een voltooid deelwoord is 

- wat sterke en zwakke werkwoorden zijn 

Ik weet het verschil tussen een sterk en een zwak werkwoord.

Ja

Nee

Ik twijfel

Ik weet hoe ik de persoonsvorm in een zin kan vinden.

Ja

Nee

Ik heb het ooit geweten, maar ben het vergeten.

Ik twijfel

Ik weet wat een voltooid deelwoord is.

Ja

Nee

Ik ben alles vergeten!

Een beetje..

Hulpmiddel

Boek blz. 238: schema werkwoordspelling 

Ik heb haar (beschermen).

Hoe schrijf je het deelwoord?

Zij hebben (betalen).

1. betalend
2. betaald
3. betaalt
4. betald

Tegenwoordige tijd

Even oefenen ...

(houden) ... de buurvrouw van detectives?

Even oefenen ...

(houden) ... je broer van detectives?

Even oefenen ...

Ik ... (vinden) het fijn dat jullie aantekeningen maken

Zijn wang (bloeden) ... altijd als hij zich (snijden) ... tijdens het scheren.

1. bloed, snijd
2. bloedt, snijdt
3. bloed, snijdt
4. bloedt, snijd

Aan de slag:

3 opdrachten op papier

Klaar? Vraag het nakijkblad. 

Daarna: oefenen met werkwoordspelling op cambiumned.nl