Taalcompleet - thema 2

Taalcompleet - thema 2
1 / 17
next
Slide 1: Slide
NederlandsISK

This lesson contains 17 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Taalcompleet - thema 2

Slide 1 - Slide

Schrijf de woorden die je niet kent in je schrift.

Slide 2 - Slide

Vergelijking: mooi - mooier - mooist

klein, groot, stil, donker, graag, goed, veel, weinig

Slide 3 - Open question

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Slide


Slide 6 - Open question


Slide 7 - Open question

Voltooide tijd
  • Tegenwoordige tijd: Zij wonen in dezelfde straat.
  • Verleden tijd: Zij woonden in dezelfde straat.
  • Voltooide tijd: Zij hebben in dezelfde straat gewoond.

De voltooide tijd heeft 2 werkwoorden:
  • eerste werkwoord hebben of zijn,
  • tweede werkwoord heet het voltooid deelwoord (ge- be- ver-)
  • staat achteraan in de zin

Slide 8 - Slide

Voltooid deelwoord
Welke zin is juist?
A
Ik heb een flat huren.
B
Ik gehuurd een flat heb.
C
Ik heb een flat gehuurd.

Slide 9 - Quiz

Voltooid deelwoord
Welke zin is juist?
A
Zij heeft haar verjaardag gevierd.
B
Zij gevierd haar verjaardag heeft.
C
Zij heeft haar verjaardag vieren.

Slide 10 - Quiz

Voltooid deelwoord
Welke zin is juist?
A
Wij gespeeld hebben een wedstrijd.
B
Wij hebben een wedstrijd gespeeld.
C
Wij hebben een wedstrijd spelen.

Slide 11 - Quiz

Voltooid deelwoord
Welke zin is juist?
A
Louis heeft een uur wandelen.
B
Louis gewandeld een uur heeft.
C
Louis heeft een uur gewandeld.

Slide 12 - Quiz

Voltooid deelwoord
Welke zin is juist?
A
Eva heeft €50,- gepind.
B
Eva gepind heeft €50,-
C
Eva heeft €50,- gepind.

Slide 13 - Quiz

Je stuurt mij een kaartje, hoe schrijf je mijn adres juist op?
Nora Harrachi - Zutphen - Schoolstraat - 2879 AB

Slide 14 - Open question

Welke drie tijden zijn er?
T.T. - V.T. - Volt.T

Slide 15 - Open question

Waar herken je het voltooid deelwoord aan?

Slide 16 - Open question

Je stuurt een kaartje naar een vriend, schrijf zijn/haar adres op de juiste manier op

Slide 17 - Open question