Jezus trok door de straten van Jeruzalem, met de zware balk van het kruis op Zijn schouder. Toen ze bij een plek buiten de stad kwamen, maakten de soldaten Jezus vast op het kruis en trokken het kruis omhoog totdat het rechtop stond. Jezus voelde alleen nog pijn. Hij kon bijna niet meer zien van de pijn. Vlak bij Hem stonden Zijn moeder en Zijn lieve leerling. Ach, Zijn hart brak toen Hij hun verdriet zag.