4.10 Over taal

Vak: Nederlands
Hoofdstuk: 4
1.
Lesopening
2.
Leergebiedoverstijgende doelen + arrangementen
3.
Lesdoel (+ minicheck)
4. 
Instructie
5.
Begeleid inoefenen
6. 
Zelfstandig werken
7.
Evaluatie + afsluiting
1 / 24
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 1

This lesson contains 24 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Vak: Nederlands
Hoofdstuk: 4
1.
Lesopening
2.
Leergebiedoverstijgende doelen + arrangementen
3.
Lesdoel (+ minicheck)
4. 
Instructie
5.
Begeleid inoefenen
6. 
Zelfstandig werken
7.
Evaluatie + afsluiting

Slide 1 - Slide

1. Lesopening
Pak je boek en schrift van Nederlands, laat het nog even dicht. 



Slide 2 - Slide

2. Leergebiedoverstijgende doelen
Zelfstandig leren
- Werkt volgens de gestelde eisen, die aan de opdrachten worden gesteld. 

Voorbeeld: als er staat schrijf de zin over, doe je dat. 




Slide 3 - Slide

Arrangementen
- Verdiept: kijk of je zelfstandig aan de slag kunt of dat je mee wil doen aan de instructie na het benoemen van de lesdoelen en het lezen van de theorie. 
Namen lln

- Basis: doe mee aan de mini-check. Alles goed? Zelfstandig aan de slag. Niet alles goed? Instructie volgen, daarna aan de slag. 
Namen lln

- Intensief: doe mee aan de mini-check. Instructie volgen, kom aan de groepstafel zitten. 
Namen lln

Slide 4 - Slide

3. Lesdoel
Aan het eind van deze les:
- Ken je de betekenis van uitdrukkingen (figuurlijk taalgebruik).
- Kan je de betekenis van woorden vinden door te kijken naar bekende stukjes
- Kun je de juiste betekenis kiezen in het woordenboek

Slide 5 - Slide

Verdiept arrangement:
Namen lln. 

Huiswerk noteren + maken:
Les: 4.10
blz.: 159 t/m 162
opdr.: 28 t/m 31
LET OP: opdr. 29 alleen de betekenis opschrijven, niet tekenen. 

Slide 6 - Slide

Mini-check
Wat weet je al van het lesdoel?

Slide 7 - Slide

Als je iets zegt dat je niet letterlijk bedoelt; wat voor taal gebruik je dan?

Slide 8 - Open question

Hoe vind je in een woordenboek de betekenis van een spreekwoord/uitdrukking?

Slide 9 - Open question

Figuurlijk of letterlijk taalgebruik:
hij ziet de wereld door een roze bril

Slide 10 - Open question

Wie maakt wat:
3 vragen goed? Ga zelfstandig aan de slag:
les 4.10, opdr. 28 t/m 31, blz. 159 t/m 162

De rest doet mee met de instructie.

Slide 11 - Slide

4. Instructie

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Slide

Bij welk woord zoek je deze uitdrukking:
de hond in de pot vinden.

Slide 17 - Open question

5. Begeleid inoefenen
Wie kan zelfstandig aan de slag (basis)?
Lees en maak les 4.10 opdr. 28 t/m 31 op blz. 159 t/m 162
opdr. 29: tekenen niet. Alleen betekenis opschrijven. 

Wie heeft nog extra instructie/leeshulp nodig (intensief)?
Namen lln... kom aan de instructietafel zitten. 
Dan gaan we samen aan de slag. 

Slide 18 - Slide

6. Zelfstandig werken
Je leest en maakt :  
V: les 4.10 opdr. 28 t/m 31 op blz. 159 t/m 162 --> namen lln
B: les 4.10 opdr. 28 t/m 31 op blz. 159 t/m 162 --> namen lln
I: les 4.10 opdr. 28 t/m 31 op blz. 159 t/m 162 --> namen lln

BELANGRIJK: 29 = alleen de betekenis opschrijven!

Ben je klaar?
1. Kijk je werk zorgvuldig na + verbeter waar nodig. 
2. Huiswerk ander vak afmaken. 
3. Leren toets/lezen/woordzoeker. 
timer
30:00

Slide 19 - Slide

7. Evaluatie
- Zelfstandig leren; werkt volgens de gestelde eisen, die aan de opdrachten worden gesteld.
 
Evaluatie lesdoelen --> Quiz mee! 



Slide 20 - Slide

Wat is de betekenis van het gezegde: de kat uit de boom kijken.

Slide 21 - Open question

Wat is de betekenis van het gezegde:
Je mag een gegeven paard niet in de bek kijken

Slide 22 - Open question

Wat is de betekenis van het woord; locatie.
Er is een festival in de stad. Op zes locaties zijn er spetterende muziekoptredens.

Slide 23 - Open question

Afsluiting
- Ruim je boek en schrift van NE op. 

Volgende lesuur: ....................

Slide 24 - Slide