Mehrzahl der Substantive

• Duits
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 2

Het meervoud van zelfstandig naamwoorden 

Basisregels (pas op voor uitzonderingen)

- Mannelijk: umlaut +e --> der Ball, die Bälle

- Vrouwelijk: +(e)n --> die Straße, die Straßen

- Onzijdig: +e --> das Heft, die Hefte

- Mannelijk en onzijdig op -el, -en en -er veranderen vaak niet --> der Onkel, die Onkel; der Lehrer, die Lehrer

- Veel woorden op -a, -i, -o en -y: +s --> das Handy, die Handys

Het meervoud van
der Schrank

1. die Schranke
2. die Schränke

Het meervoud van
der Grund

1. die Gründe
2. die Grunden

het meervoud van
der Raum

1. die Raumer
2. die Räume

het meervoud van
der Schlüssel

1. die Schlüssel
2. die Schlüsseln

het meervoud van
die Frau

1. die Frauen
2. die Fraue

met meervoud van
die Folge

1. die Folgen
2. die Folger

het meervoud van
die Kollegin

1. die Kolleginen
2. die Kolleginnen

her meervoud van
die Nachricht

1. die Nachrichten
2. die Nachrichte

het meervoud van
die Kamera

1. die Kameren
2. die Kameras

het meervoud van
das Jahr

1. die Jahre
2. die Jahren

het meervoud van
der Sohn

1. die Sohne
2. die Söhne

het meervoud van
die Telefonnummer

1. die Telefonnummeren
2. die Telefonnummern

het meervoud van
das Foto

1. die Fotoe
2. die Fotos

het meervoud van
der Rucksack

1. die Rucksacken
2. die Rucksäcke

het meervoud van
das Stück

1. die Stücke
2. die Stücks

het meervoud van
das Mädchen

1. die Mädchen
2. die Mädchens

het meervoud van
der Computer

1. die Computers
2. die Computer

Ende