1.1 Organismen

Biologie
VMBO-BB 3
Biologie
1 / 52
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvmbo gLeerjaar 3

This lesson contains 52 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Biologie
VMBO-BB 3
Biologie

Slide 1 - Slide

Hoe werken we tijdens Bio
De lessen geef ik met LessonUp, deze lessen kunnen jullie ook thuis openen en daarmee leren voor de toets. 
We maken zoveel mogelijk opdrachten samen tijdens de les. Wat niet af komt maak je zelf thuis af. 
Van elk hoofdstuk maak je een samenvatting.
Deze samenvatting bewaar je in een map/schrift want die ga je nodig hebben voor het eindexamen!

Slide 2 - Slide

Aanmelden boek
  • Ga naar magister leermiddelen
  • Selecteer Biologie voor Jou van Malmberg

  • Gebruik de klassencode: 738483

Slide 3 - Slide

Aanmelden LessonUp
  1. Ga naar lessonup.com in de browser (google)
  2. Vul de klascode in
  3. Als je nog geen account hebt dan klik in het scherm wat je krijgt op 'Registreren'
  4. Als je wel een account hebt dan klik je op "inloggen"  
  5. Gebruik het e-mail adres van school. Gebruik je eigen naam. 
  6. Sla het wachtwoord op als dit gevraagd wordt.
ZWXFU
2A
FRHCD
2E
NHCYP
2F
3ZWK
HHJWH
3GL
VYIYQ
4ZWB
QVBSW

Slide 4 - Slide

In LessonUp staat deze les open voor jullie, kom in de les

Slide 5 - Slide

Zet hieronder je inloggegevens neer,
email wat je gebruikt hebt en je wachtwoord.

Slide 6 - Open question

Thema 1 - Organen en cellen

Slide 7 - Slide

Leerjaar 3 
1e toetsweek: 
Hoofdstuk 1  Organen en cellen
+
Hoofdstuk 2 Stevigheid en beweging
+
Hoofdstuk 3 Verteringsstelsel
en excursie anatomisch museum (voor deze opdracht krijg je een cijfer die deel uit maakt van je practicumdossier cijfer)


Slide 8 - Slide

Thema 1 - Organen en cellen
1.1 - Organismen
1.2 - De bouw van een organisme
1.3 - Cellen van planten en dieren
1.4 - Chromosomen
1.5 - Gewone celdeling (mitose)
1.6 - Reductiedeling (meiose)

Slide 9 - Slide

Thema 1 - Organen en cellen
1.1 - Organismen

Slide 10 - Slide

ToDo:
Leerdoelen van vandaag: 
1.1.1 Je kunt negen levenskenmerken van organismen noemen.
1.1.2 Je kunt de levensfasen van de mens noemen met de gemiddelde leeftijden en voorbeelden van ontwikkeling geven.

Slide 11 - Slide

Dieren, planten en mensen zijn levende wezens. Dat kun je zien aan de levenskenmerken. Een levend wezen noemen we een organisme.
Een organisme herken je aan de levenskenmerken. 

Slide 12 - Slide

Levenskenmerken
  1. Ademhalen
  2. Voortplanten
  3. Uitscheiden
  4. Reageren op prikkels
  5. Voeden
  6. Groeien
  7. Ontwikkelen
  8. Bewegen
  9. Stofwisseling

Slide 13 - Slide

Groei
Het groter en zwaarder worden van een organisme. 
Alle organismen groeien, maar soms zie je dat bijna niet.  

Slide 14 - Slide

Ontwikkeling
Veranderingen in de bouw van een organisme.

Het kikkervisje had eerst nog geen poten, later wel.

Slide 15 - Slide

Stofwisseling
In je lichaam worden stoffen omgezet in andere stoffen. Dit heet stofwisseling. Hierbij horen:
  • Voeden
  • Ademhalen
  • Uitscheiding
Stofwisseling

Slide 16 - Slide

Levensloop en levenscyclus

  • Een individu heeft een levensloop. Dit begint bij de geboorte en eindigt bij de dood van één individu. Als een individu doodgaat blijft de soort bestaan. 
  • Elk soort heeft een levenscyclus. Deze begint elke keer opnieuw. In een levenscyclus gaat elk individu dood en blijft de soort bestaan. 
Levenscyclus van een KIP
Eieren
Embryo's
Uitkomen
Kuikens
Kip

Slide 17 - Slide

Maak opdracht 1

Slide 18 - Slide

Maak opdracht 4
Beweging
Ontwikkeling
Uitscheiding
Voeding
Voortplanting

Slide 19 - Slide

Maak opdracht 6

Slide 20 - Slide

De levensfasen van de mens
Een levesnsfase is een periode met bepaalde kenmerken die bij die fase horen: de levensfasen van de mens zijn: 

Slide 21 - Slide

Lichamelijke groei en ontwikkeling
Groei: groter en zwaarder worden. Stopt ongeveer op 18 jarige leeftijd. De verhoudingen tussen de verschillende lichaamsdelen verandert. 
Ontwikkeling: leren staan, leren lopen, enz. 

Slide 22 - Slide

Geestelijke ontwikkeling
Begint bij de geboorte en eindigt als je doodgaat: leren lezen, schrijven, praten, auto rijden, werken, omgaan met nieuwe dingen, enz. 

Slide 23 - Slide

Embryo en foetus
Tijdens de zwangerschap.
Groei en ontwikkeling in de baarmoeder

Slide 24 - Slide

Baby
Van 0 tot 1,5 jaar
Leert zitten, staan, lopen, reageren op mensen, blokjes oppakken, met voetjes spelen, enz. 

Slide 25 - Slide

Peuter
1,5 tot 4 jaar
Leert: traplopen, tegen een bal schoppen, met lepel eten, praten, torentje bouwen

Slide 26 - Slide

Kleuter
4 tot 6 jaar
Leert fietsen, klimmen, tekenen, samenspelen, veters strikken, enz

Slide 27 - Slide

Schoolkind
6 tot 12 jaar
Leert lezen, schrijven, rekenen, enz. 

Slide 28 - Slide

12 tot 16 jaar
Secundaire geslachtskenmerken.
Voortplantingsorganen starten.


16 tot 21 jaar
Leert zelfstandig te worden


Puber     
Adolescent

Slide 29 - Slide

Volwassene
21 tot 65
Werkt/krijgt kinderen/ betaalt belasting 

Slide 30 - Slide

Oudere
Vanaf 65 jaar
Hebben soms verzorging nodig

Slide 31 - Slide

Maak opdracht 2

Slide 32 - Slide

Maak opdracht 5

Slide 33 - Slide

Dood en levenloos


Alle organismen gaan dood. Een dood organisme heeft geen levenskenmerken meer. Het kan niet meer ademhalen, groeien of bewegen. Vroeger kon het die dingen wel. Ook delen van een organisme kunnen dood zijn: gevallen bladeren van een boom, je haren, je nagels. 

Slide 34 - Slide

Levenloos
In de natuur zijn ook dingen die nooit hebben geleefd. 
Zoals een steen. Dingen die nooit hebben geleefd, 
noem je levenloos. Levenloze dingen hebben geen
levenskenmerken gehad. Ze zullen die ook nooit krijgen.
Voorbeelden van levenloze dingen zijn:
• lucht, • steen,  • water
Levenloze dingen zijn belangrijk voor organismen. Zonder lucht en water kun je niet leven.

Slide 35 - Slide

Levenskenmerken
Levend: Je vertoont deze kenmerken
Dood: Je vertoont deze kenmerken niet meer
Levenloos: Je hebt deze kenmerken nooit gehad

Slide 36 - Slide

Maak opdracht 7

Slide 37 - Slide

Maak opdracht 8

Slide 38 - Slide

Maak opdracht 9

Slide 39 - Slide

Maak opdracht 10

Slide 40 - Slide

TADAAA
Kan ik de levenskenmerken opnoemen?
Ja, alle 9
Ja, maar ik moet er wel over nadenken
Nee, niet 9 maar wel veel
Hooguit 3
Levensken watte?

Slide 41 - Poll

TADAAA
Kan ik de levensfasen van de mens noemen met de gemiddelde leeftijden en voorbeelden van ontwikkeling geven?
Ja, makkie
Ja, maar ik moet er wel over nadenken
Nee, niet allemaal, maar ik kan wel een plaatje invullen
Hooguit 3
Levensfasen? wat is dat?

Slide 42 - Poll

Vragen

Slide 43 - Slide

Wat is een voorbeeld van een organisme?
A
Gist (schimmel)
B
Koala (dier)
C
Paardenbloem (plant)
D
Alle antwoorden zijn goed

Slide 44 - Quiz

Wat zijn levenskenmerken?
A
hoe groot en zwaar een organisme is
B
kenmerken van een levend organisme
C
de ontwikkeling van een organisme
D
kenmerken van een dood organisme

Slide 45 - Quiz

Wat is GEEN levenskenmerk?
A
Ademhalen
B
Slapen
C
Groeien
D
Voortplanten

Slide 46 - Quiz

Wat houdt stofwisseling in?
A
Stoffen worden omgezet in andere stoffen buiten het lichaam
B
Stoffen worden omgezet in andere stoffen binnen het lichaam

Slide 47 - Quiz

Een levensloop is ....
A
Van geboorte tot dood
B
Een cyclus die continu door gaat

Slide 48 - Quiz

Wat stelt het
plaatje voor?
A
Levensloop
B
Levenscyclus

Slide 49 - Quiz

Wat is stofwisseling?
A
Uitscheiding, ademen en voeden
B
ademen en bewegen
C
voortplanten en waarnemen

Slide 50 - Quiz

Als een organisme groeit, dan verandert de .............. van het organisme
A
Bouw
B
Grootte
C
Kleur
D
Vorm

Slide 51 - Quiz

Wat zijn levenskenmerken?
A
hoe groot en zwaar een organisme is
B
kenmerken van een levend organisme
C
de ontwikkeling van een organisme
D
kenmerken van een dood organisme

Slide 52 - Quiz