This lesson contains 31 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.
Items in this lesson
1. Herhalen:
Basisstof 3: Bevruchting
Basisstof 4: Zaden en vruchten
Slide 1 - Slide
Wat is bevruchting?
A
Het moment dat stuifmeel op de stamper komt
B
Het moment dat de kern van de stuifmeelkorrel en eicel versmelten
C
Als het zaadje ontstaat
D
Als de vrucht rijp is
Slide 2 - Quiz
Hoe vaak is de appel bevrucht?
A
1
B
2
C
3
D
4
Slide 3 - Quiz
Bevruchting
Stempel
Stuifmeelbuis
Stijl
Vruchtbeginsel
Zaadbeginsel
Eicel
Bevruchting
Slide 4 - Slide
Wat gebeurt er met de zaadbeginsels die niet zijn bevrucht?
A
ontwikkelen zich tot zaden
B
verschrompelen
C
die worden groter
D
die krijgen bloemen
Slide 5 - Quiz
Kiem en zaad
Bevruchte eicel --> kiem
Zaadbeginsel --> zaad
Slide 6 - Slide
Na de bevruchting...
Slide 7 - Slide
vruchtbeginsel
na bevruchting
* in vruchtbeginsel groei van (bevruchte)zaadbeginsel
tot zaad
*vruchtbeginsel zelf groeit uit tot vrucht
met zaden in deze vrucht
Slide 8 - Slide
van bloem tot vrucht: boon
kroonbladeren en meeldraden vallen af
bloemkelk en stijl verschrompelt
vrucht- en zaadbeginsel groeit
Slide 9 - Slide
Ontwikkeling van bloem tot vrucht bij een appel
Slide 10 - Slide
100+ zaden
1 zaad
Slide 11 - Slide
eetbare vruchten
appels
bananen
peren
sinaasappels
eetbare zaden
doperwten
pinda's
zonnebloempitten
maanzaad
Slide 12 - Slide
In een vrucht zitten 6 zaden. Hoeveel stuifmeelbuizen zijn hiervoor gegroeid? Hoeveel eicellen waren hiervoor nodig?
A
aantal stuifmeelbuizen 1
aantal eicellen 1
B
aantal stuifmeelbuizen 1
aantal eicellen 6
C
aantal stuifmeelbuizen 6
aantal eicellen 1
D
aantal stuifmeelbuizen 6
aantal eicellen 6
Slide 13 - Quiz
Het zaadbeginsel groeit na de bevruchting uit tot ...
De bevruchte eicel groeit uit tot ...
Het vruchtbeginsel groeit na de bevruchting uit tot ...
Zaad
Kiem
Vrucht
Slide 14 - Drag question
Na de bevruchting...
Slide 15 - Slide
Ongeslachtelijke voortplanting
Slide 16 - Mind map
DNA
Slide 17 - Slide
Ongeslachtelijke voortplanting
Zaadplanten kunnen zich voortplanten door stuifmeelkorrels en eicellen. Ze kunnen zich ook voortplanten zonder dat er bevruchting plaatsvind!
Bij ongeslachtelijke voortplanting hebben de nakomelingen precies dezelfde erfelijke eigenschappen
als de ouder.
Stekken
met een mesje een stukje
van de stengel snijden
1
in een potje met water
wortels gaan zich vormen
2
Wortels groot genoeg?
planten in potgrond
in een bloempot
3
Bij celdeling worden de chromosomen gekopieerd
Slide 18 - Slide
Slide 19 - Video
Ongeslachtelijke voortplanting
Slide 20 - Slide
KNOLLEN (ongeslachtelijke voortplanting)
De knopen noem je 'ogen'. In het voorjaar lopen die knopen uit. Uit 1 knop groeit een nieuwe plant met precies dezelfde erfelijke eigenschappen als de ouderplant
Knollen
Slide 21 - Slide
Bol:
- wortels
- bolschijf
- rokken
Tussen de rokken zitten de knoppen.
Voorjaar: De plant ontstaat
uit 1 knop.
De andere knoppen ontwikkelen tot nieuwe bollen met dezelfde erfelijke eigenschappen als de ouderplant
BOLLEN
ongeslachtelijke voortplanting
reserve voedsel
Slide 22 - Slide
WEEFSELKWEEK
Kwekers
binnen 1 jaar
uit 1 plant
wel 50.000
nieuwe planten
Slide 23 - Slide
UITLOPERS
(= ongeslachtelijke voortplanting)
Slide 24 - Slide
Slide 25 - Video
1. Kwal begint zijn leven als poliep
Poliep: is een diertje dat vastzit aan de grond
2. Dan ontstaan kleine kwalletjes die aan elkaar vastzitten
3. De baby kwallatjes laten los en groeien uit tot
volwassen kwallen
4. Volwassen kwallen > bevruchting plaats
5. Uit de bevruchte eicel groeit ontstaat een larve
die uitgroeit tot een poliep
De onsterfelijke kwal kan de cirkel ook achterstevoren doorlopen! Hij kan er dus altijd voor kiezen om weer jong te worden. Vandaar zijn naam.
Slide 26 - Slide
Uitlopers (wortel-stokken)
Knollen
Bollen
Weefselkweek
Slide 27 - Drag question
Onderzoek hooikoorts blz. 233
Lees opdracht 3 Hooikoorts in je boek op blz. 232-233
- Onderzoeksvraag: Wordt hooikoorts veroorzaakt door insecten-, windbloemen of beide?
- Hypothese: kies 1 van de 3 uit en beargumenteer je verwachting
- Benodigdheden: tabel in je boek en internet
- Voer het werkplan uit
- Noteer de resultaten in de tabel
- Noteer je conclusie
Slide 28 - Slide
Verslag
Je deelt je onderzoeksresultaten door middel van een verslag. Hier krijg je een cijfer op. Je maakt het in Word.
- Titel: naam van je onderzoek
- Naam en klas
- Inleiding (wat heb je onderzocht)
- Stappen onderzoek
Slide 29 - Slide
Verwerking van de lesstof
Je hebt al gemaakt: opdracht 1 t/m 4 van 6.5 (huiswerk)
In de les:
- 6.5 afmaken en opdracht 1 t/m 4 van 6.6
Kom je er niet uit? Overleg eerst met je buur (zacht) Daarna vraag je mij.
Af? Ga verder met huiswerk: verslag hooikoorts
Tijd over voor verdieping? Lees en maak extra basisstof 7 en 8 (6.7 en 6.8)
Slide 30 - Slide
Huiswerk
Opdrachten 6.5 af en opdrachten 1 t/m 4 van 6.6 af
Verslag inleveren uiterlijk 24 juni via opdrachten Magister (zie blz. 227)