9. November 2023/K2/lezen

Startaufgabe

Notiere die Zahlen rechts auf Deutsch
2         5       10      16         19      20
timer
5:00
1 / 17
next
Slide 1: Slide
DuitsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

This lesson contains 17 slides, with text slides.

Items in this lesson

Startaufgabe

Notiere die Zahlen rechts auf Deutsch
2         5       10      16         19      20
timer
5:00

Slide 1 - Slide

2 = zwei
 5 = fünf
10 = zehn
16 = sechzehn         
19 = neunzehn
20 = zwanzig

Slide 2 - Slide

Die Hausaufgaben für heute
Gemacht

- die Aufgaben 23, 24, 25 zu Teil E Grammatik (Kapitel 2)
Gelernt
- Lernliste Kapitel 2 N-D (slim stampen)
- Lernliste D-N Teil A, C, D und H
Wiederholen:
- Lernübersicht Kapitel 1 (lernliste N-D und D-N und Grammatik E)









Slide 3 - Slide

Was werden wir heute machen?

Präsentationen
  • Nikki, Jinte, Femke
  • Farbod, Enes, Hakim, Ghazi

  • Einen Text lesen
Aan het einde van de les:

  • kun je leesstrategieën benoemen
  • een tekst in het Duits lezen

Slide 4 - Slide

Aufgabe
  • Lees de tekst
  • Zoek moeilijke woorden op
  • Maak de zinnen af waarbij je vormen van 'haben' of 'sein' moet invullen.

Slide 5 - Slide

Was hast du vom Lesetext  gelernt?

  • Noem minimaal twee leesstrategieën




  • Noem minimaal drie verschillen in een persoonlijke brief t.o.v. het Nederlands

Slide 6 - Slide

Leestrategieën
  • lees met de Duitse uitspraak
  • lijkt een woord op het Nederlands of een andere taal?
  • bekijk kopjes, titel, plaatjes
  • wat weet je al van het onderwerp?

Slide 7 - Slide

Das Verb 'werden'

Das Verb 'werden' hat zwei Bedeutungen.



Welche?

Slide 8 - Slide

Übersetze auf Deutsch

Ik word morgen 14 jaar oud
Wij gaan vanmiddag huiswerk maken

timer
1:00

Slide 9 - Slide

Übersetze auf Deutsch

Ik word morgen 14 jaar oud

Wij gaan vanmiddag huiswerk maken



Ich werde morgen vierzehn Jahre alt
Wir werden heute Nachmittag Hausaufgaben machen

Slide 10 - Slide

Nachsprechen

die Aufgabe 34
Het gaat om de s-klanken

Slide 11 - Slide

Aufgabe: Notiere
Was? Überlege zu zweit:
  • Wie wird das z ausgesprochen?
  • Wie wird das s in reisen ausgesprochen?
  • Wie wird das doppelt ss in                      Adresse ausgesprochen?
  • Wie wird das s in Cousine ausgesprochen?
  • Wie wird das ß ausgesprochen?


timer
1:00

Slide 12 - Slide

Aufgabe

Was? den Satz aussprechen
Mit wem? zu zweit
Wie lange? 1 Minute
Ergebnis: fließend vor der Klasse





Wenn ich weiß, was du weißt, und du weißt, was ich weiß, dann weiß ich, was du weißt, und weißt du, was ich weiß.
timer
1:00

Slide 13 - Slide

 F Sprechen 
Was? Die Aufgaben 41 und 42
Mit wem? zu zweit
Hilfsmittel: Sprachmittel
Ergebnis: fließend gesprochen

Fertig?



Was? Die Aufgabe 44
Mit wem? zu zweit
Hilfsmittel: Sprachmittel
Ergebnis: fließend gesprochen

Fertig?
slim stampen


timer
6:00

Slide 14 - Slide

Aufgabe: Namenspiel
Noteer op een blaadje:
  • De namen van je ouders en van een vriend of vriendin
  • De naam (namen) van broers of zussen en hun leeftijd
  • Ouders getrouwd of gescheiden
  • Ouders, zussen/broers, vriend/vriendin beschrijven
  • Tot slot je eigen naam
Blaadjes worden random uitgedeeld


Spiel:
Was? Einer spielt seine Person und erzählt über Familie und Freunde der Person.
Beispiel: Ich habe - eine Schwester. - Sie heißt - Emma. - Sie ist - 17 und sehr lustig. - Meine Freundin - ...
Die anderen raten, wer gemeint ist. Derjenige, der die Person erraten hat, ist als nächstes dran.
Mit wem? zu sechst
Wie lange? Alle aus der Gruppe haben sich mal vorgestellt


Slide 15 - Slide

Aufgabe

Was? Mache die Aufgaben 46, 47 und 48 zu G Schreiben 
Mit wem? selbständig
Hilfsmittel: Buch
Ergebnis: >75% richtig



timer
1:00

Slide 16 - Slide

die Hausaufgaben für Freitag

Gemacht
die Aufgaben 46, 47 und 48 zu G Schreiben 
Gelernt 
Lernübersicht Kapitel 1 und 2



Slide 17 - Slide