H1.4 De snelheid van een reactie

De snelheid van een reactie
1 / 21
next
Slide 1: Slide
ScheikundeMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 4

This lesson contains 21 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

De snelheid van een reactie

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

Stil lezen
10 Min Stil lezen H1.4 en/of opdrachten maken




Maken: 48, 50, 53, 55, 56 of 59, 57
timer
10:00

Slide 3 - Slide

Instructie
Zelf bestuderen:
  • Kenmerken chemische reactie.
  • Energie-effect van een reactie.
  • Reactievergelijkingen opstellen (index, coëfficiënt)

Slide 4 - Slide

Reactietijd - Reactiesnelheid
Reactietijd = De tijd die verstrijkt tussen het begin en het einde van een reactie.

Reactiesnelheid = Een maat voor de hoeveelheid stof die er per seconde en per Liter reactiemengsel ontstaat of verdwijnt.
Wat is dan de relatie tussen reactietijd en reactiesnelheid?
Antwoord
Hoe korter de reactietijd is, hoe sneller de reactie verloopt, dus hoe groter de reactiesnelheid is. 

Slide 5 - Slide

Factoren die de snelheid van een reactie bepalen:
  1. Soort stof
  2. Concentratie
  3. Temperatuur
  4. Verdelingsgraad
  5. Katalysator
1.
2.
3.
4.
5.

Slide 6 - Slide

Katalysator
Hoe wordt een katalysator van natuurlijke oorsprong genoemd?
Antwoord
Enzym

Slide 7 - Slide

Zelfstandig werken + Huiswerk:
  • Leer de kernbegrippen uit H1.4 
  • Maak opdracht: 48, 50, 53, 55, 56 of 59, 57




Volgende les: Periodiek Systeem

Slide 8 - Slide

Check Leerdoelen 

Slide 9 - Slide

De reactiesnelheid is hoger bij
A
Hoge temperatuur
B
Lage temperatuur

Slide 10 - Quiz

De reactiesnelheid is hoger bij
A
Hoge concentratie
B
Lage concentratie

Slide 11 - Quiz

Als je de temperatuur verlaagt wordt de reactiesnelheid...?
A
groter
B
kleiner
C
blijft gelijk

Slide 12 - Quiz

Als je de concentratie verhoogt,
wordt de reactiesnelheid...?
A
groter
B
kleiner
C
blijft gelijk

Slide 13 - Quiz

Bij het gebruik van een katalysator komt bij een exotherme reactie meer reactiewarmte vrij, omdat de reactiesnelheid hoger wordt.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 14 - Quiz

Het aantal effectieve botsingen neemt toe als je de .........
A
Concentratie van de beginstoffen vergroot
B
Temperatuur van de beginstoffen verhoogt
C
Verdelingsgraad van de beginstoffen vergroot
D
In alle drie de gevallen

Slide 15 - Quiz

Wat doet een katalysator?
A
Reactie versnellen
B
Reactie opwarmen
C
Reactie afkoelen
D
Activeringsenergie verlagen

Slide 16 - Quiz

Welke van onderstaande factoren beïnvloedt NIET de reactiesnelheid?
A
Concentratie
B
Katalysator
C
Volume
D
Temperatuur

Slide 17 - Quiz

Wat gebeurt er met de reactiesnelheid als je de beginstoffen in een bak met ijswater zet?
A
Reactiesnelheid gaat omhoog
B
Reactiesnelheid blijft gelijk
C
Reactiesnelheid gaat omlaag

Slide 18 - Quiz


A
de concentraties nemen toe
B
het samenpersen is te beschouwen als een soort katalysator
C
er ontstaat meer brandstof door het samenpersen
D
de temperatuur stijgt sterk door het samenpersen

Slide 19 - Quiz

Welk onderdeel van de les zou je nog een keer willen herhalen?
A
Reactietijd - Reactiesnelheid
B
Invloed Factoren reactiesnelheid
C
Invloed katalysator

Slide 20 - Quiz

Slide 21 - Video