toetsen begrippen warmte en temperatuur

• Natuurkunde / Scheikunde
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 2

warmte transport en isolatie

welke vorm vaan warmte transport vindt er plaats?

de hitte die je voelt als je naast de radiator zit.

het water van de warmte wissalaar naar de radiator

in de buis tussen het hete gas en het water

geleiding

straling

stroming

welke vorm vaan warmte transport vindt er plaats?

de hitte die je voelt als je naast de radiator zit.

het water van de warmte wissalaar naar de radiator

in de buis tussen het hete gas en het water

geleiding

straling

stroming

welke vorm vaan warmte transport vindt er plaats?

de hitte die je voelt als je naast de radiator zit.

het water van de warmte wissalaar naar de radiator

in de buis tussen het hete gas en het water

geleiding

straling

stroming

koppel het begrip aan de uitleg

het binnen houden van warmte

1. temperatuur
2. isolatie
3. bimetaal
4. uitzetten

wordt gebruikt door nauurkundigen, 0K is de minimum temperatuur

1. graden Celsius
2. Kelvin
3. warmte
4. uitzetten

de overige warmte van de machines in een fabriek

1. restwarmte
2. onvolledige verbranding
3. energiebron
4. straling

geef een uitleg van versterkt broeikaseffect

geef een uitleg van absolute nulpunt

straling

stroming

geleiding

warmte gaat door de stof heen, of gaat van de ene stof naar de andere

gos of vloeistof verplaatst en neemt warmte mee

warmtetransport zonder tussenstof

25 graden celsius is...

1. 158 K
2. 390 K
3. 298 K
4. 273 K

wat zijn de verbrandingsvoorwaarden?

uit 7 kg appels haal je 15 MJ warmte. hoeveel warmte haal je uit 3 kg appels?

1. 0,44 MJ
2. 1,4 J
3. 15 KJ
4. 1,4 MJ

uit 1 L benzine haal je 33MJ energie.
wat is de verbrandingswarmte?

1. 33 J/kg
2. 33 MJ/L
3. een appeltje
4. 33 MJ/m3

de verbrandingswarmte van aardgas is 32 MJ/m3. hoeveel aardgas moet ik verbranden om 10KJ warmte te krijgen?

1. 25 m3
2. 0,32 m3
3. 0,0003125 m3
4. gewoon warmte van je buren stelen joh.

geef de juiste term:
temperatuur waarop iets kan branden (een van de brandvoorwaarde)

geef de juiste term:
eenheid om energie te meten

geef de juiste term:
kernen bij elkaar stoppen waardoor je energie krijgt.

geef de juiste term:
heet water door het huis pompen en het huis verwarmen