De weg van impulsen en het hormoonstelsel

Thema 5. Regeling
1 / 37
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 3

This lesson contains 37 slides, with interactive quizzes, text slides and 3 videos.

time-iconLesson duration is: 120 min

Items in this lesson

Thema 5. Regeling

Slide 1 - Slide

Lesinhoud
Invloeden op het zenuwstelsel
De weg van impulsen BS 5
Hormoonstelsel BS 6

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Video

Zenuwstelsel
Centraal zenuwstelsel: hersenen en ruggenmerg

Zenuwen

Slide 4 - Slide

prikkelverwerking

Slide 5 - Slide

Reflex = onbewuste reactie
met als doel het lichaam te beschermen

Slide 6 - Slide

Reflex (en reflexboog)
Reflexboog


  • zintuigcel
  • gevoelszenuwcel
  • schakelcellen in
     ruggenmerg of hersenstam

Slide 7 - Slide

Reflexbogen via ruggenmerg of via hersenstam



Via hersenstam : alle reflexen van hoofd en hals.
Voorbeelden: pupilreflex, ooglidreflex, speekselreflex, zuigreflex, hoest -, braak-, niesreflex
Via ruggenmerg: alle reflexen van romp en ledematen (= armen en benen)
Voorbeelden: kniepeesreflex, terugtrekreflex, ontlastingsreflex

Slide 8 - Slide

Het hormoonstelsel

Slide 9 - Slide

Leerdoel
 * Je kunt de bouw en functie van het hormoonstelsel beschrijven en je kunt in een afbeelding de belangrijkste hormoonklieren benoemen.

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Video

Hormoonstelsel
Hormonen regelen langzame processen:
  • groei, 
  • ontwikkeling, 
  • stofwisseling  
  • voortplanting

Slide 12 - Slide

Hormonen
  • chemische stof 
  • specifieke werking
  • regulerende stoffen 
  • hormoonklieren  maken hormonen

Slide 13 - Slide

Verschil hormoonklier/ verteringsklier
Verteringsklier: 
maakt verteringssap
heeft een afvoerbuis om het verteringssap af te voeren
Hormoonklier:
maakt hormonen
Heeft geen afvoerbuis: geeft hormonen af aan het bloed

Slide 14 - Slide

Hypofyse
  1. De hypofyse is een hormoonklier in de hersenen.
  2. Het maakt het groeihormoon
  3. De hypofyse beïnvloedt andere hormoonklieren (zoals de geslachtsorganen)

Slide 15 - Slide

Hypofyse: productie van hormonen voor regeling groei, beïnvloeden van andere hormoonklieren 
9.1 

Slide 16 - Slide

Opdrachten maken
Basisstof 5.5 en 5.6 maken

Slide 17 - Slide

Schildklier
  • De schildklier maakt schildklierhormoon: 
  • Schildklierhormoon regelt verbranding in de cellen
  • Te weinig schildklierhormoon: Je bent koud en moe en wordt dikker.
  • Te veel schildklierhormoon: Je hebt het warm, bent bewegelijk, valt af.

Slide 18 - Slide

De bijnier
  • De bijnier ligt boven de nier
  • De bijnier maakt adrenaline
  • Adrenaline = paniekhormoon
Zorgt voor:
=> snellere hartslag
=> snellere ademhaling
=> meer verbranding
Dus meer energie

Slide 19 - Slide

Slide 20 - Video

Geslachthormonen vrouw
  • worden aangestuurd door de hypofyse
  • worden gemaakt in de eierstokken
  • Zorgen voor de secundaire geslachtsorganen
  • regelen menstruatie

Slide 21 - Slide

Geslachthormonen man
  • worden aangestuurd door de hypofyse
  • worden gemaakt in de teelballen
  • Zorgen voor de secundaire geslachtsorganen (zoals zwaardere spieren)
  • testosteron

Slide 22 - Slide

De eilandjes van Langerhans

De eilandjes van Langerhans produceren insuline en glucagon voor constanthouding bloedsuikerspiegel

(zorgt ervoor dat er altijd ongeveer evenveel suiker 

in je bloed is)

Slide 23 - Slide


Wat is de functie van hormonen?
A
Hormonen verwerken de impulsen die afkomstig zijn van spiercellen
B
Hormonen zorgen voor het voedsel van het hormoonstelsel
C
Hormonen zorgen voor snelle reacties op prikkels
D
Hormonen regelen de werking van weefsels en organen die er gevoelig voor zijn.

Slide 24 - Quiz

Welk hormoon produceren de zaadballen?
A
Oestrogeen
B
Testosteron
C
Adrenaline
D
Insuline

Slide 25 - Quiz

Adrenaline wordt gemaakt in
A
Alvleesklier
B
Schildklier
C
Hypofyse
D
Bijnieren

Slide 26 - Quiz

In welk van de aangegeven organen wordt adrenaline geproduceerd?
A
1
B
2
C
3
D
4

Slide 27 - Quiz

Wat regelen de hormonen uit de alvleesklier?
A
Adrenaline in je bloed
B
Hoeveelheid suiker in je bloed
C
Geven hormonen af
D
Zorgen voor verbranding

Slide 28 - Quiz

Welke hormoonklier is dit?
A
Kleine hersenen
B
Eilandjes van Langerhands
C
Hypofyse
D
Schildklier

Slide 29 - Quiz

Nr. 2 (bij de keel)
Hormoonklier

A
Hypofyse
B
Eierstok
C
Bijnier
D
Schildklier

Slide 30 - Quiz

Nr. 3
Hormoonklier
Functie
A
Hypofyse invloed op de groei
B
Schildklier invloed op de stofwisseling
C
Bijnier sneller kunnen reageren
D
Alvleesklier invloed op hoeveelheid suiker in het bloed

Slide 31 - Quiz

Waar bevindt zich de schildklier?
A
Boven op de nieren
B
In de voortplantingsorganen
C
In de hals tegen de luchtpijp aan
D
In de alvleesklier

Slide 32 - Quiz

In de afbeelding is de ligging van enkele hormoonklieren bij een vrouw getekend.
Hoe heet deel 1?
A
Alvleesklier
B
Schildklier
C
Hypofyse
D
Bijnieren

Slide 33 - Quiz

Een leerling krijgt tijdens het houden van een presentatie voor de klas een rode kleur. Zijn hartslag en ademhaling zijn versneld. Bij meting zou blijken dat bovendien het glucosegehalte van het bloed is gestegen. Al deze effecten worden veroorzaakt door hetzelfde hormoon.
Welk hormoon veroorzaakt deze effecten.
A
Adrenaline
B
Schildklierhormoon
C
Insuline
D
Hypofyse hormoon

Slide 34 - Quiz

Sleep de hormoonklieren naar de juiste plek
testikels
hypofyse
schildklier
alvleesklier
bijnieren

Slide 35 - Drag question

1. Het hormoonstelsel regelt processen in het lichaam door hormonen af te geven

2. Het zenuwstelsel regelt processen in het lichaam door impulsen
A
Beide waar
B
Beide nietwaar
C
1 waar 2 nietwaar
D
1 nietwaar 2 waar

Slide 36 - Quiz

Wat ga je doen?
* KB Maak opdracht 40 t/m 46 
* BB maak opdracht 27, 28, 29, 30, 31 en 33(test jezelf)





Slide 37 - Slide