This lesson contains 15 slides, with interactive quiz and text slides.
Lesson duration is: 45 min
Items in this lesson
Welkom
4 MAVO || 2022-2023
Hoofdstuk 4 - Werk aan de winkel!
Exameneenheid arbeid en productie
Slide 1 - Slide
Programma
Herhaling
Hoofdstuk 6.4
Lesdoelen
Theorie
Aan de slag
Evaluatie
Slide 2 - Slide
Lesdoelen
Je kunt uitleggen wat het draagkrachtbeginsel inhoudt.
Je kunt uitleggen wat het profijtbeginsel is en er een voorbeeld bij geven.
Slide 3 - Slide
Actieven en inactieven
Actieven = mensen met betaald werk
Inactieven = mensen met geen betaald werk en hebben een uitkering
Slide 4 - Slide
Probleem!
Inactieven +
Actieven -
Slide 5 - Slide
Waarom is het een probleem als er steeds minder actieven bijkomen en meer inactieven?
Slide 6 - Open question
Actieven betalen mee aan de inkomens van de inactieven
Herverdeling van inkomens
Slide 7 - Slide
Door vergrijzing
--> Meer inactieven dan actieven
Of de uitkeringen omlaag (inactieven)
Of belastingen en premies omhoog (actieven)
Slide 8 - Slide
Nivellering
Door een progressief belastingstelsel is er sprake van nivellering
Dit betekent dat de inkomensverschillen relatief kleiner worden
Het omgekeerde van nivellering noemen de denivellering
Dit betekend dat de inkomensverschillen relatief groter worden
Slide 9 - Slide
Voorbeeld
Slide 10 - Slide
Draagkrachtbeginsel
Je financiële draagkracht is groot als je een hoog inkomen hebt. De overheid past het draagkrachtbeginsel toe: wie in staat is veel te betalen, moet in verhouding ook meer betalen.
Dat kun je zien aan het progressieve tarief van de inkomstenbelasting: met een hoog inkomen betaal je in verhouding meer belasting dan met een laag inkomen.
Slide 11 - Slide
Draagkrachtbeginsel
Wie heeft de meeste draagkracht?
Slide 12 - Slide
Profijtbeginsel
Je betaalt omdat je ergens gebruik van maakt.
Voorbeeld: motorrijtuigenbelasting (houderschapsbelasting, je betaalt voor het bezit van het voertuig),
Ook betaal je bij de aanschaf van een auto
BPM (belasting op personenauto's en mortorrijwielen)