BS1: Ongeslachtelijke voortplanting

H2: Voortplanting
BS 1: Ongeslachtelijke voortplanting
1 / 29
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 4

This lesson contains 29 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 70 min

Items in this lesson

H2: Voortplanting
BS 1: Ongeslachtelijke voortplanting

Slide 1 - Slide

Leerdoelen
  1. Je kunt de gebeurtenissen tijdens de celcyclus beschrijven en toepassen.
  2. Je weet dat door ongeslachtelijke voortplanting nakomelingen ontstaan die identiek zijn aan de ouder.
  3. Je kunt standpunten over klonen van organismen toelichten met ethische en biologische argumenten 

Slide 2 - Slide

Celdeling
Celdeling
  • Gewone celdeling
  • Kopie van een cel maken
  • Noemen we ook mitose

Celgroei
  • De dochtercel wordt net zo groot als de moedercel

Slide 3 - Slide

Ongeslachtelijke voortplanting
Ongeslachtelijke voortplanting levert bij organismen een nakomeling op met hetzelfde genetisch materiaal als de ouder. Ongeslachtelijke voortplanting vereist dus geen seks.

Slide 4 - Slide

Celdeling


Spiraliseren en despiraliseren van het DNA

Slide 5 - Slide

Celdeling
 1 moedercel (2n = 46)
  

2 dochtercellen (2n = 46)

Kerndeling = Mitose
Groei cel = plasmagroei

Slide 6 - Slide

Celcyclus
  • M-fase: mitotische fase (kerndeling)
  • Interfase: periode tussen delingen
  • S-fase: Synthese van nieuw DNA
  • G1-fase: "gap" fase 1
  • G2-fase: "gap" fase 2
  • G0- fase:  cel in rust (geen deling)

In de S-fase vindt DNA-replicatie / DNA-synthese (verdubbeling) plaats

Slide 7 - Slide

Chromosomen
Bij de verdubbeling van het DNA worden homologe chromosomen (een van vader een van moeder) verdubbeld.

Voor de replicatie bestaan de chromosomen uit één chromatide.

Na de replicatie bestaan de chromosomen uit twee zusterchromatiden.

Slide 8 - Slide

Mitose
Binas 76B1

Slide 9 - Slide

Klonen: celkerntransplantatie
Somatic Cell Nucleus Transfer (SCNT)

  1. Verwijderen van kern uit eicel.
  2. Toevoegen van kern met gunstige eigenschappen.
  3. Eicel implanteren in draagmoeder

Slide 10 - Slide

Klonen: embryosplitsing
Klompje cellen wordt na bevruchting in meerdere klompjes gesplitst.

Verkrijgen van dieren met gunstige eigenschappen.

Slide 11 - Slide

Klonen: weefselkweek
Bekend uit de landbouwsector

Verkrijgen van planten met gunstige eigenschappen

Slide 12 - Slide

Opdracht
Lezen
Basisstof 1: Ongeslachtelijke voortplanting

Schrijf moeilijke woorden op .

Slide 13 - Slide

Moeilijkste woorden uit basisstof 1

Slide 14 - Mind map

Slide 15 - Video

Slide 16 - Slide

Wat is GEEN functie van mitose?
A
Reparatie
B
Groei
C
Voortplanting
D
Celstrekking

Slide 17 - Quiz

een organisme heeft 2n = 12 chromosomen, hoeveel chromosomenparen heeft dit organisme?
A
2
B
6
C
12
D
24

Slide 18 - Quiz

In welke fase van de celcyclus wordt het DNA gekopieerd?
A
Tijdens de G1-fase.
B
Tijdens de S-fase.
C
Tijdens de G2-fase.
D
Tijdens de M-fase (mitose).

Slide 19 - Quiz

een cel heeft 2n=8 chromosomen, hoeveel chromosomen heeft deze cel in de G2 fase?
A
n=4
B
n=8
C
2n=8
D
2n=16

Slide 20 - Quiz

Wat is een chromatide?
A
een chromosoom die gekopieerd is maar nog vast zit aan z'n kopie
B
dat is een chromosoom die buiten de kern zit
C
dat is DNA dat is gekopieerd
D
dat is een chromosoom die naar de polen in een cel worden getrokken

Slide 21 - Quiz

wat is de juiste volgorde?
A
mitose - celdeling - celstrekking - plasmagroei
B
celdeling - mitose - celstrekking - plasmagroei
C
mitose - celdeling - plasmagroei - celstrekking
D
celdeling - mitose - plasmagroei - celstrekking

Slide 22 - Quiz

Welke processen vinden plaats gedurende de M fase?
A
DNA replicatie, kerndeling, celdeling
B
DNA replicatie, celdeling, plasmagroei
C
kerndeling, celdeling
D
celdeling, plasmagroei

Slide 23 - Quiz

Hoeveel chromosomen zijn er zichtbaar?
Hoeveel chromatiden zie je?
A
1 chromosoom, 1 chromatide
B
1 chromosoom, 2 chromatiden
C
2 chromosomen, 1 chromatide
D
2 chromosomen, 2 chromatiden

Slide 24 - Quiz

Bij klonen spreek je van...
A
Geslachtelijke voortplanting
B
Ongeslachtelijke voortplanting

Slide 25 - Quiz

Wat is ongeslachtelijke voortplanting?
A
Voortplanting door seks
B
Voortplanting zonder seks
C
Voortplanting zonder geslachtscellen
D
Voortplanting met geslachtscellen

Slide 26 - Quiz


Van een kloon kan men in het algemeen zeggen dat:
A
de fenotypen en genotypen onderling gelijk zijn
B
de fenotypen onderling altijd gelijk zijn.
C
de genotypen onderling gelijk zijn, maar de fenotypen kunnen verschillen
D
de fenotypen onderling gelijk zijn, maar de genotypen onderling verschillen

Slide 27 - Quiz

Geef deze les beoordeling.
A
Onvoldoende!
B
Voldoende.
C
Goed.
D
Zeer goed!

Slide 28 - Quiz

Wat is de reden van jouw beoordeling?

Slide 29 - Open question