Les 1: lezen

Welkom 2B!
  • Telefoons in de bak.
  • Plek zoals op de plattegrond.
  • Tas naast de stoel.
  •  Leesdoek en Chromebook en werkboek op tafel.
  • Gezicht naar het bord.
1 / 19
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo lwoo, b, kLeerjaar 1,2

This lesson contains 19 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Welkom 2B!
  • Telefoons in de bak.
  • Plek zoals op de plattegrond.
  • Tas naast de stoel.
  •  Leesdoek en Chromebook en werkboek op tafel.
  • Gezicht naar het bord.

Slide 1 - Slide

Programma
  1. In stilte lezen.
  2. Geheugen opfrissen.
  3. Uitleg nieuwe paragraaf lezen.
  4. Zelfstandig werken.
  5. Nakijken

Slide 2 - Slide

Denk aan de afspraken...
  1. We wachten met onze tas inpakken tot de docent heeft gezegd dat dit mag.
  2. We lopen niet door het lokaal zonder het te vragen.
  3. Als je binnenkomt ga je zitten op je plek (plattegrond) en pak je je spullen.
  4. Tijdens de uitleg is het stil en letten we goed op.
  5. We houden het lokaal netjes.

Slide 3 - Slide

Denk ook hieraan...
  1. Niet aan de afspraken houden > naam op het bord.
  2. Bij een waarschuwing komt er een streepje achter.
  3. Drie streepjes = bij de docent zitten.
  4. Eerst waarschuwing daarna = nablijven.

Voor degenen die ik apart heb gesproken, gelden de afspraken die we hebben gemaakt tijdens het gesprek >
3 waarschuwingen in 1 les = naar teamleider.

Slide 4 - Slide

Lezen
5 min.
In stilte.

Slide 5 - Slide

Wat wordt volgens jou bedoeld met het "publiek" van een tekst?

Slide 6 - Mind map

Informeren is een tekstdoel. Welke tekstdoelen ken je nog meer?

Slide 7 - Open question

Wat is de "lay-out" van een tekst?

Slide 8 - Open question

Hoe kun je zonder woordenboek achter de betekenis van een woord in de tekst komen?

Slide 9 - Open question

Doe nu de hoes over de laptop. We gaan verder met een uitleg.

Slide 10 - Slide

Verwachtingen tijdens de uitleg...
Ik verwacht van iedereen:
  1. Dat we goed opletten en stil zijn. Iets zeggen? vinger opsteken.
  2. Vragen na de uitleg (tip: schrijf je vragen op).
  3. Niet meedoen of storen = streepje.

Slide 11 - Slide

Uitleg publiek
Publiek= voor wie de tekst bedoeld is.

Eens kijken of je kunt zien voor welk publiek een tekst bedoeld is...
  • Er komt een foto in beeld.
  • De vraag is: wat is het publiek van de tekst?
  • Vinger opsteken als je iets wil zeggen

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Slide

Waar zag je aan voor welk publiek de tekst bedoeld was?

Slide 16 - Slide

Zien voor welk publiek een tekst bedoeld is.
Je kunt vaak hieraan zien voor welk publiek een tekst bedoeld is:
  1. Het onderwerp (waar gaat de tekst over?).
  2. Taalgebruik.
  3. Lay-out (opmaak).

Slide 17 - Slide

Zelfstandig werken
Basis: Opdracht 1 (blz. 203)  t/m opdracht 6 (blz. 209).
Kader: Opdracht 1 (blz. 143) t/m opdracht 5 (blz. 147).
Tijd? Tot het einde van de les.
Vragen? Overleggen (fluisteren) met je buurman. Kom je er samen niet uit? Vinger opsteken.
Klaar? Schrijf een advertentie om je fiets te verkopen.
Daarmee klaar? Lezen in je leesboek.

Slide 18 - Slide

Huiswerk voor morgen...
Basis: Opdracht 1 (blz. 203) t/m opdracht 6 (blz 209) af.
Kader: Opdracht 1 (blz. 143) t/m opdracht 5 (blz. 147) af. 

Slide 19 - Slide