nakijken H8 + H9

nakijken H8 + H9
1 / 23
next
Slide 1: Slide

This lesson contains 23 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

nakijken H8 + H9

Slide 1 - Slide

Vraag 8.01 en 8.03
vraag 8.01: voedingsbehoefte & voorkeuren van de doelgroep bepalen, rekening houden met duurzaamheid, recept uitwerken
vraag 8.03a: overbevissing = het teveel vangen van vis waardoor bepaalde soorten kunnen uitsterven. 
bijvangst = vissen of zeedieren die per ongeluk worden gevangen tijdens het vissen op andere vissen
wilde vis= Vis die in natuurlijke wateren zoals zeeën, rivieren en meren leeft en wordt gevangen.
kweekvis = Vis die wordt opgegroeid in gecontroleerde omgevingen zoals vijvers of tanks, speciaal voor consumptie.
8.03b:  Door overbevissen kan de vispopulatie uitgeput raken, door de bijvangst kunnen andere dieren zoals schildpadden en dolfijnen er schade van ondervinden, bij kweekvis kan door antibiotica het water vervuild raken en bij verse vis is er grote kans op grote verspilling omdat dit maar kort houdbaar is. 
    - Kweekvis: antibiotica en andere chemicaliën vervuilen het water. 
    - Verse vis: grote kans op verspilling omdat de vis maar kort houdbaar is. 

Slide 2 - Slide

vraag 8.07

Slide 3 - Slide

zijn de onderstaande beweringen juist of onjuist?
1. convenience food bevat veel zout en zijn slecht voor je
2. convenience food is gemakkelijk in gebruik (vraag 8.09)
A
1. juist 2. juist
B
1. juist 2. onjuist
C
1. onjuist 2. juist
D
1. onjuist 2. onjuist

Slide 4 - Quiz

zijn de onderstaande beweringen juist of onjuist?
1: Vitamine K is belangrijk voor de bloedstolling. Als een baby hier te weinig van binnenkrijgt, kunnen er bloedingen optreden
2: Vitamine D is nodig voor een goede botontwikkeling.
(Vraag 8.10)

A
1. juist 2. juist
B
1. juist 2. onjuist
C
1. onjuist 2. juist
D
1. onjuist 2. onjuist

Slide 5 - Quiz

Vraag 8.12
A. Welke 3 voedingsstoffen heeft een sporter veel nodig?
B. Waarom worden sportrepen en drankjes afgeraden?
C. Waarom is drinken zo belangrijk voor sporter?
Geef op A, B en C antwoord.

Slide 6 - Open question

vraag 8.14

Slide 7 - Slide

vraag 8.15

Slide 8 - Slide

Een client wil graag afvallen. Ze mag maximaal 1600 calorieën per dag.Wat is een goede keus voor het ontbijt?
(Vraag 8.16)
A
havermout met amandelmelk + halve banaan en 1 ei
B
een croissantje met jam
C
2 gebakken eieren met spek en een boterham
D
een bakje cruesli met een hele banaan

Slide 9 - Quiz

Een client wil graag afvallen. Ze mag maximaal 1600 calorieën per dag.Wat is een goede keus voor het lunch?
(Vraag 8.16)
A
volkoren wrap met hummus, sla, tomaat en kipfilet + 1 appel
B
een tosti ham/ kaas
C
2 gebakken eieren met spek en een boterham
D
een appel

Slide 10 - Quiz

Een client wil graag afvallen. Ze mag maximaal 1600 calorieën per dag.Wat is een goede keus voor het tussendoortje?
(Vraag 8.16)
A
gevulde koek
B
avocado
C
handje ongezouten amandelen
D
Griekse kwark met muesli

Slide 11 - Quiz

begrippen 8.17

Slide 12 - Slide

vraag 9.04 
Recept crème brûlee - 4 personen

Verwarm de oven voor op 125 °C. Halveer het vanillestokje in de lengte en schraap met een mespunt het merg eruit. Breng de slagroom en melk met het vanillestokje en -merg aan de kook. Laat op laag vuur 5 min. trekken. Verwijder het vanillestokje. 

Splits de eieren en doe de eidooiers met de suiker in een grote kom. Klop door elkaar. De eiwitten gebruik je niet. Schenk de hete room erbij en roer tot het mengsel wat dikker wordt. Verdeel over de schaaltjes. Zet de schaaltjes voorzichtig op een rooster in de oven. Laat de crème brûlée in ca. 45 min. gaar worden en helemaal stollen. Laat 30 min. op kamertemperatuur afkoelen en verder opstijven. Dek de schaaltjes af en zet ze minimaal 2 uur in de koelkast. Verwarm de ovengrill voor op de hoogste stand. Neem de schaaltjes uit de koelkast en bestrooi ze met de basterdsuiker. Zet ze vlak onder het grillelement totdat de suiker gesmolten is en bruin begint te kleuren. Let op: dit duurt 1 min.

Bereidingstip:
Je kunt de crème brûlée 1 dag van tevoren bereiden. Bewaar afgedekt in de koelkast. Breng op de dag zelf met de ovengrill het suikerlaagje aan.

Slide 13 - Slide

vraag 9.05
a. 125 g cakemeel, want 250: 2= 125

b. 500 g boter, want 250 x 2 = 500

c. 375 g suiker, want 250 x 1,5 = 375

Slide 14 - Slide

vraag 9.06

Slide 15 - Slide

Zet de inhoudsmaten op de goede volgorde en begin bij de grootste inhoudsmaat.
vraag 9.07
milliliter (ml)
deciliter (dl)
liter (l)
centiliter (cl)

Slide 16 - Drag question

liter
deciliter
centiliter
milliliter

Slide 17 - Drag question

vraag 9.08

Slide 18 - Slide

Tekst
vraag 9.11
rode snijplank
blauwe snijplank
groene snijplank
gele snijplank
bruine snijplank
witte snijplank
rauw vlees

vis,- schaal en schelpdieren
groente en fruit
gevogelte
gebraden vlees en worst
kaas en brood

Slide 19 - Drag question

Waarvoor gebruik je een bain-marie? (vraag 9.13)
A
om eten dat bevroren is snel op te warmen
B
het warm houden van eten op een buffet
C
het maken van smoothies of sauzen
D
het pureren van soep of sauzen direct in de pan

Slide 20 - Quiz

Welke snijtechnieken zie je? (vraag 9.18)
Julienne
Snipperen
Chinoise
Brunoise

Slide 21 - Drag question

vraag 9.20

Slide 22 - Slide

nog maken: 21, 22, 26, 27 
+ aangeven dat leerling rest hoofdstuk kunnen nakijken met antwoordenboekje. 

Slide 23 - Slide