Nederlands - Lidwoorden

• Nederlands
• Praktijkonderwijs
• Leerjaar 3

Nederlands - Lidwoorden, zelfstandig naamwoord en bijvoeglijk naamwoord

We gaan vandag leren wat lidwoorden zijn

Dit gaan we oefenen in het werkboek

Lidwoorden

Staan voor een zelfstandig naamwoord:

de - het - een

onbepaald lidwoord:

een

bepaald lidwoord:

de - het

Wat weet je al van lidwoorden?

Steek je vinger op als je denkt te weten wat een lidwoord is

Lidwoord (LW)

De, het = bepaald lidwoord.

Het is bepaald, het staat vast wanneer je de of het gebruikt.

Een = onbepaald lidwoord.

Onbepaald omdat je een zowel voor een de- als een het-woord kunt zetten.

Welk lidwoord is het onbepaald lidwoord?

1. de
2. het
3. een

De lidwoorden 'de' en 'het' zijn ... lidwoorden.

1. bepaalde
2. onbepaalde

Zelfstandige naamwoorden

Wat zijn zelfstandige naamwoorden?

Zelfstandig 

Naamwoord

Het zelfstandig naamwoord is een woord voor iets of iemand:

                Een mens

                Een dier

                Een ding

Zelfstandig naamwoord

• Een zelfstandig naamwoord komt altijd ACHTER het lidwoord.

- De computer 

De = lidwoord. Computer = zelfstandig naamwoord

- Het kopje

Het = lidwoord. Kopje = zelfstandig naamwoord.

- Een vogelhuisje

Een = lidwoord. Vogelhuisje = zelfstandig naamwoord.

                                       Lidwoord en zelfstandig naamwoord horen dus bij elkaar!! 

Bijvoeglijke naamwoorden 

Je gebruikt een bijvoeglijk naamwoord om iets of iemand te beschrijven.

bijvoorbeeld: Het grote huis

grote is het bijvoegelijke naamwoord

Bijvoeglijke naamwoorden

Schrijf 7 bijvoeglijke naamwoorden op!

Het bijvoeglijk naamwoord

Het bijvoeglijk naamwoord zegt iets over het zelfstandig naamwoord.

Het bijvoeglijk naamwoord staat tussen het lidwoord en het zelfstandig naamwoord in.

Het bijvoeglijk naamwoord

Het bijvoeglijk naamwoord

Wat is een bijvoeglijk naamwoord?

Werken in het boek opdr. 6