les 2

les 2
Is dit mijn pen?
Of is dit jouw pen?
Is het misschien zijn pen?
Of haar pen?
mijn, jouw, haar, zijn

Bezittelijke voornaamwoorden
1 / 14
next
Slide 1: Slide
TaalBasisschoolGroep 7

This lesson contains 14 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 15 min

Items in this lesson

les 2
Is dit mijn pen?
Of is dit jouw pen?
Is het misschien zijn pen?
Of haar pen?
mijn, jouw, haar, zijn

Bezittelijke voornaamwoorden

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

Bezittelijke voornaamwoorden
Ik heb een pen. Het is mijn pen
Jullie hebben truien. Dat zijn jullie truien.
Tommie is de naam van haar hond

Slide 3 - Slide

Wat is het bezittelijk voornaamwoord?

Slide 4 - Open question

Wat is het bezittelijk voornaamwoord?

Slide 5 - Open question

Wat is het bezittelijk voornaamwoord?

Slide 6 - Open question

Welke zijn de bezittelijk voornaamwoorden?
A
mijn
B
uw
C
mij
D
U

Slide 7 - Quiz

Kies het bezittelijk voornaamwoord:
A
de
B
onze

Slide 8 - Quiz

Wat zijn bezittelijke voornaamwoorden?
A
haar
B
zij
C
mijn
D
jullie

Slide 9 - Quiz

IK, JIJ, HEM, ONS, ZIJ; zijn bezittelijke voornaamwoorden
A
Waar
B
Niet waar

Slide 10 - Quiz

Wat is een bezittelijk voornaamwoord?
A
jij
B
mijn
C
u
D
jou

Slide 11 - Quiz

En welke van deze is een bezittelijk voornaamwoord?
A
jouw
B
me

Slide 12 - Quiz

Wat is een bezittelijk voornaamwoord?
A
Mijn, jouw, haar, uw, ons, jullie etc.
B
Ik, jij, hij, zij, wij, jullie etc.
C
Wijst iets aan: deze, die, dit en dat
D
Plakt twee zinnen aan elkaar

Slide 13 - Quiz

Aan de slag
Verwerken taal week 1 les 2
Verwerken spelling week 1 les 3 en 4
timer
1:00

Slide 14 - Slide