Allergenen

Lesdoelen
De 14 allergenen kunnen opsommen
Het verschil kunnen toelichten tussen allergie en intolerantie
Informatie kunnen overbrengen naar de klanten in het restaurant
De verschillende manieren van het informeren in kaart kunnen brengen
1 / 48
next
Slide 1: Slide
VoedingsleerSecundair onderwijs

This lesson contains 48 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Lesdoelen
De 14 allergenen kunnen opsommen
Het verschil kunnen toelichten tussen allergie en intolerantie
Informatie kunnen overbrengen naar de klanten in het restaurant
De verschillende manieren van het informeren in kaart kunnen brengen

Slide 1 - Slide

Allergenen

Slide 2 - Slide

Wat wordt er volgens jou met allergenen bedoeld?

Slide 3 - Mind map

Welke allergenen ken jij? Noteer er zoveel mogelijk.

Slide 4 - Mind map

Slide 5 - Slide

Allergieën
Allergieën komen steeds vaker voor 

Sinds 2015 lijden 1 op 2 Europeanen aan minstens 1 allergie

Slide 6 - Slide

Wat is een allergie?

Slide 7 - Mind map

Zijn allergie en intolerantie hetzelfde?
A
Ja
B
Neen

Slide 8 - Quiz

Wat is het verschil tussen allergie en intollerantie?

Slide 9 - Open question

Verschil allergie en intolerantie
Allergie:
- Het immuunsysteem reageert op een bestanddeel als het ermee in aanraking komt. 
- Je kunt heel erg ziek worden

Intolerantie:
- Het lichaam reageert op een bepaalde stof, het immuunsysteem wordt hierbij niet betrokken. 
- Je wordt niet ziek van een intolerantie, maar kunt er wel ongemakken bij hebben

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Video

Wat zou de oorzaak kunnen zijn dat er tegenwoordig zoveel mensen een allergie hebben?

Slide 12 - Mind map

Mogelijke oorzaken voor allergieën
  • Veranderende levenswijze
  • Luchtvervuiling
  • Andere eetgewoontes
  • Stress
  • Toenemende industrialisering
  • Hygiëne

Slide 13 - Slide

Een allergeen is een stof die een allergische reactie veroorzaakt
A
Waar
B
Niet waar

Slide 14 - Quiz

Hoe wordt een systemische reactie op een allergeen genoemd?
A
Lokale reactie
B
Anafylactische reactie
C
Hypothermische reactie
D
Hyperthermische reactie

Slide 15 - Quiz

Welke allergeen zit er in satésaus?
A
Pinda
B
Noten
C
Schaaldieren
D
Gluten

Slide 16 - Quiz

Welke allergenen vind je in:
Koffie/thee zonder melk
A
Sulfiet
B
pinda
C
Zwafeldioxide
D
geen

Slide 17 - Quiz

Welke allergenen vind je in:
Koffie/thee met melk
A
Noten
B
Gluten
C
lactose
D
geen

Slide 18 - Quiz

Bij een restaurant staan de
allergenen vermeld.
Is dit verplicht?
A
Ja
B
Nee
C
Bepaald het restaurant
D
Soms

Slide 19 - Quiz

Hoe moeten allergenen worden vermeld op een etiket?
A
met een icoontje
B
schuingedrukt
C
met rode letters
D
vetgedrukt

Slide 20 - Quiz

varkensvlees is een van de 14 allergenen
A
ja
B
nee

Slide 21 - Quiz

Welke product is geen allergeen volgens de EU?
A
Melk
B
Weekdieren
C
Maanzaad
D
Sesamzaad

Slide 22 - Quiz

Welk allergeen zit in deze producten?
A
Lactose
B
Soja
C
Gluten
D
Sulfiet

Slide 23 - Quiz

Welk allergeen zit in deze producten?
A
Soja
B
Sulfiet
C
Lupine
D
Noten

Slide 24 - Quiz

Hoe herken je een allergeen op een verpakking ?
A
met E nummers
B
staan dik gedrukt
C
staan niet op de verpakking
D
met een App

Slide 25 - Quiz

Welke is een allergeen?
A
Ei
B
Melk
C
Pinda's
D
Alle antwoorden zijn goed.

Slide 26 - Quiz

Moet een fabrikant op zijn producten de allergenen vermelden ?
A
Ja, altijd
B
Nee
C
Soms

Slide 27 - Quiz

Welke allergeen zit er in satésaus?
A
Aardappel
B
Pinda
C
Avocado
D
Knolsoort

Slide 28 - Quiz


welke olie bevat allergenen?
A
olijfolie
B
zonnebloemolie
C
arachideolie
D
kokosolie

Slide 29 - Quiz

Naast het vermijden van het allergeen, dienen producten met het allergeen als ingrediënt ook vermeden te worden.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 30 - Quiz


Welke allergenen vind je in:
Suiker
A
Selderij
B
Mosterd
C
lactose
D
geen

Slide 31 - Quiz

Hoe wordt de lijst met allergenen samengesteld?
A
meest voorkomende en meest ernstige verschijnselen
B
De lijst is over de hele wereld gelijk.
C
minst voorkomende en minst ernstige verschijnselen
D
De lijst is elk jaar anders omdat er nieuwe gevaren zijn.

Slide 32 - Quiz

Bekende allergenen zijn vis, schaaldieren of weekdieren
A
juist
B
onjuist

Slide 33 - Quiz

Welke allergische reacties veroorzaken allergenen?
A
Jeuk
B
Opzwelling
C
Rode vlekken
D
Alle antwoorden zijn goed

Slide 34 - Quiz

Producten met allergenen moeten als eerste geproduceerd worden
A
Waar
B
Niet waar

Slide 35 - Quiz

Welke allergenen vind je in:
Verse jus d'orange
A
melk
B
Gluten
C
Soja
D
geen

Slide 36 - Quiz

Welke allergenen zitten er in een kaasbroodje?
A
Gluten, lactose en Noten
B
Gluten en lactose
C
Noten en lactose
D
Gluten en noten

Slide 37 - Quiz

wat is een allergeen?
A
soort groente
B
nieuwe collega
C
stof/middel waar je allergisch voor bent
D
een eiwit

Slide 38 - Quiz

Wat doet een allergeen?
A
Wekken allergische reacties op bij bepaalde mensen
B
Wekken allergische reacties op bij iedereen

Slide 39 - Quiz

Allergenen hoeven niet vermeld te worden op een etiket
A
Waar
B
Niet waar

Slide 40 - Quiz

Een allergeen is
A
Voedingsstof waar je een allergische reactie van krijgt
B
Een ander woord voor allergie
C
Een medicijn dat een reactie verminderd
D
Verzonnen woord

Slide 41 - Quiz

Welke product is geen allergeen volgens de EU?
A
Soja
B
Pinda
C
Noten
D
Suiker

Slide 42 - Quiz

Hoeveel allergenen zijn er?
A
Duizenden
B
5
C
10
D
20

Slide 43 - Quiz

Hoeveel allergenen bestaan er in de wet?
A
12
B
10
C
14
D
24

Slide 44 - Quiz

Welke dieren geven een reactie bij schaaldieren allergeen
A
kreeft/garnaal/krab
B
vis/koe/schaap
C
slakken/inktvis/kip
D
kip/varken/rivierkreeft

Slide 45 - Quiz

Welke voorbeelden worden er bij de website gebruikt voor allergenen die in een product kunnen zitten?
A
Bijvoorbeeld in schaaldieren, noten of melk
B
Bijvoorbeeld pinda's, melk en fruit
C
Bijvoorbeeld vlees, vis en eieren
D
Bijvoorbeeld geur-, kleur- en smaakstoffen

Slide 46 - Quiz

Wat is geen allergeen?
A
Pinda
B
Melk
C
Varkensvlees
D
Vis

Slide 47 - Quiz

Wat vond je van deze les?
😒🙁😐🙂😃

Slide 48 - Poll