Lesson 1 (2) LRN

• Engels
• Middelbare school
• vmbo k
• Leerjaar 3

Today

1. StudyGo
2. Grammar uitleg: Past continuous 
3. Practise
4. (Home)work
5. Looking back

 

 Aan het einde van deze les..

1. .. heb je kennis gemaakt met de Cornell methode.
2. .. weet je wat de past continuous is.
3. .. weet je wanneer en hoe je de past continuous moet gebruiken.

Past continuous.

Please, take out your notebook.

Cornell methode

• Neem het schema hiernaast over in je schrift. 
• Je gaat zélf aantekeningen maken van de stof die ik uitleg. 

2. Grammar (uitleg) past continuous

She was watching a film last night. 

They were listening to that new podcast. 

He was playing that new game all the time. 

Pak je aantekeningenschrift en schrijf de volgende zinnen over:

Wat hebben deze zinnen met elkaar gemeen?

She was watching a film last night.

They were listening to that new podcast.

He was playing that new game all the time. 

Kijk maar: 

She was watching a film last night. 

They were listening to that new podcast. 

He was playing that new game all te time. 

In alle zinnen:

was of were

werkwoord + ing

In welke tijd spelen deze zinnen zich af?

She was watching a film last night.

They were listening to that new podcast.

He was playing that new game all te time. 

Past continuous: verleden tijd in duurvorm

WANNEER:

Je gebruikt de past continuous om aan te geven dat iets in het verleden een tijdje aan de gang was. 

•  She was watching a film last night.
•  Ze was gisteren een film aan het kijken (film duurt 90 min)
•  He was playing that new game all the time. 
•  Hij was de hele tijd dat spelletje aan het spelen. (de hele middag)

Past continuous: verleden tijd in duurvorm

HOE:

Altijd WAS of WERE  en werkwoord + ING

• Kijk naar het onderwerp om te bepalen of je
    was of were moet gebruiken

   

                    She WAS watchING a film last night.

                    They WERE playING that new game all the time. 

                  

• WERE you / we / they
• WAS: I/ he / she / it

Welke 3 soorten zinnen zijn er ook alweer? 

Vragende zin (?):

WERE  you TELLING me about the past continuous? 

                               beginnen met 

                            WAS of WERE

Ontkennende zin:

You WEREN'T (were not) TAKING notes. 

                                                    + NOT

                                (weren't / wasn't)

Wanneer:

Om te vertellen dat iets in het verleden een tijdje aan de gang was. 

I was telling you about the past continuous. 

Hoe:

Altijd was óf were en werkwoord +ing

Were you taking notes? 

Op een rijtje: 

Past continuous - Engels - 5/11/2024

- Verleden tijd, duurvorm

- Vormen van 'to be'

- Wanneer?

- Hoe?

Iets dat in het verleden een tijdje duurde. 

Altijd kijken naar het ow; wie of wat  doet? 

I/he/she/it --> was

You / we / they --> were

Om te vertellen dat iets in het verleden een tijdje duurde. In NL vaak was aan het / waren aan het..

was / were + ww + -ing

In (-) / ontkennende zin 'NOT' toevoegen.

Samenvatting: 

1. "They was watching a movie."
   
2. "I was playing soccer yesterday at 3 pm."
   
3. "She were reading a book in the library."
   
4. "You was studying for the test last night."
   
5. "We were having dinner at 7 o'clock."
   
6. "My friends was cooking dinner at that time."
   
7. "He was playing video games while it was raining."
   
8. "The children was playing in the park."
   
9. "I was talking on the phone when you called me."
   
10. "They were doing their homework in the afternoon." 

Right or wrong? 

1. ❌ They were watching a movie.
   
2. ✔️
   
3. ❌ She was reading a book in the library.
   
4. ❌ You were studying for the test last night.
   
5. ✔️
   
6. ❌ My friends were cooking dinner at that time.
   
7. ✔️
   
8. ❌ The children were playing in the park.
   
9. ✔️
   
10. ✔️    

If you get one of these questions, you answer them in English:

1. Wat was je gisteren om 4 uur ’s middags aan het doen?
2. Wat was je moeder aan het koken toen je thuis kwam?
3. Wat waren je vrienden aan het doen toen je ze belde?
4. Wat waren je ouders aan het doen toen je thuiskwam?
5. Wat was je vorige week aan het doen tijdens de Engelse les?

Ping-pong

Werk in tweetallen.

5 minuten. 

Nakijken met random beurten. 

Vul de juiste vorm van het werkwoord in (past continuous).

Schrijf de volledige zin in je schrift. 

1. She (walk) to school when it started raining.
2. We (not/listen) to music while we studied.
3. (you/watch) TV when I called you yesterday?
4. He (play) soccer when he twisted his ankle.
5. They (not/work) on the project at 8 PM last night.
6. While I (read) a book, my brother (cook) dinner.
7. (it/rain) when you left the house this morning?
8. She (sleep) when her alarm went off.
9. The kids (not/pay) attention during the lesson.
10. I (write) a letter to my friend while my mom (clean) the house.

Gebruik je overlegstem. Ik hoor je, maar kan niet verstaan wat je zegt. 

Als je de beurt krijgt, moet je je antwoord uit kunnen leggen. 

Homework:

Friday, Nov. 8th:

Maken:

• Werkblad 'Past continuous'
• exc. 8 & 9 (p.98)

Leren:

words unit 1 & 2,

words lesson 1 (p.171)

• Voor jezelf.
• In stilte.
• Muziek mag.
  
• Vragen? Steek je vinger op!
  
• Tijd tot aan de afsluiting van de les. 
• Klaar? WRTS!

6. Looking back!
Wanneer moet je de past continuous gebruiken en waar moet je dan op letten?