Aantekeningen maken

Aantekeningen maken
Waarom zou je dat nou doen?
1 / 21
next
Slide 1: Slide
Thema 1MBOStudiejaar 1

This lesson contains 21 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 120 min

Items in this lesson

Aantekeningen maken
Waarom zou je dat nou doen?

Slide 1 - Slide

Maak je zelf aantekening op school?
A
nee, nooit
B
alleen bij vakken die ik moeilijk vindt
C
ja, altijd
D
alleen op stage

Slide 2 - Quiz

Slide 3 - Slide

Aan het einde van de les
1. weet je wat er bedoeld wordt met aantekeningen
2. kan je aantekeningen maken
3. weet je waarom je aantekeningen moet maken/ zou maken

Slide 4 - Slide

wat versta je onder
aantekeningen?

Slide 5 - Mind map

Wat zijn aantekeningen?
1. Dingen die je opschrijft zodat je later (beter) weet wat er ook alweer bedoeld werd, ter ondersteuning van je geheugen.
2. Korte uitleg of samenvatting van een verhaal of van een zin.
3. Instructie van je stage
4. Het opnemen van informatie uit verschillende bronnen en platforms

Slide 6 - Slide

WAAROM?
1. Als je dingen opschrijft onthoud je ze beter. Dat blijkt uit veel onderzoek. 
2. Daarnaast heb je dan de stof van een les in je eigen schrift opgeschreven. Je kunt alles dan later nog een keer teruglezen, bijvoorbeeld wanneer je gaat leren voor een toets.
3. Ook helpt het je actief mee te doen in de les. Je hebt dan alles al één keer geleerd.
4. Sommige docenten vertellen bovendien ook stof tijdens de les die niet in het boek staat. Wanneer je geen aantekeningen hebt gemaakt, heb je die informatie dus niet

Slide 7 - Slide

Waarom is het maken van aantekeningen belangrijk?

Slide 8 - Open question

Online of Offline?
Over het algemeen is papier beter. Als je dingen opschrijft onthoud je ze vaak beter. Bovendien zijn aantekeningen die je hebt opgeschreven vaak iets flexibeler en duidelijker. Je kunt makkelijker werken met pijlen, markeren, tabellen maken, enz. 

Aan de andere kant kun je online aantekeningen makkelijker opslaan en delen.
Daarnaast word je makkelijker afgeleid als je op een apparaat zit.

Slide 9 - Slide

Wat schrijf je op?
Je moet dus niet alles letterlijk opschrijven. 
Wat je wel moet doen is de belangrijkste punten opschrijven in steekwoorden met uitleg. Je hoeft niet een hele zin op te schrijven!

Steekwoorden zijn ideaal omdat in een keer duidelijk wordt waarover een deel van de les over gaat. Daaronder hoef je dan alleen maar toe te lichten en uit te leggen.

Slide 10 - Slide

Steekwoorden
Gebruik veel logische structuren in je aantekeningen zoals:

Begrip = betekenis
Oorzaak –> Gevolg
Definitie (voorbeelden)
Datum – gebeurtenis, locatie, wie? (vooral bij geschiedenis)
Onderwerp – uitleg
Formule – betekenis symbolen, eenheden, grootheden, theroie

Slide 11 - Slide

Wanneer letterlijk opschrijven?

Als wat je docent(e) zegt niet in het boek staat
Als de docent zegt dat iets belangrijk is (voor de toets)
Als je de stof nog niet helemaal begrijpt
Als je iets niet ergens anders terug zou kunnen vinden

Slide 12 - Slide

TIPS
1. Maak aantekeningen!
2. Niet alles letterlijk overschrijven
3. Schrijf de belangrijkste punten op: gebruik steekwoorden
4. Stel vragen
5. Gebruik afkortingen, symbolen, tekeningen, tabellen en diagrammen
6. Schrijf op een manier die duidelijk is voor jezelf

Slide 13 - Slide

STEL VRAGEN
Wees niet bang om vragen te stellen tijdens de les. Docenten bestaan om jouw vragen te beantwoorden! Als je twijfelt of je iets volledig snapt moet je altijd gewoon de docent vragen erover. Ze helpen je graag.

Zo bespaar je jezelf veel tijd en energie omdat je dan meteen snapt wat je eerder niet snapte.

Slide 14 - Slide

Stel een vraag aan de hand van deze les?

Slide 15 - Open question

Snel, sneller, snelst
Omdat je geen tijd hebt om rustig alles wat verteld wordt tijdens de les op te schrijven, zul je sneller moeten schrijven. Daarbij is het belangrijk om te weten dat je notities echt niet perfect netjes eruit hoeven te zien.

Als het maar leesbaar en overzichtelijk is. Afkortingen en symbolen kunnen helpen sneller aantekeningen te maken. Hier zijn enkele voorbeelden om te proberen:

Slide 16 - Slide

Dus/daarom —>
is/betekent : of =
Toelichting/aanvulling (…)
Van v.
Lidwoorden weglaten zo mogelijk
Getallen als cijfer opschrijven (3, niet drie)

Maak gebruik van kleuren als je het fijn vindt. Maak tekeningen als dat je helpt je aantekeningen te begrijpen.

Slide 17 - Slide

voorbereiden op toets
 Dat bestaat uit drie stappen:

Herhalen – Lees alles nog een keer door en kijk of je alles snapt.
Overhoren – Controleer of je je aantekeningen begrijpt en kunt reproduceren
Overschrijven – Schrijf alles nog een keer over om het vast te stampen in je geheugen.

Slide 18 - Slide

Oefenen
1. Luister naar de gesproken tekst van de docent
2. Maak aantekeningen op papier met pen niet laptop
3. maak de vragen in je eentje in Teams (opdrachten) en uploadt je aantekeningen en de antwoorden van de vragen
4. Vergelijk je antwoorden met de antwoorden van je medestudent(en). Zijn er veel verschillen tussen wat jij en de anderen hebben opgeschreven?
5. Vind je dat je goed geluisterd hebt? Geef dit aan op een schaal van 1 tot 5 ( 1= heel slecht, 2 = slecht, 3 = redelijk, 4 = goed, 5 = heel goed).

Slide 19 - Slide

Slide 20 - Link

Huiswerk
Maak een mindmap van deze les en gebruik daarvoor de lesson up.

Slide 21 - Slide